Praktische gids bij een rechtszaak

Een aanrijding. Een ongeval... Voor u het weet zit u in de mallemolen die ‘justitie’ heet. Wat zijn uw rechten? Hoe verdedigt u deze best? Tegen welke prijs?

Een eerste goede reflex als u in aanraking komt met justitie is nagaan of u een rechtsbijstandsverzekering hebt. Dat is belangrijk, want zodra de verzekeraar aanvaardt tussen te komen, betaalt hij – weliswaar tot een bepaalde limiet – de kosten van de deurwaarder, de advocaat, de expertise en alle verdere procedurekosten.

Een tweede goede reflex is uw licht opsteken bij een advocaat. Hij/zij zorgt ervoor dat alle nodige stappen genomen worden, binnen de gestelde termijn, zodat u niet een “te laat” krijgt voorgeschoteld.

Uit het leven gegrepen

Volgend verhaal is waargebeurd. Uiteraard zijn namen en plaats fictief.

De familie Decoster woont in een eengezinswoning in Brussel. Een tijdje geleden vonden ze zoon Pieter (13 jaar) bewusteloos in de badkamer. Bijna had de koolstofmonoxide een nieuw slachtoffer gemaakt. Gelukkig werd Pieter op tijd gered. Wel waren enkele dagen hospitalisatie nodig. Toen onderzocht werd waar het probleem vandaan kwam, bleek dat de buis van de geiser te kort was, waardoor de verbrandingsgassen terug de badkamer in konden. De loodgieter die de geiser geïnstalleerd had, wees elke verantwoordelijkheid af. Hij beweerde geen fout gemaakt te hebben, maar het apparaat ‘volgens de regels van de kunst’ te hebben geplaatst, zoals ze overigens overal in Brussel worden geplaatst. De familie Decoster liet het daar echter niet bij. Ze vroeg een schadevergoeding voor de kosten die het voorval meebracht (opname op de spoeddienst, hospitalisatie, in orde brengen van de sanitaire installatie) en vergoeding voor de morele schade die zij als familie geleden heeft. Ze beslisten de loodgieter voor de rechter te dagen.

Burgerlijk of strafrechtelijk?

De eerste vraag die zich stelt is: is dit een burgerlijke of strafrechtelijke zaak?

Strafprocedure
Als er bijvoorbeeld een pv opgemaakt wordt door de politie of als er klacht wordt ingediend, zal een zaak altijd strafrechtelijk behandeld worden. Is dat niet het geval (zoals in ons voorbeeld), dan heeft men de keuze: strafrechtelijk of burgerlijk.

Als iemand gewond is (of een vergiftiging oploopt zoals in dit geval) spreekt men van ‘het onopzettelijk toebrengen van letsels’. Dit ‘misdrijf’ valt onder artikel 418 -420 van het Strafwetboek. Wie zich aan dit misdrijf bezondigt, kan gestraft worden met een gevangenisstraf en/of een geldboete. Let op, het is het parket- dat de overheid vertegenwoordigt – dat de dader al of niet veroordeelt en bestraft. Het slachtoffer (de familie Decoster) staat hier buiten. Wil het slachtoffer vergoed worden voor de schade die het opgelopen heeft, dan moet het zich ‘burgerlijke partij stellen’ voor de strafrechtbank.

De zaak voor de strafrechtbank brengen houdt wel een risico in: stel dat de strafrechter de loodgieter vrijspreekt, dan zal hij de vraag tot schadevergoeding van de familie niet eens onderzoeken. Dan zal het voor de familie moeilijk zijn om nog iets te ondernemen tegen de loodgieter.

Een ander nadeel van een strafrechtelijke zaak is dat het parket alles beslist. Partijen geven als het ware de zaak uit handen. Het parket kan de zaak eventueel “zonder gevolg” klasseren.

