© GETTYIMAGES

Anders reizen na corona

Het coronavirus drukte genadeloos de pauzeknop in voor een van de meest boomende sectoren ter wereld: het toerisme. Zal die time-out onze manier van reizen blijvend veranderen? Of wordt het weer business as usual?

Toen vorig jaar de inwoners van populaire Europese bestemmingen protesteerden tegen het overtoerisme, kon niemand vermoeden dat de straten en pleinen er een jaar later desolaat zouden bijliggen. Het coronavirus zorgde overal ter wereld voor apocalyptische beelden. Maar hoe moet het verder na deze crisis? Trekken we terug naar dezelfde plaatsen? Of is er toch iets blijvend veranderd in onze hoofden?

Nodige zet

Dominique Vanneste, professor toerisme aan de KULeuven, mikt op dat laatste. Zij voerde vier jaar geleden onderzoek uit naar het effect van de aanslagen in Brussel. Daaruit bleek dat mensen doorgaans een relatief kort geheugen hebben. “De zaken vallen zes maanden tot een jaar na een crisis meestal terug in hun gewone plooi. Maar het grote verschil met een aanslag of een tsunami is dat die beperkt is in tijd en plaats”, aldus Vanneste.

“Deze pandemie is ongezien in omvang, ernst en duur. Nog nooit duurde een crisis zo lang en was ze zo wijdverspreid. Daardoor biedt ze de mogelijkheid voor een diepgaande reflectie, die hopelijk zal voorkomen dat het weer business as usual wordt, zelfs wanneer er een vaccin wordt gevonden.”

De academische wereld vindt al lang dat het toerisme een nieuwe wending moet nemen. Want er zijn toch wel wat problemen: overtoerisme, gebrek aan duurzaamheid, te veel korte vliegtrips. “Deze crisis geeft mogelijk de nodige zet. Trouwens, zelfs na de aanslagen zijn er zaken veranderd die we nu als volledig normaal ervaren: de strenge veiligheidsmaatregelen op luchthavens bijvoorbeeld. Met het coronavirus weten we niet eens wanneer het terug goed komt. Deze crisis is zo ingrijpend, dat ze een blijvende impact zal hebben, zowel bij de reiziger, de sector als het beleid.”

Een tijdslot als nieuwe normaal?

Wordt het tijdslot een blijver? Het beheren van de toeristenstromen is een van de grote uitdagingen van het overtoerisme. “Het is interessant om te zien wat er nu aan de Kust gebeurt”, aldus de professor. “De kustburgemeesters worden gedwongen na te denken over het managen van een groot aantal bezoekers. Uiteraard zijn ze het onderling niet altijd eens. Maar ze moéten er wel over praten en iets ondernemen. Dit bezoekersmanagement is een belangrijk element, dat zal blijven. En vooral: het wordt aanvaardbaar voor de toerist. Stel dat je voor de coronacrisis je toegang tot het strand had moeten reserveren met een tijdslot. Iedereen zou geroepen hebben: onmogelijk, onaanvaardbaar, publiek domein! Brugge afsluiten met slagbomen? Ondenkbaar! Maar ondertussen vinden wij het normaal om in de rij te staan voor de winkel. Onze attitude is veranderd, we hebben leren wachten en stilaan zie je dat het beleid inventiever wordt in dit soort zaken, die al op kleine schaal werden toegepast voor sites en musea. Het toerisme beheren, dat al in de pijplijn zat voor corona, wordt aanvaardbaar.”

Anders reizen na corona
© GETTYIMAGES

“Een tweede interessant aspect aan de Belgische Kust is dat men voor het eerst de inwoners vooropstelt. In de discussie over de tweedeverblijvers heeft men in eerste instantie gekozen voor de inwoners. Ook dat debat is op gang gebracht door corona. Naar wie kijk je eerst? Het is nu toch doorgedrongen dat wanneer de inwoners oké zijn, de omgeving ook voor toeristen aangenamer is. Tot voor kort overheerste de mantra: hoera, meer toeristen, meer inkomsten!”

Vakantie dichtbij

Wat volgens Vanneste ook een blijver is, zijn de vakanties dichtbij. “Mensen zijn nu verplicht om hun vakantie door te brengen binnen een beperkte radius, in België of Europa. De laatste jaren was er een ontsporing, lag de nadruk op hoe verder, hoe liever”, vindt ze. Vooral bij jongeren is de druk om aan de reisglobalisering mee te doen zeer groot. Vakantie in eigen land gold als hopeloos oninteressant. Hoe verder hoe liever, was ook betaalbaar.

