De huidige tuin, een ontwerp van René Pechère (1958). © imageselect

Als de Kunstberg kon vertellen

Sommige mensen vinden de Kunstberg in Brussel maar een lelijk allegaartje. Maar weten ze wel hoe boeiend de geschiedenis van deze plek is?

Aan herdenkingsplaten geen gebrek in Brussel, maar wat te denken van dit opschrift: De Kunstberg is ontworpen door Leopold II, uitgewerkt onder Leopold III, opgericht door Boudewijn I en opgedragen aan Albert I? Grappig en vooral verwarrend. “En toch klopt de tekst”, lacht Aude Musin, stadsgids bij Brussel Babbelt. “Het heeft sinds de eerste schetsen de regeertijd van vier koningen gekost eer de Kunstberg eruitzag zoals vandaag.” Je kan dus zeggen dat de berg een muis heeft gebaard.

De Kunstberg rond 1910.
De Kunstberg rond 1910.© Frédéric Raevens

Met zijn classicistische architectuur uit de jaren 30 is de Kunstberg vandaag een iconische plek, maar niet de meest geliefde. Voor de meeste mensen is het een doorgangszone waar ze geen aandacht aan besteden. Hooguit genieten ze vanaf de kant van het Koningsplein even van het prachtige uitzicht op de Brusselse benedenstad. Jammer, want dit is een van oudste delen van de stad, waar hier en daar nog een spoor van over is, al moet je wat zoeken.

Op zoek naar de Hofberg

Vandaag is de Kunstberg een helling in terrasvorm die nog weinig te maken heeft met de steile heuvel die zich hier ooit bevond. “Eeuwenlang vormde deze heuvel de verbinding tussen het Coudenbergpaleis, de zetel van de wereldlijke macht, en het volkse hart van Brussel”, vertelt onze gids. “Deze link tussen de stad en de machtshebbers zal een grote invloed hebben op de ontwikkeling van de wijk”.

In de middeleeuwen is de Kunstberg eerst een Jodenwijk. Niet omdat, zoals vaak verteld, de Joden toen financiële beroepen uitoefenden die lange tijd verboden waren voor christenen, zoals geld lenen. Wel omdat ze bescherming zochten bij de machtshebbers, omdat ze vaak het slachtoffer van vervolgingen waren. Om de heuvel te beklimmen of af te dalen maakten mensen gebruik van vier steile trappen, de zogenaamde Jodentrappen. Daar is nog een klein stukje van over dat naar de rand van het Warandepark leidt.

Karel van Lotharingen en zijn zomerresidentie.
Karel van Lotharingen en zijn zomerresidentie.© Frédéric Raevens

Nadat ze ervan werden beschuldigd hosties te hebben doorboord, volgde een bloedbad en trokken de Joden in de 14de eeuw weg uit de stad. Waarna het aanzien van de wijk stilaan veranderde in een Hofberg, met een volkse en dichtbewoonde zone, de Sint-Rochuswijk. Maar ook met patriciërshuizen en zelfs echte paleizen gebouwd door hovelingen die zo dicht mogelijk bij het machtscentrum wilden wonen. Ook van die periode blijft nauwelijks iets over. Het stevig gerestaureerde Hotel Ravenstein is het enige aristocratische verblijf uit het einde van de middeleeuwen, dat in de wijk – en trouwens in heel Brussel – nog overeind staat.

Vind jij de 16de-eeuwse kapel terug?
Vind jij de 16de-eeuwse kapel terug?© Piet De Kersgieter

Mocht je ooit de kleine koetspoort open zien, aarzel dan niet om een kijkje te nemen in de knappe binnentuin. Tot zover de middeleeuwen? Niet helemaal. Er blijven nog enkele sporen over van het Nassaupaleis, in zijn tijd geprezen om zijn pracht en praal, maar in de jaren 60 gewoon gesloopt. Enkel de 16de-eeuwse gotische Nassaukapel werd wonderwel gered, al zit die nu ingekapseld tussen de Koninklijke Bibliotheek en het KBR Museum.