Burgerlijke procedure
De zaak kan ook voor de burgerlijke rechtbank ingeleid worden. Eerder dan na te gaan of iemand al of niet een inbreuk gepleegd heeft op het strafwetboek – en deze persoon te straffen – kijkt men enkel of er een fout is gepleegd en zo ja of er een oorzakelijk verband is tussen de fout en de schade. Is degene die de fout beging aansprakelijk, dan moet hij schadevergoeding betalen aan het slachtoffer.

“Deze zaak zou ik voor de burgerlijke rechtbank inleiden”, zegt Benoît Malevé, ” Want je moet ook weten dat de strafrechter, zolang hij niet geoordeeld heeft over het strafrechtelijke stuk, niet oordeelt over de burgerlijke kant. De strafrechter zal niet kunnen zeggen: ‘Ik denk dat de loodgieter een fout heeft begaan, met schade tot gevolg’ vooraleer hij de loodgieter strafrechtelijk veroordeeld heeft.”

Heb ik toegang tot mijn dossier?

Ook hier moet onderscheid gemaakt worden tussen de strafrechtelijke en de burgerlijke procedure:

In de strafrechtelijke procedure wordt een persoon beschuldigd een strafbaar feit te hebben gepleegd. Zolang het onderzoek loopt, hebben partijen geen toegang tot hun dossier. Hun advocaat kan wel toestemming aan de procureur des Konings vragen om het dossier in te zien en eventueel bepaalde stukken te kopiëren, maar de partijen zelf krijgen pas vrije en volledige inzage in het dossier na het onderzoek.

WEETJE Er kunnen altijd elementen toegevoegd worden aan een dossier. In strafzaken kunnen bijkomende onderzoeken worden gevraagd, zoals het oproepen van getuigen of het aanduiden van een expert. Dit zowel voor het strafrechtelijke als voor het burgerlijke luik (als het slachtoffer zich burgerlijke partij gesteld heeft).

Bij een burgerlijke procedure hebben partijen onmiddellijk toegang tot hun dossier. Alles moet immers transparant zijn. Een burgerlijke procedure is ‘op tegenspraak’, wat wil zeggen dat beide partijen hun standpunt verdedigen. Stel dat de advocaat van de familie Decoster een expert had aangesteld om de geiser te controleren, dan zal hij de bevindingen van de expert overmaken aan de advocaat van de loodgieter. Op zijn beurt zal deze laatste alle elementen doorgeven waarop hij zich baseert. Zo zijn beide partijen van meet af aan op de hoogte van het dossier.

Wie draagt de bewijslast?

We gaan ervan uit dat de familie Decoster ervoor gekozen heeft een burgerlijke procedure te voeren. De burgerlijke aansprakelijkheid wordt geregeld in artikel 1382 van het burgerlijk wetboek, zowat het meest bekende artikel: “Elke daad van de mens waardoor aan een ander schade wordt veroorzaakt, verplicht degene door wiens schuld de schade is ontstaan, deze te vergoeden”. Op dit ‘basisartikel’ van de burgerlijke aansprakelijkheid bestaan enkele varianten, zoals art. 1383 dat zegt dat men ook aansprakelijk is voor schade die men aanricht door nalatigheid of onvoorzichtigheid. Of art. 1384 dat zegt dat men niet enkel aansprakelijk is voor de schade die ontstaat door de eigen fout, maar ook voor de schade als gevolg van een fout begaan door iemand voor wie men verantwoordelijk is.

Eén van de grote principes in een burgerlijk proces is dat de eiser de bewijslast draagt. Als de familie Decoster de loodgieter voor de rechter wil dagen, zal zij dus moeten bewijzen:

  • dat de loodgieter een fout begaan heeft bij de installatie van de verwarmer
  • dat hun zoon schade heeft geleden
  • dat er een oorzakelijk verband is tussen de fout en de schade.

