© FRANK BAHNMÜLLER

Stijn Coninx: ‘Ik zou het dossier van de Bende van Nijvel graag zelf oplossen’

Regisseur Stijn Coninx (61) waagt zich met zijn nieuwe film ‘Niet Schieten’ aan een van de grootste criminele enigma’s uit de Belgische geschiedenis: de aanslagen van de Bende van Nijvel.

Wanneer we de sympathieke Limburger ontmoeten, is hij nog aan het bekomen van het draaien van zijn nieuwe film. Zeven jaar namen research en productie in beslag en dat kruipt niet in de koude kleren. Het verhaal is gebaseerd op het relaas van David Van de Steen, wiens ouders en zus in 1985 bij de overval op de Delhaize van Aalst in koelen bloede werden neergeschoten door de Bende. David was negen en raakte zelf gewond. Hij werd opgevoed door zijn grootouders. Het was ook via Van de Steen en zijn advocaat Jef Vermassen dat vorig jaar de zaak weer in de media kwam.

Hoe moeilijk was het een film te maken over een zaak waar zoveel theorieën over zijn?

Heel moeilijk. Zeer delicaat. Vooral omdat het een emotioneel en zwaar verhaal is. Daarom heb ik ervoor gekozen het vanuit het standpunt van de slachtoffers te vertellen. Ik wou geen spektakelfilm met politie, gangsters en achtervolgingen. En wou me niet laten meeslepen door theorieën. Het is een film voor alle slachtoffers van onrecht waar ook ter wereld, hun frustratie, hun onmacht.

Hoe is het verhaal van de familie Van de Steen bij jou gekomen?

David heeft mij in 2010 zijn verhaal gestuurd. Ik heb niet moeten nadenken. Toen ik zijn boek las, was ik woedend en verontwaardigd. Gevoelsmatig kon ik niet weigeren. En de woede en verontwaardiging zijn alleen maar toegenomen.

Sturen mensen vaak hun verhaal?

O ja. Ik zie morgenavond weer iemand naar wiens verhaal ik ga luisteren. Ik krijg vaak boeken met de vraag om die te verfilmen. Bij David had ik nog voor ik kon nadenken beslist dat ik het zou doen.

In de verfilming zien we alles door de ogen van de grootvader – rol van Jan Decleir.

Ik vond de grootvader het interessantste personage. David, die meer dan een jaar in het ziekenhuis lag, beschrijft vanop zijn ziekbed wat zijn grootouders hem vertellen. Zijn grootouders verwerken het drama op een totaal andere manier. Zijn grootmoeder wil er niets mee te maken hebben, duwt het gebeurde weg. Zijn grootvader stelt zich systematisch vragen en gaat zelf op onderzoek. Dat is filmisch en visueel het boeiendst.

Je bent zelf vader van vier kinderen. Hoe zou jij reageren als hen iets overkwam?

Ik weet het niet. Ik kan heel heftig reageren en soms heel kalm. Gelukkig heb ik nooit zware accidenten moeten verwerken. We hebben wel wat tegenslag gehad met de kinderen, drie van de vier zijn volledig doof, maar dat heeft een plaats gekregen. Zij trekken hun plan. We weten dat het probleem er is, maar we vinden niet dat we iets hebben om over te klagen.

Hoop je met de film ook echt iets te kunnen bereiken?

De film is een noodkreet van de slachtoffers. Ik maak mij geen illusies, maar ik weet wel dat als er geen ruchtbaarheid meer aan de zaak wordt gegeven, het stopt. We hebben trouwens al dngen bereikt. Sinds in 2015 bekend raakte dat we de film zouden maken, zijn er zaken beginnen te bewegen. Alles wat vorig jaar in de media kwam – dat Christian Bonkoffsky mogelijk de reus was -, wisten wij al. David had die informatie al drie jaar. Ze zit niet in de film, omdat die zich afspeelt tussen 1985 en 2010. Dat Jef Vermassen mee aan de kar trok, heeft natuurlijk geholpen. Mensen die altijd hebben gezwegen, zijn gaan praten. Ik hoop op meer.

Je hebt je niet beperkt tot je rol van regisseur maar je ook persoonlijk geëngageerd.

Ik ben op vraag van David naar minister van Justitie Geens gestapt. Begin oktober 2015, niet toevallig tegen de 30ste verjaardag van het dossier, kwam er op een koude maandagochtend in het nieuws: de slachtoffers willen dat het onderzoek stopt, dat het verjaart en wordt afgesloten. David belde mij in paniek op met de vraag iets te doen. Op 14 oktober 2015 heeft Geens mij ontvangen. Uiteindelijk is er gestemd om de verjaringstermijn te verlengen en kon het onderzoek worden verdergezet.

Hoe heb je zelf de aanslagen beleefd?

Ik herinner mij vooral de scherpschutters overal bij de warenhuizen, zowel in Brussel, waar ik toen woonde, als bij mijn familie in Limburg. De angstpsychose was vergelijkbaar met de angst voor terreur nu.

