© CAMBER

Kleiner wonen, maar ook slimmer

Onze manier van leven is sterk geëvolueerd en onze woning past zich daaraan aan. Ze wordt kleiner, maar zit vol ideetjes die ervoor moeten zorgen dat we het niet benauwd krijgen.

De tijd van de grote villa’s en statige herenhuizen die de kamers aaneenrijgen, ligt al even achter ons. De laatste decennia zijn onze woningen almaar kleiner geworden. Volgens Statbel, de statistische dienst van de federale overheid, is de bewoonbare oppervlakte van nieuwbouwwoningen (huizen én appartementen) tussen 1999 en 2017 van 120 m2 naar 97 m2 gezakt, een vermindering van meer dan 20%. Dit cijfer varieert naargelang de regio of stad, maar de referentieoppervlakte voor nieuwe appartementen en huizen ligt nu rond de 130 m2 voor woningen en 75 m2 voor appartementen.

Verschillende economische en maatschappelijke factoren liggen aan de basis van deze evolutie. “Het mobiliteitsprobleem en de stijgende kosten voor vervoer die ermee gepaard gaan, is er daar één van”, schetst Eric Cloes, architect en hoofdredacteur van Ik ga bouwen & renoveren. “Om tijd en geld uit te sparen willen mensen dichter bij het werk wonen, maar ook bij winkels en andere diensten. De terugkeer naar de stad is sinds enkele jaren dan ook een trend.” Omwille van de beperkte ruimte, zijn de woningen daar meestal kleiner. Het is geen toeval dat het gros van de grote stadswoningen – op enkele chique buurten na – in appartementen zijn opgesplitst. Bouwondernemingen hadden deze ontwikkeling snel in de gaten. Ze zijn op zoek gegaan naar stadskankers en hebben die aangepakt door er nieuwe, meestal bescheiden woningen te bouwen.

Kleiner wonen, maar ook slimmer
© CAMBER

Niet veel nodig om gelukkig te zijn

Wie toch nog van een lapje grond op het platteland droomt, moet zijn verwachtingen meestal naar beneden bijstellen. De grote villa’s uit de vorige eeuw blijken energievreters waarvoor nog weinig interesse is. Terwijl nieuwe bouwgronden zeldzaam en duur zijn, waardoor de grootte van de percelen daalt. Nieuwbouw betekent bovendien dat je een gedetailleerd lastenboek moet volgen.

“Een nieuwbouwwoning moet voldoen aan steeds striktere energienormen”, bevestigt Julien Stasse van architectenbureau Co//Next. Voorzieningen als isolatie, ventilatie,... vertegenwoordigen een serieuze hap van het totale budget. En zelfs al is er op het einde van de rit een return on investment, toch willen mensen kleiner bouwen om de kosten te drukken.” Een probleem is dat niet, want tegelijk is er ook minder vraag naar ruimte bij kopers/bouwers. “Er zijn vandaag meer singles en gezinnen zonder of met weinig kinderen, zodat het aantal mensen dat een woning zoekt voor één of twee personen toeneemt”, bevestigt Eric Cloes. “Gepensioneerden hebben vandaag genoeg aan een appartement met één slaapkamer, of twee voor als de (klein)kinderen blijven logeren, een klein terras om buiten te eten en voldoende diensten in de buurt.” En dan zijn er nog de nieuwe vormen van samenwonen – kangoeroewonen, ruimtes delen, groepswoningen... – die erop gericht zijn de persoonlijke leefruimte tot een minimum te beperken.

Dankzij het opklapbed kan je besparen op de logeerkamer.
Dankzij het opklapbed kan je besparen op de logeerkamer.© CAMBER

Toch wil niemand het beklemmende gevoel hebben in een kippenhok te wonen. Moderne – woningen hebben dan wel een kleiner volume, de inrichting is zo geëvolueerd dat ze aangenaam en comfortabel blijven om in te leven. “Meer openheid is de trend en de beste manier om een gevoel van ruimte te creëren”, verduidelijkt Eric Cloes. “Door muren te slopen, komen ruimtes vrij die samen kunnen functioneren. Het model van een reeks kleine kamers, die uitgeven op een gang die alles verbindt, heeft afgedaan.”

