Het kasteel van Freÿr, in de 16de eeuw herbouwd in Maaslandse renaissancestijl. © A.B. de L. / www.freyr.be

De kastelen van de Boven-Maas

Langs de Maas tussen Namen en de Franse grens heeft de geschiedenis met gulle hand kastelen uitgestrooid. Nu eens een onneembare burcht hoog op een rots, dan weer een Versaillesachtig landgoed met Franse tuinen. De mooiste Maasparels.

De Franse schrijver Victor Hugo beschreef de Maasvallei in de provincie Namen ooit als een bruuske en vreselijke afgrond pal in het midden van vriendelijke hoogvlakten. De steile rotswanden boven de voortkabbelende stroom geven het dal inderdaad een grandioos aanzien.

Voor onze voorouders vormde het vooral een imposante natuurlijke grens, maar dan wel met een waterweg van groot belang. In de middeleeuwen wringen zich almaar meer steden en stadjes in de nauwe ruimte tussen het water en de rotsen.

De felbegeerde Maasvallei is in die tijd verdeeld tussen verschillende machten: het graafschap Namen, het prinsbisdom Luik, het hertogdom Limburg... Je moest soms maar een brug oversteken of enkele honderden meters lopen om in vijandig gebied terecht te komen. Om de dreigende plunderingen en invallen te beperken, wordt een resem burchten en vestingen gebouwd. Ooit telde men tussen Sedan en Luik niet minder dan 21 kastelen langs de stroom. Soms liggen ze op amper een steenworp van elkaar. Zo biedt de vesting van Crèvecoeur, gebouwd om de grensstad Bouvignes te beschermen, een geweldig uitzicht op de destijds vijandige stad Dinant, waar ze slechts twee kilometer van verwijderd ligt.

Zoals in Doornroosje

Van de middeleeuwse burchten is niet veel bewaard gebleven. Toch geven de uitgestrekte ruïnes van Poilvache – de grootste middeleeuwse vesting van de streek – een goed beeld van het strategische voordeel dat de rotswanden langs de Maas boden. De burcht werd gebouwd aan de rand van een indrukwekkende klif en van de weilanden gescheiden door een in de rots uitgehouwen gracht. Op deze manier werden eventuele belegeraars vergast op een steile en vooral glibberige helling. Ondanks zijn onneembaar aanzien, wordt de burcht in 1430 toch door de Dinantezen veroverd en nadien verlaten. De vreemde naam Poilvache – letterlijk koeienhaar – zou te maken hebben met een krijgslist van de belegeraars: zij zouden zich hebben bedekt met koeienhuiden om de verdedigers om de tuin te leiden en in de vesting te geraken.

De Maas mag in de middeleeuwen dan wel op een versterkte frontlijn hebben geleken, toch werden de kastelen niet altijd dicht bij de stroom gebouwd. Neem nu het kasteel van Vêves, waarvan de oorsprong minstens tot de 12de eeuw teruggaat. De buitenkant heeft alles van een sprookjeskasteel uit onze kindertijd: het torent boven een beboste heuvel uit en pakt trots uit met zijn eeuwenoude hoge torens en brede renaissancepoort.

Sinds meer dan 800 jaar wordt het bewoond door dezelfde familie en het interieur is een bezoek waard. Via een binnenplaats met mooi vakwerk kom je in een indrukwekkende wapenzaal uit de 16de eeuw en een doolhof van kleine salons. Die staan vol familieherinneringen, portretten en verzamelingen, zodat je lijkt binnen te breken in de intimiteit van één van de oudste families van het land.

Knusse landgoederen

Niet alle kastelen hebben hun krijgshaftig aanzien bewaard. Vanaf de 16de eeuw verliezen vele hun strategisch belang en worden ze verbouwd tot knus landgoed met een veel betere lichtinval. Zoals het kasteel van Lavaux-Sainte-Anne, dat al een eind van de stroom weg ligt. De versterkte toren en de kantelen herinneren weliswaar nog aan het militaire verleden, maar het gebouw pronkt vandaag met een romantische zuilengaanderij die uitkijkt op een waterlandschap, klokvormige daken, een grote en verfijnde eretrap en een vreemde, Romeinse badkuip gemaakt van grote blokken gepolijste natuursteen.

En dan zijn er de echte lustsloten zoals het kasteelvan Freÿr, dat in 1571 in Maaslandse renaissancestijl werd herbouwd. Een rococokapel die niettemin sober oogt, houtsnijwerk, stucplafonds beschilderd in Italiaanse stijl... het is er allemaal. Niet verwonderlijk dat Lodewijk XIV dit landgoed uitkoos om er in 1675 tijdens de Hollandse Oorlog te verblijven.

De grootste attractie zijn evenwel de tuinen, prachtig aangelegd tussen de bossen en de Maas, met zicht op de rotswanden als achtergrond. Ze vormen een van de mooiste voorbeelden in België van tuinen in Franse stijl: waterpartijen, beelden, intieme prieeltjes, geometrische borders en daarbovenop de oudste potplanten van Europa – sinaasappelbomen die de hertogen van Lotharingen in de 18de eeuw als geschenk meebrachten. De Maasvallei mag dan wel ogen als een bruuske en vreselijke afgrond, hier en daar is ze ook wondermooi!

Infos pratiques

De ruïnes van Crèvecoeur: www.mpmm.be

De ruïnes van Poilvache www.poilvache.be

Het kasteel van Vêves www.chateau-de-veves.be

Het kasteel van Lavaux-Sainte-Anne www.chateau-lavaux.com

Het kasteel en de tuinen van Freÿr www.freyr.be

Partner Content