Vooral dit oorzakelijk verband is niet zo eenvoudig te bewijzen. Denken we bijvoorbeeld aan een slachtoffer van een verkeersongeval dat een wiplashletsel overhoudt. Aantonen dat de pijn enkel te maken heeft met het ongeval en niet (mede) afkomstig is van een voorafbestaand letsel (bijv. artrose) is niet eenvoudig. In ons voorbeeld is het gemakkelijker aan te tonen dat de letsels van zoon Pieter het gevolg zijn van het inademen van de verbrandingsgassen. Maar stel dat Pieter, licht duizelig, uit de badkamer zou gekomen zijn en dat hij nadien van de trap zou zijn gevallen en zijn been had gebroken. Dan zou het voor de familie Decoster heel wat moeilijker zijn om te bewijzen dat de beenbreuk het gevolg is van de installatiefout van de loodgieter.

Waarom is een expert nodig?

Als u een feit zo objectief mogelijk wilt aantonen kunt u best een beroep doen op een expert.

Een technisch expert
Noch de familie Decoster, noch haar advocaat is bevoegd om te oordelen of de geiser wel op de juiste manier werd geïnstalleerd. “In een geval als dit zou ik een expert laten aanstellen”, legt Benoît Malevé uit. “Het zou kunnen dat ik met de tegenpartij een akkoord sluit om een minnelijke expertise te laten uitvoeren door de verzekeraar van de installateur, maar dit gebeurt eerder zelden. Meestal maak ik een dagvaarding om een expert te laten aanstellen door de rechter in kort geding (een snelle procedure). Ik stuur de dagvaarding naar een deurwaarder. De door de rechter aangestelde expert roept de partijen op en begeeft zich met hen ter plaatse om te oordelen of de installatie van de geiser correct is uitgevoerd.”

Dit is de meest gangbare procedure. Familie Decoster kan de loodgieter ook onmiddellijk dagvaarden en aan de rechter waarbij ze terecht komt vragen om een expert aan te stellen. Maar dit duurt wat langer: 8 dagen ipv 3 dagen in geval van kort geding.

Een medisch expert
Om het dossier te volgen op medisch vlak en de lichamelijke schade te bepalen wordt een beroep gedaan op een medisch expert. Benoît Malevé: ” Als ik vroeg genoeg geraadpleegd word en er zijn ernstige letsels, stel ik altijd een medisch expert aan. Een geneesheer-expert bekijkt de letsels op een andere manier dan de behandelende arts. Die zal enkel de onderzoeken laten doen die hij nodig acht voor de genezing. Een geneesheer-expert houdt zich niet zozeer met de genezing bezig, maar wel met het vaststellen van de lichamelijke schade. Omdat hij de evolutie van het letsel moet vaststellen en moet bepalen of sommige letsels al voor het ongeval bestonden, zal hij soms uitgebreider onderzoeken laten doen.”

Er bestaat een officiële lijst van medische experts. Uw advocaat kan u een aantal namen bezorgen van geneesheren die vaak aangeduid worden door de rechtbanken.

Hoe wordt de schade vastgesteld?

De schade vaststellen kan op twee manieren:

  • via een klassieke expertise: de rechtbank duidt een expert aan die de schade vaststelt nadat hij de partijen gehoord heeft. Beide partijen kunnen zich laten bijstaan door een adviserend geneesheer om hun standpunt kracht bij te zetten (dus in totaal zijn er 3 experten). De vermeende dader of zijn verzekeraar zal uiteraard proberen om de schade tot een minimum te beperken, daar waar het slachtoffer gebaat is bij een zo hoog mogelijke evaluatie.
  • via een medische expertise die in der minne wordt gevoerd. Deze methode wordt vaak gebruikt als er een verzekeraar in het spel is. Partijen maken dan een overeenkomst waarbij ze elk een adviserend geneesheer aanduiden. Beide geneesheren doen samen onderzoek en proberen een akkoord te sluiten over de gevolgen van het ongeval. Deze procedure is goedkoper dan de klassieke expertise omdat het hier bij twee experten blijft, tenzij die twee niet akkoord raken en een derde geneesheer nodig is. Een klassieke expertise kost algauw enkele duizenden euro’s.

