© Getty Images/iStockphoto

Nieuw huwelijksgoederenrecht

Nog heel even en de nieuwe erfrechtregels zijn een feit. Intussen is ook de hervorming van de regels van het huwelijksgoederenrecht zo goed als klaar.

Op 1 september 2018 zullen we anders erven. De erflater krijgt meer vrijheid om zelf te bepalen naar wie zijn erfenis gaat. Er was al heel lang sprake van een modernisering van het erfrecht omdat heel wat regels nog uit de tijd van Napoleon dateerden. Hetzelfde kan gezegd worden van het huwelijksvermogensrecht. Kamerleden Sonja Becq, Carina Van Cauter, Sarah Smeyers en Philippe Goffin, hervormen samen met Justitieminister Koen Geens het huwelijksvermogensrecht of huwelijksgoederenrecht. Die hervorming is recent goedgekeurd door de commissie Justitie. De nieuwe maatregelen zullen samen met het nieuwe erfrecht in werking treden op 1 september. Dat is ook nodig, want het huwelijksstelsel bepaalt hoe koppels van elkaar erven. Het is de bedoeling om bij het einde van het huwelijk meer zekerheid en een betere bescherming te bieden.

Huwelijksgoederenrecht, wat is dat juist?

Op de website van de Federatie van het Belgisch Notariaat staat het zo: “Op het ogenblik dat twee mensen met elkaar huwen, beloven zij met elkaar lief en leed te zullen delen. Maar naast lief en leed zullen ze ook bezittingen verkrijgen, schulden aangaan, goederen kopen en erven, een inkomen verwerven... Dat zal allemaal op een bepaalde manier tussen hen ‘verdeeld’ worden. Het huwelijksvermogensrecht is de rechtstak die dit alles regelt. Er bestaan dus regels die bepalen welk goed van wie is: van beide echtgenoten, gemeenschappelijk of onverdeeld is, of van één echtgenoot alleen. Dat alles wordt bepaald door het huwelijksvermogensstelsel.” Bij een scheiding moet dit huwelijksvermogen ontbonden worden en bestaan er vergoedingsregels tussen de verschillende vermogens.

Drie stelsels

Er zijn drie mogelijkheden: ofwel hebben de partners enkel eigen goederen, ofwel delen ze alles en is dus alles gemeenschappelijk, ofwel hebben ze naast hun gemeenschappelijke goederen zelf (eventueel) nog eigen goederen. Deze mogelijkheden vind je terug in de drie bestaande huwelijksstelsels:

  • Het stelsel van scheiding van goederen: hier bestaat er geen gemeenschappelijk vermogen, er zijn enkel twee eigen vermogens. Dat wil niet zeggen dat de partners niets gemeenschappelijk hebben, maar juridisch noemen we dit een ‘goed in onverdeeldheid’
  • Bij een stelsel van algehele gemeenschap heeft het geen belang wie het goed gekocht en betaald heeft, het is sowieso van allebei. Had je al een goed van voor je trouwde, dan is ook dat gemeenschappelijk.
  • Bij het stelsel van scheiding van goederen, met gemeenschap van aanwinsten (beter gekend als het wettelijk stelsel) zijn er 3 vermogens: het eigen vermogen van de partners (wat ze al hadden voor het huwelijk en wat ze tijdens het huwelijk kregen via schenking of erfenis) en het gemeenschappelijke vermogen. Goederen waarvan niet kan aangetoond worden dat ze eigendom zijn van één van de partners, zijn gemeenschappelijk.

Nieuw

De regels van het huwelijksvermogensrecht worden aangepast aan de moderne tijd. De drie huidige stelsels blijven bestaan en de keuze ertussen blijft vrij. Maar binnen elk stelsel worden een aantal wijzigingen aangebracht die de partners meer zekerheid en een betere bescherming geven bij een scheiding of bij overlijden.

  • Ondernemers worden binnen het wettelijk stelsel beter beschermd. Zo zal je bij echtscheiding niet langer de aankoopwaarde van beroepsgoederen aan je ex-partner moeten betalen, maar de reële restwaarde.
  • Zelfstandigen en ondernemers die met scheiding van goederen trouwen om hun gezin te beschermen tegen mogelijke schulden, krijgen de kans om meer solidariteit in te bouwen. Bij hun huwelijk kunnen de partners afspreken hoeveel procent de ander kan krijgen van de aanwinsten in geval van scheiding. Op die manier blijven beide partners beschermd, maar delen ze ook beiden in het vermogen dat werd opgebouwd.
  • Binnen het wettelijk stelsel zal je bij een echtscheiding niet langer je opzegvergoeding moeten delen met je ex-partner. Ook een schadevergoeding die je krijgt voor een opgelopen arbeidsongeschiktheid zal in zijn totaliteit aan jezelf worden toegekend en niet aan het gemeenschappelijk vermogen.
  • Binnen het gemeenschappelijke stelsel kunnen partners voor het huwelijk al hun aangekocht onroerend goed anticipatief inbrengen. Op die manier vermijden ze dubbele notariskosten wanneer ze trouwen en hun vastgoed in het huwelijksvermogen willen inbrengen.
  • Het wordt mogelijk om te kiezen voor een ‘gemilderde’ scheiding van goederen. Een aantal maatregelen die gelden voor gemeenschapsstelsels zullen ook mogelijk worden voor wie trouwt met scheiding van goederen. Dat is bijvoorbeeld het geval voor de clausule in het huwelijkscontract die ervoor zorgt dat bij het overlijden van de eerste partner de langstlevende partner alles erft en de reserve van de kinderen dus uitgesteld wordt. Maar ook bij een scheiding van goederen zullen de kinderen uit het eerste huwelijk beschermd worden. Stel dat de langstlevende ouder die de volle eigendom van de volledige nalatenschap van zijn eerste partner geërfd heeft, hertrouwt, dan kan hij/zij niet alles inbrengen in de gemeenschap. Dan zou de reserve van de kinderen uit het eerste huwelijk niet uitgesteld worden, maar verdwijnen en dat is niet de bedoeling.

Partner Content