Weg dus met kamers die slechts één enkele functie hebben: de open keuken met kookeiland, die in contact staat met de eetkamer, is intussen ingeburgerd. Maar vandaag gaat die keuken helemaal op in het geheel. “Voortaan neemt ze de vorm aan van een langgerekt aanrecht langsheen één enkele muur, in combinatie met een tafel en stoelen, waar je eet en gasten ontvangt.” Als je die filosofie doortrekt, dan wordt de living tijdens de werkuren omgevormd tot een werkplek, en verandert de hal, een verloren ruimte bij uitstek, in een inkomsas. Ook het heilige huisje dat we de slaapkamer noemen wordt gesloopt. “Als we even doorgaan op dit elan, dan is een door vier muren afgesloten slaapkamer tijdens de dag een verloren ruimte. Dan heb je twee opties: ofwel beperk je de ruimte van die kamer tot het strikte minimum – het bed -, ofwel doe je net het omgekeerde en stel je die ruimte open voor andere functies.” Dat is het principe van de masterbedroom, die tegelijk een dressing, eventueel ook een bureau of lees- en televisiehoek is en bovendien rechtstreeks toegang biedt tot een bad- of douchekamer, die van de slaapkamer gescheiden wordt door een glazen wand.

Multifunctioneel is hot: een woonkamer moet overdag omgevormd kunnen worden tot thuiswerkplek.
Multifunctioneel is hot: een woonkamer moet overdag omgevormd kunnen worden tot thuiswerkplek.© CAMBER

Hier is nog wat ruimte over

Omdat elke vierkante meter telt, komt het erop aan de beschikbare ruimte zo efficiënt mogelijk te gebruiken. Tegelijk zadelt de consumptiemaatschappij ons met almaar meer spullen op, die een plekje moeten krijgen. Een van de oplossingen is meubilair kopen dat is aangepast aan de afmetingen van je woning. Moduleerbare meubels zijn een optie. Maar steeds vaker valt de keuze op maatwerk, waardoor de verloren ruimte volledig kan worden benut. “De laatste vijf jaar is onze sector met ongeveer 10% gegroeid”, bevestigt Mégane Piedfort, junior brand manager bij Camber, een bedrijf gespecialiseerd in meubels op maat. “Het voordeel van maatwerk is dat het volledig inspeelt op de noden van de klant. Wij krijgen ook steeds meer vraag naar multifunctionele meubels. Thuiswerkers willen een living die ze tijdens de dag kunnen omvormen tot werkplek. Met maatwerk kan je in de woonkamer bijvoorbeeld een televisiemeubel installeren met ingewerkt bureau, of een bibliotheek met geïntegreerde zitbank.” Keerzijde van de medaille is dat aan meubilair op maat een stevig prijskaartje hangt: volgens de fabrikanten moet je voor een maatmeubel 1.000 tot 1.500 euro per lopende meter tellen. “Wij laten het werk over aan binnenhuisarchitecten en schrijnwerkers, die vaak moeilijke opdrachten uitvoeren. Dus ja, dat kost wat”, geeft Mégane Piedfort toe. “Maar deze ingreep zorgt ook voor een meerwaarde wanneer je je huis verkoopt. De mensen die ons contacteren hebben meestal al goed nagedacht over wat ze willen. Omdat ze al in de woning leven, weten ze exact waar ze nood aan hebben. De meesten van onze klanten zijn trouwens vijftigplussers.”

Vaak willen ze een kamer omvormen tot dressing, een masterbedroom realiseren of een gastenkamer inrichten. “Vandaag hebben mensen niet altijd plaats voor een extra slaapkamer, maar ze willen wel dat de (klein)kinderen of vrienden kunnen komen logeren. We stellen bij onze klanten dan ook een steeds grotere vraag naar opklapbedden vast.” Die interesse voor maatwerk geldt trouwens ook voor plekken als het washok of de bergruimte. Bij nieuwbouw gaat het vaak om zeer kleine ruimtes, bestemd voor een niet zo geluidloze wasmachine en droogkast, maar ook om een aantal technische installaties in onder te brengen. “Door deze toestellen zijn deze ruimtes vaak zeer moeilijk in te richten, vandaar de belangstelling voor maatwerk. Vorig jaar hebben we op Batibouw een bergruimte van 3 m2 voorgesteld.”