Wat is het verschil tussen ongeschiktheid en invaliditeit?

We kennen de begrippen ‘arbeidsongeschiktheid’ en ‘invaliditeit’ vooral van de ziekte- en invaliditeitsverzekering. De ziekteverzekering keert een arbeidsongeschiktheidsuitkering (eerste jaar) of een invaliditeitsuitkering (vanaf het tweede jaar) uit, maar houdt daarbij geen rekening met de oorzaak (het maakt niet uit of u thuis bent van het werk wegens griep of wegens de gevolgen van een ongeval).

Voor het aansprakelijkheidsrecht is dit echter wel belangrijk. De medische gevolgen van het ongeval worden uitgedrukt in een percentage al of niet blijvende ongeschiktheid of invaliditeit. Er is sprake van ‘ongeschiktheid’ als het slachtoffer het werk niet (of slechts gedeeltelijk) kan hervatten, wat een economisch gevolg heeft (materiële schade). Bij ‘invaliditeit’ gaat het om gevolgen (bijv. hoofdpijn) die niet verhinderen dat het slachtoffer opnieuw kan werken (morele schade).

Als een ongeval lichamelijke schade meebrengt, zijn er twee periodes. De schakel tussen beide periodes is het moment van consolidatie. Dat is het moment waarop de toestand van de persoon niet meer evolueert. De eerste periode – dus voor de consolidatie – is een periode van tijdelijke ongeschiktheid. Vanaf de consolditatiedatum is de persoon helemaal genezen, ofwel zijn er nog gevolgen, maar die zullen niet meer veranderen. Als er nog gevolgen zijn, komt de persoon in een toestand van blijvende ongeschiktheid of invaliditeit – die geheel of gedeeltelijk kan zijn.

Voorbeeld: iemand die na een ongeval definitief totaal ongeschikt is om te werken zal 100 % arbeidsongeschikt worden verklaard.

Hoe wordt de schade begroot?

De expert-geneesheer bepaalt de periodes arbeidsongeschiktheid en bepaalt ook of er na de consolidatiedatum nog gevolgen zijn.

Daarna is het aan de advocaat of de verzekeraar om de schade te begroten. Met andere woorden: hoeveel bedragen deze gevolgen uitgedrukt in geld? Alle partijen die schade hebben geleden als gevolg van een ongeval kunnen herstel van de schade vragen. De schade moet zodanig begroot worden dat het slachtoffer opnieuw in de toestand van voorheen wordt geplaatst.

Vroeger bestonden er grote verschillen tussen de rechtbanken (soms zelfs het dubbele van het bedrag voor dezelfde schade).

Daarom wordt nu gewerkt met een indicatieve tabel om de verschillende soorten schade te becijferen. We sommen enkele soorten op bij wijze van voorbeeld:

Ongeschiktheid
Als het slachtoffer ongeschikt blijft na de consolidatiedatum wordt 1 % ongeschiktheid geacht een bepaald bedrag te vertegenwoordigen, rekening houdend met de leeftijd. Is er ongeschiktheid tussen 1 en 14 %, dan wordt de schade forfaitair begroot (zie tabel). Is de graad van ongeschiktheid groter dan 15 %, dan gebeurt de begroting via een systeem van kapitalisatie aan de hand van sterftetabellen.

Leeftijd van
het slachtoffer

Bedrag (*)
< 15 jaar ? 2000
< 25 jaar ? 1875
< 35 jaar ? 1750
< 40 jaar ? 1625
< 45 jaar ? 1500
< 50 jaar ? 1375
< 55 jaar ? 1250
< 60 jaar ? 1125
< 65 jaar ? 875
< 70 jaar ? 750
< 75 jaar ? 625
< 80 jaar ? 500
< 85 jaar ? 375
> 85 jaar ? 250

(*) Materiële en morele schade. Ingeval er enkel morele schade is, wordt de helft van deze bedragen uitgekeerd.