“In termen van sociale rechtvaardigheid is dat natuurlijk goed, maar het zorgt er op de duur wel voor dat mensen verder trekken om de verkeerde redenen, hun bucketlist volgen. Ik vermoed dat het nog een hele tijd zal duren voor we opnieuw vertrouwen krijgen in verwegbestemmingen. Zolang er geen vaccin is, kunnen zich hier en elders weer opstoten van covid-19 voordoen. En zelfs nadien zal het besef blijven dat je ziek kan worden op een verre bestemming, er vast kan komen te zitten en de medische infrastructuur niet overal toereikend is.”

Uiteraard kan je ook binnen Europa ziek worden, maar dan ben je sneller thuis. “Dat zijn toch lessen die mensen dichter bij huis zullen houden en waar verafbestemmingen onder gaan lijden. In de toekomst zullen we ons niet meer schamen dat we onze vakantie in de Ardennen doorbrengen. Een tendens die bijvoorbeeld al bestond bij wie met het klimaat begaan is, maar nu wellicht zal doordringen in bredere lagen van de bevolking.”

Gaan we meer betalen?

De coronacrisis zou in het voordeel kunnen uitdraaien van de touroperators, denkt de professor toerisme, omdat die meer zekerheid bieden wanneer er iets fout loopt. “Zij halen bij een crisis of ramp hun klanten terug naar huis, terwijl wie individueel boekt op zichzelf is aangewezen. Anderzijds gaan sommige reisorganisaties deze crisis niet overleven, wat de concurrentie op die markt zal doen afnemen en de prijzen wellicht zal doen stijgen. Misschien niet meteen, want men zal desnoods break-even draaien om opnieuw klanten aan te trekken. Maar op termijn wel. Nu is dat misschien geen slechte zaak, want waarom zijn de prijzen zo laag? In het toerisme werken vaak mensen met slechte contracten. De vraag is natuurlijk: willen én kunnen consumenten meer betalen?”

En wat met de bestemmingen zelf? Willen zij nog wel dat de massa terugkeert? “Je hoort tegengestelde reacties. De enen vinden dat het veel aangenamer is zonder toeristen, omdat de natuur zich kan herstellen, anderen smeken bezoekers zo snel mogelijk terug te keren omwille van de broodnodige inkomsten. Ik vind dat geen van beiden gelijk moet krijgen”, aldus Vanneste. “We moeten niet terug naar de orde van de dag, maar je kan evenmin pleiten voor lege steden en badplaatsen. Ik ben ervan overtuigd dat men er op de meeste plaatsen zal in slagen een compromis te vinden. Dat betere toerisme zal ook worden gepromoot. Hogere prijzen, ja, maar ook meer kwaliteit.”

De kans is groot dat we na corona naar een beter soort toerisme evolueren, concludeert de professor. “Dat er economisch slachtoffers vallen bij mensen die veel geïnvesteerd hebben in een toeristische activiteit is natuurlijk bijzonder jammer. Maar voor de sector in het algemeen ligt er beterschap in het verschiet. Wellicht laat het vaccin zolang op zich wachten dat we met zijn allen een attitudewijziging zullen hebben doorgemaakt.”

Maar is de toeristische industrie daar klaar voor? Pierre Fivet, voorzitter van de ABTO, de Belgische Vereniging van Touroperators: “Cruciaal voor ons is natuurlijk of er een vaccin komt en veel mensen dan terug zullen willen reizen als voorheen. Aan de andere kant waren al een aantal trends merkbaar, die nu wellicht verder zullen doorbreken. Massahotels en all-inclusiveformules bijvoorbeeld zijn eigenlijk al over hun hoogtepunt heen. Er was al een tendens naar kleinschaligere accomodaties of het vermijden van toeristische hotspots. Daar waren wij al mee bezig voor corona.”

Ook vakanties dichtbij zijn volgens Fivet niet nieuw: “Het idee dat iedereen zomaar de wereld rondvliegt, moet toch worden bijgesteld. Driekwart van de toeristen bracht ook al voor de pandemie hun vakantie in Europa of eigen land door. Slechts een zeer klein percentage reist buiten Europa. Dus dat zal wellicht bestendigen. Ik ben ervan overtuigd dat mensen meer op zeker zullen spelen en touroperators sterker uit deze crisis zullen komen. Maar reizen is een basisbehoefte geworden en die pak je de mensen niet zomaar af.”

Partner Content