De sloop van het Nassaupaleis is vandaag niet te vatten, vooral omdat dit gebouw na de brand van het Coudenbergpaleis in 1730 de officiële residentie van de landvoogden van de Oostenrijkse Nederlanden werd. Karel van Lotharingen liet rond 1760 nieuwe vleugels aan het paleis bouwen, waarvan enkel de barokke zomerappartementen bewaard bleven. En het zijn vreemd genoeg die appartementen die de Kunstberg zijn huidige functie zullen geven. Tijdens de Franse overheersing (1792-1815) werden ze opgekocht om er de vroegere bibliotheek van de hertogen van Bourgondië in onder te brengen – de kostbare verzameling die bij de brand van de Coudenberg werd gered. Hetzelfde pand herbergde ook een eerste kunstmuseum. In 1825 voegden de Nederlanders er een Paleis van de Nationale Nijverheid aan toe. Het hele complex werd in de jaren 1830 door de jonge Belgische staat overgenomen om er de eerste nationale bibliotheek en enkele topstukken uit het nationaal erfgoed in onder te brengen, waarna er gaandeweg andere kunstzinnige en literaire verzamelingen bijkwamen. Al snel was er gebrek aan ruimte, zelfs na de bouw van een derde vleugel in 1879.

En toen kwam Leopold II

Een uitbreiding drong zich op en het was Leopold II die de idee lanceerde van een site geheel gewijd aan kunst in al haar vormen. Aude Musin: “De achterliggende gedachte was een grootse artistieke tegenhanger creëren voor het Justitiepaleis en de basiliek van Koekelberg, het juridische en religieuze symbool”. Zonder het te beseffen bracht de koning hiermee een polemiek op gang die pas in de jaren 1960 zou stoppen. Het project startte goed. Op de top van de heuvel kwam een Paleis voor Schone Kunsten – het huidige Oldmasters Museum -, ontworpen door Alphonse Balat en gebouwd en afgewerkt in 1890. De overige bouwplannen oogden al even radicaal, groots en neoklassiek. Maar de Brusselaars protesteerden: zij zagen liever een invulling die geen komaf maakte met het verleden van de wijk.

Resultaat: een project werd pas goedgekeurd toen de Sint-Rochuswijk onbewoonbaar werd verklaard en in 1897 bijna helemaal werd gesloopt. Meer dan 10 jaar was de zone een stadskanker, maar wanneer de wereldtentoonstelling van 1910 naderde, begon de stad er tuinen aan te leggen. Een leuke en tijdelijke oplossing, die tot halfweg de jaren 50 overeind bleef en waaraan veel mensen zich gingen hechten.

Uiteindelijk zorgde het overlijden van Albert I in 1934 ervoor dat een nieuw project voor de Kunstberg het levenslicht zag: een herdenkingsbibliotheek gewijd aan de Koning-Ridder. Helaas stak de Tweede Wereldoorlog stokken in de wielen en viel het project zo goed als stil. De aanleg van de Noord-Zuidverbinding had immers heel wat Brusselaars trauma’s bezorgd en dus stond de overheid niet te springen om een nieuwe reuzenwerf op te starten. Opnieuw bracht een wereldtentoonstelling, Expo 58, de zaken in een stroomversnelling. Er werd beslist om bij de bibliotheek van Albert I een congresgebouw en een ondergrondse parking te bouwen en de helling te bedekken met een tegeltuin. De belle-époquetuinen uit 1910 en het Nassaupaleis sneuvelden onder het geweld van de bulldozers.

Het Carillon, helaas niet langer actief.
Het Carillon, helaas niet langer actief.© getty images

En de Kunstberg vandaag? Laat al je vooroordelen varen, neem de tijd om de wijk goed in je op te nemen en (her)ontdek alle details en musea. Want zelfs als de bouwstijl je niet bevalt, vallen er gegarandeerd leuke vondsten te doen. Zoals de heerlijk vintage en vrij toegankelijke cafetaria van de Koninklijke Bibliotheek met panoramisch uitzicht. In de mooie maanden kan je van hieruit naar het dakterras klimmen.

Rondleidingen op de Kunstberg. De vzw Brussel Babbelt organiseert geleide bezoeken aan de Kunstberg voor individuele deelnemers, groepen en ondernemingen. Voor meer informatie kan je terecht op bruxellesbavard.be/nl/home of via info@brusselbabbelt.be

Very British!

Old England op de Hofberg.
Old England op de Hofberg.© imageselect

In de belle époque vond je op de top van de Kunstberg, kant Koningsplein, de ene luxeboetiek naast de andere. Enkele werden bewaard, zoals het vroegere warenhuis Old England, nu het Muziekinstrumentenmuseum (MIM). Deze art-nouveauparel dankt zijn ontstaan aan de vele Engelse toeristen die in de wijk logeerden alvorens het slagveld van Waterloo te bezoeken. Enkele huizen verderop bevindt zich de voormalige apotheek Delacre. Op het einde van de 19de eeuw werd hier chocolade als versterkend middel verkocht. Een succes dat uitgroeide tot de beroemde koekjesfabriek.

Partner Content