VOORBEELD Voor iemand van 30 jaar vertegenwoordigt één punt invaliditeit een bedrag van euro 1750. Wanneer er consolidatie is met 2 % ongeschiktheid, zal deze persoon recht hebben op 2 x 1750 = euro 3500.

Morele schade
Tijdens de periodes van tijdelijke en blijvende ongeschiktheid, vertegenwoordigt de morele schade, naast de pijn, alle zaken waardoor het dagelijks leven bemoeilijkt wordt. Morele schade wordt vergoed aan:

  • ? 31 per dag gewone hospitalisatie;
  • ? 37,50 per dag hospitalisatie, gecombineerd met zware pijnen die eventueel ook nog voortduren na de hospitalisatie en in geval van zware revalidatie;
  • ? 25 per dag na de hospitalisatie bij een ongeschiktheid van 100 %.

Overlijden
Het overlijden van het slachtoffer brengt uiteraard een grote morele schade mee voor de nabestaanden. Het bedrag van de vergoedingen worden vastgesteld, rekening houdend met concrete omstandigheden zoals de leeftijd van het slachtoffer, de duur van de relatie, de omstandigheden van het overlijden. Op basis van de rechtspraak variëren deze vergoedingen van euro 2500 voor iemand die niet samenwoonde met het slachtoffer tot euro 10 000 voor een echtgeno(o)t(e) of samenwonende met wie het slachtoffer een duurzame relatie had.

Daarbij komt nog een vergoeding voor economische schade voor de nabestaanden die leefden van de beroepsinkomsten van het overleden slachtoffer. De schade komt overeen met het inkomen van de overledene, verminderd met het deel dat hij voor zijn eigen onderhoud gebruikte. Volgens de formule:

100 % van de gezinsinkomsten gedeeld door het aantal gezinsleden + 1

Huishoudelijke arbeid
Ook huishoudelijke arbeid heeft een economische waarde, waaraan afbreuk wordt gedaan door tijdelijke en/of blijvende ongeschiktheid. Bij een ongeschiktheid van 100 % worden meestal volgende vergoedingen toegekend:

  • ? 17,50 per dag voor een gezin zonder kinderen
  • ? 25 per dag voor een gezin met 1 kind + ? 5 per volgend kind

Het gaat hier om een vergoeding per gezin en niet per persoon.

WEETJE de wetgeving gaat uit van een klassiek ‘rollenpatroon’: huishoudelijke arbeid wordt voor 65 % geacht door de vrouw te worden gedaan en voor 35 % door de man.

Andere schade
Schade – als synoniem van ‘verlies’, als men de situatie van voor het ongeval vergelijkt met die van nadien – kan ook nog op allerlei andere vlakken spelen: het feit dat men hulp van derden moet inroepen, het feit dat men (gedeeltelijk) ongeschikt is om te werken, esthetische schade, administratieve kosten,...

EEN GOEDE RAAD Houd van in het begin bewijsstukken bij van al uw kosten. Nummer alle stukken en maak een tabel waarin u het bedrag opneemt dat u betaald hebt, wat u terugkrijgt van het ziekenfonds (en eventueel de aanvullende verzekering) en het saldo dat u zelf moet betalen.

Hoe groot is de schade voor de familie Decoster?

Pieter had een tijdelijke volledige ongeschiktheid (100%) gedurende 10 dagen. Daarna een gedeeltelijke ongeschiktheid van 50%. Gedurende deze periode ging hij wel al terug naar school. Zijn geval werd geconsolideerd met een blijvende invaliditeit van 2% (wegens blijvende hoofdpijn). We rekenen ...