Multifunctioneel is hot: een woonkamer moet overdag omgevormd kunnen worden tot thuiswerkplek.
Multifunctioneel is hot: een woonkamer moet overdag omgevormd kunnen worden tot thuiswerkplek.© CAMBER

Let the sunshine in

Het washok heeft meestal geen ramen en vormt daarmee de uitzondering op een van de grote architectuurtrends vandaag: zoveel mogelijk natuurlijk licht binnenlaten tot in de kern van de woning. Bedoeling is hier opnieuw een zo groot mogelijk gevoel van ruimte scheppen. Wie al eens naar een bouwbeurs gaat, heeft het vast al gemerkt: nog nooit werden er zoveel ramen voor platte daken en zadeldaken ontworpen, zoveel types glazen daken en lichtkoepels op de markt gebracht. En dan hebben we het nog niet over transparante vloeren, mezzanines, binnenramen...

Toch willen we niet in een glazen doos wonen, in het zicht van iedereen. “En dus concentreert de lichtinval zich aan de achterkant van de woning, waar zich de leefruimte bevindt, of boven waar geen inkijk is”, legt Eric Cloes uit. “We leven niet meer zoals vroeger naar de straat gericht. Toch hangt alles af van de ligging van de woning: krijgt de voorgevel veel licht, dan zou het zonde zijn daar geen gebruik van te maken. Maar dan op een subtiele manier, met hogergeplaatste ramen of grote lichtopeningen ter hoogte van de kroonlijst of in het dak.” Zo wordt de privacy toch gevrijwaard. Hoewel... in een hedendaagse woning, die bijna volledig is opengetrokken, wordt het wel erg moeilijk om je af te zonderen. En dat is niet altijd prettig voor wie af en toe graag de rust opzoekt. “Maar voor mensen met gezondheidsproblemen zorgt die open ruimte wel voor bijkomende veiligheid, omdat er meer sociale controle mogelijk is. Als een van de partners ergens in huis ten val komt, zal de andere dat veel sneller opmerken.”

Natuurlijk licht laten schijnen tot in de kern van het huis is een efficiënte ingreep om het gevoel van ruimteverlies te beperken.
Natuurlijk licht laten schijnen tot in de kern van het huis is een efficiënte ingreep om het gevoel van ruimteverlies te beperken.© ISOPIX

En dat is meteen ook een van de meest recente architectuurtrends: vooruitdenken en rekening houden met aanpassingen die je woning in de toekomst nodig zal hebben, wanneer je minder mobiel wordt. “Men kijkt inderdaad steeds vaker richting woningen die met kleine, goedkope ingrepen kunnen worden aangepast”, bevestigt Julien Stasse. “Zo kan je nu al ruimte voorzien voor een toekomstige lift. Maar de meeste ingrepen zijn een pak discreter, zoals een maximum aan faciliteiten op dezelfde verdieping onderbrengen of deurkaders en sanitair geschikt maken voor een rolstoel. Mensen willen daar liefst nog niet te veel aan denken, maar het is veel goedkoper die mogelijkheden al te voorzien bij de bouw of een renovatie, dan achteraf te moeten breken.”

En nu even praktisch

  • Geef de voorkeur aan natuurlijk licht. Wil je een stadswoning renoveren, organiseer ze dan zo dat de leefruimte achteraan komt te liggen, waar je de gevel kan openbreken. Breng de technische ruimtes en het sanitair aan de voorzijde van het huis onder. Het trappenhuis kan je omvormen tot lichtkoker.
  • Kies meubels die aangepast zijn aan de grootte van je huis, waardoor je zo weinig mogelijk plaats verliest. Richt ook de nutsruimtes en andere moeilijk toegankelijke plekken – onder de trap, onder een hellend dak – slim in.
  • Haal de binnenmuren weg zodat je de beschikbare ruimte maximaal kan reorganiseren. Een nachthal op de verdieping heeft weinig nut, gebruik ze om een andere ruimte te vergroten.
  • Een garage is geen must: auto’s roesten niet meer en deze grote ruimte heeft een negatieve impact op de thermische isolatie. Bij nieuwbouw gaat de voorkeur naar een carport of buitenparkeerplaats. Bij sommige renovaties wordt de garage zelfs tot studio omgebouwd en verhuurd!
  • Zelfs als een architect niet strikt noodzakelijk is voor de werken die je laat uitvoeren, dan nog kan hij een grote hulp zijn bij het optimaliseren van je woning.

Partner Content