Je hebt zeven jaar aan de film gewerkt. Heb je meer research gedaan dan gewoonlijk?

Veel meer. Ik ben alles gaan uitpluizen en met speurders, ex-speurders, getuigen, gespecialiseerde journalisten en slachtoffers gaan praten. Het gerechtelijk dossier inkijken heb ik niet gedaan. Dat is voorbehouden aan de slachtoffers. Misschien had ik iets kunnen forceren, maar dat wilde ik niet. ‘Niet Schieten’ heeft mij emotioneel volledig leeggezogen. In juni, na de draaiperiode, was ik volledig op. Telkens wanneer ik de film zie, heb ik het moeilijk. Ook de acteurs en de ploeg voelen zich zeer emotioneel betrokken. Dat heb ik nog nooit meegemaakt.

Je hebt na al dat onderzoek wel je eigen theorie, niet? Wat denk jij dat er gebeurd is?

Het probleem is dat er van al die denkpistes wel iets waar is. Wat mij opvalt, is dat alle mensen die grondig over het dossier hebben nagedacht, de waarheid in dezelfde richting zoeken. Maar onderzoekers die resultaten boekten, zijn systematisch aan de kant geschoven. Er is ooit een deel van het dossier verdwenen door wateroverlast. De zaak stinkt langs alle kanten. Dat is overduidelijk! En de tijd is een vijand. Intussen zijn er al mensen overleden. Maar ik ben ervan overtuigd dat als de wil er is, deze zaak opgelost kan raken. Ik ben geen speurder, maar als ik nu niet wist wat te doen, dan zou ik rechten studeren en het oplossen.

Als ’t zo makkelijk is, waarom gebeurt het niet?

Zelfs na 33 jaar kan ik mij niet van de indruk ontdoen dat als iemand binnen het gerecht zijn best zou doen om de daders te vinden, deze persoon wel eens bedreigd zou kunnen worden. Anders kan het gewoonweg niet. Er liggen al zoveel puzzelstukken op tafel.

Ben je zelf bang, nu je de zaak goed kent?

Nee, want dan zou ik de film niet gemaakt hebben. Maar wat ik mij wel realiseer: als dit kon gebeuren, dan kan alles in dit land!

Een van de meest gangbare theorieën is dat een extreemrechtse organisatie de Belgische staat wilde destabiliseren.

Het is complexer dan dat, denk ik. Je moet het zien in de context van de Koude Oorlog. In heel Europa was toen het ondergrondse netwerk Gladio actief, dat verzet moest bieden bij een Sovjetinvasie. Hun bestaan werd officieel bevestigd in 1990, na de val van de Muur. Het bestond uit militairen, rijkswachters, burgers. Maar in bepaalde landen, zoals België, werkte Gladio niet zoals het hoorde. Ze waren geheim – wat de financiering bemoeilijkte – en hadden geld en wapens nodig. Dat deed de groep mogelijk aanleunen bij het criminele milieu. Waren de slachtoffers toevallig? Of zijn ze bewust gedood omwille van afpersing of bewijsmateriaal? Het was een tijd van vele schandalen, denk maar aan de roze balletten. Was de familie Van de Steen op het verkeerde moment op de verkeerde plaats? Of hadden ze te veel gezien bij de naburige schietclub, waar je nummerplaten kon vervalsen, geweren laten afzagen en meer van dat... Die vragen stellen we ook in de film.

Deze film heeft mij emotioneel leeggezogen. Mijn vrouw vindt dat ik nu maar eens een komedie moet maken.

Hoe was het om tegelijkertijd een Sinterklaasfilm te draaien?

Dat was een groot contrast! Zo’n Sinterklaasfilm is natuurlijk erg luchtig. Gelukkig kan ik ook nog lachen. Ik doe niet alleen ernstige dingen. Ik heb destijds ook Koko Flanel en Hector gedraaid met Urbanus. Mijn grote droom is om Tijl Uilenspiegel te verfilmen. Maar ik weet nog niet zeker of dat mijn volgende project wordt. Mijn vrouw vindt dat het hoog tijd is om nog eens een komedie te maken.

Niet Schieten. Vanaf 10 oktober in de Belgische bioscopen.

Stijn Coninx: 'Ik zou het dossier van de Bende van Nijvel graag zelf oplossen'
© FRANK BAHNMÜLLER

Tijdlijn

1957: Geboren in Neerpelt

1980: Studeert af aan het RITCS Brussel (Royal Institute for Theatre, Cinema & Sound)

Films

Hector (1987) en Koko Flanel (1990) met Urbanus. Daens (1992) levert een Oscarnominatie en de titel van baron op. Draait nog zeven films waaronder Soeur Sourire (2009), Marina (2013) over Rocco Granata en Niet Schieten (2018). Is vakhoofd film aan het RITCS, Brussel.

Tv

Regisseert onder meer Peulengaleis (1999), De Kavijaks (2005), Anneliezen (2010).

Privé

Getrouwd met An Evers, vader van vier kinderen.

Partner Content