Morele schade voor Pieter:

  • 10 dagen x euro25 = euro 250
  • 20 dagen x euro25 x 50% = euro250

Omdat hij al naar school ging terwijl hij nog 50% ongeschikt was, kan hij een vergoeding vragen voor de inspanningen die hij moest leveren tijdens de lessen: 20 dagen x 17,50 x 50 % = ?175

Voor de blijvende invaliditeit krijgt hij : 2 x ?2000 x 50% (invaliditeit wordt beschouwd als morele schade – dan geldt de helft van de bedragen) = ? 1000

Hier komen nog wettelijke intresten bij.

De ouders zullen vergoeding kunnen vragen voor de medische kosten, verplaatsingskosten, evenals vergoeding voor de materiële en morele schade.

Kosten van de procedure

Los van alle kosten die te maken hebben met het herstel van de lichamelijke schade, zijn er de kosten van de procedure: de expertisekosten, de honoraria van de advocaat en de aktekosten.

De expertisekosten
In ons voorbeeld zal er een beroep worden gedaan op een technisch expert. Zo’n expertise kost toch al gauw ? 750 tot 1000. Als er veel bijeenkomsten nodig zijn, waarbij er sommige onderzoeken door een labo gebeuren, dan kunnen de expertisekosten zelfs oplopen tot enkele duizenden euro’s.

Wat de kosten van de medische expert betreft, zal veel afhangen van wat hem juist gevraagd wordt. Wordt de medisch expert aangeduid door de rechtbank, dan zal een eenvoudige expertise ?750 tot 1500 kosten, maar ook hier kunnen de kosten oplopen tot enkele duizenden euro’s als er een beroep moet gedaan worden op andere specialisten. Heeft het slachtoffer bijvoorbeeld ook psychische klachten, dan zal de medisch expert een psychiater inschakelen, die een aantal testen zal uitvoeren (die, weerom, niet gratis zijn...). In heel complexe gevallen moet zelfs een beroep gedaan worden op een college van drie experten. Vandaar dat sommige expertises ? 10 000 tot 15 000 kosten.

De honoraria van de advocaat Bij de opening van het dossier vraagt de advocaat een voorschot. Advocaten zijn nu verplicht duidelijk te vermelden hoe zij hun honoraria berekenen. Het meest transparant is een forfaitair tarief. Reken daarvoor minimum ? 75 per uur, maar bij gespecialiseerde of heel ervaren advocaten kan dat oplopen tot ? 150 of zelfs 200 per uur. Soms wordt ook overeengekomen dat het honorarium van de advocaat een percentage is van het bedrag van de verkregen vergoeding.

De aktekosten
Een dagvaarding waarbij de zaak op de rol wordt geplaatst kost ? 150 tot 250. Dit bedrag moet u voorschieten. Vandaar ook het belang van een goede rechtsbijstandsverzekering!

Wat doet de tegenpartij?

Het parcours dat de loodgieter aflegt zal voor een groot deel hetzelfde zijn als dat van de familie Decoster.

De loodgieter zal opgeroepen worden voor de rechtbank. Ofwel krijgt hij het bezoek van een deurwaarder, die hem oproept aan de hand van een dagvaarding. Ofwel wordt hij, net als de andere partij, opgeroepen door de technisch expert die de rechtbank heeft aangeduid.

Wat de inzage in het dossier betreft, geldt voor hem hetzelfde principe als voor de familie Decoster: als de zaak voor de strafrechtbank wordt ingeleid kan zijn advocaat toestemming vragen om kopies te nemen tijdens de onderzoeksfase en zodra die fase beëindigd is, kan hij zelf zijn dossier inkijken. Hij kan zelf vragen om elementen aan zijn dossier toe te voegen. Wordt de zaak voor de burgerlijke rechtbank ingeleid (wat meester Malevé in een zaak als deze aanraadt), heeft hij, net als de familie Decoster, onmiddellijk toegang tot het dossier.

Wat zijn verdediging betreft, heeft de loodgieter er, net als de familie Decoster, alle belang bij te kunnen terugvallen op een rechtsbijstandsverzekering. Eventueel kan hij een minnelijke regeling voorstellen. Stel dat het slachtoffer van de vergiftiging maar een kort verblijf in het ziekenhuis nodig had en niet veel meer hinder heeft dan wat hoofdpijn achteraf, is het misschien niet nodig om een gerechtelijke procedure te starten. De verzekeringsmaatschappijen kunnen deze letsels ook zelf becijferen.

Als de geiser inderdaad verkeerd geïnstalleerd werd, zal de (expert van de) loodgieter nagaan of er geen andere elementen zijn (bijv. de familie deed nog een beroep op een andere installateur) die het ongeval hebben veroorzaakt. Dan zou er op zijn minst een gedeelde aansprakelijkheid zijn. Benoît Malevé bevestigt: “Als advocaat van de loodgieter zou ik proberen aan te tonen dat de geiser wel degelijk op een correcte manier werd geplaatst en onderzoeken of er geen andere elementen zijn die bijgedragen hebben aan het ontstaan van het schadegeval, waarvoor mijn cliënt niet aansprakelijk kan worden gesteld”.

Wat de medische kant van de zaak betreft, heeft de loodgieter er ook belang bij een beroep te doen op een medisch expert. Deze kan in het oog houden dat de letsels niet overdreven worden of dat bepaalde letsels wel degelijk verband houden met het ongeval.

Vrederechter of eerste aanleg?

Welke rechter zich over de zaak van de familie Decoster zal buigen hangt af van het bedrag van het geschil. Gaat het over minder dan euro 1850, is dat de vrederechter. Daarboven is het de rechter van eerste aanleg. In deze zaak zal de schade al vlug meer bedragen dan euro 1850 en zal de advocaat van de familie de zaak voor de rechter van eerste aanleg brengen. Ook de aard van het geschil speelt een rol bij het bepalen welke rechtbank bevoegd is. Voor burenhinder en huurkwesties is de vrederechter bevoegd. Voor echtscheidingszaken is het de rechter van eerste aanleg. En tot slot wordt ook rekening gehouden met de hoedanigheid van de partijen zelf. Handelaars bijvoorbeeld zullen altijd voor de rechtbank van koophandel komen.

De plaats waar de zaak wordt ingeleid, is normaal gezien die waar het ongeval heeft plaatsgehad, dus de rechter van eerste aanleg van het arrondissement waar de familie Decoster woont. Het is ook mogelijk de zaak voor te brengen voor de rechtbank van de woonplaats van de verweerder (de loodgieter in ons voorbeeld).

Voor meer info over de rechtbanken kunt u de brochure ‘Justitie in België’ bestellen bij de Federale Overheidsdienst Justitie: tel. 02 542 65 11 of downloaden via www.just.fgov.be (klik op publicaties).

Een verzekering als helpende hand

Uw rechten verdedigen is niet goedkoop (advocaat, expert, deurwaarder, gerechtskosten,...). Een beetje financiële hulp is dus altijd welkom.

Verzekeringsmaatschappijen stellen polissen rechtsbijstand voor. Kijk ook altijd na of er een luik ‘rechtsbijstand’ zit bij uw familiale verzekering of bij uw autoverzekering. Deze verzekeringen dekken wel enkel schadegevallen die betrekking hebben op deze materies.

De minister van Justitieheeft een akkoord gesloten met Assuralia, de beroepsvereniging van de verzekeringen, over de voorwaarden van een type-overeenkomst rechtsbijstand. De jaarlijkse premie zal ? 144 bedragen (wat neerkomt op ? 12 per maand). De franchise mag niet hoger liggen dan ? 250 en zal niet toegepast worden bij bemiddeling of bij echtscheiding door onderlinge toestemming.

Een aantal verzekeringsmaatschappijen bieden al zulke overeenkomst rechtsbijstand aan. Neem hiervoor contact met uw verzekeringsmakelaar.

Partner Content