© iStock

Extra pensioen via je ex

Ben je gescheiden, dan heb je misschien recht op een pensioen via je expartner. Maar dan moet je wel getrouwd zijn geweest met een loontrekkende of zelfstandige.

Marie en Dirk waren 30 jaar getrouwd. In het begin van hun huwelijk werkten ze allebei voltijds, maar toen er kinderen kwamen, stopte Marie een paar jaar met werken. Later ging ze opnieuw deeltijds aan de slag. Toen Marie 55 was, ging het koppel uit elkaar. Zij zocht en vond een voltijdse job, maar toen ze 10 jaar later met pensioen ging, volgde de koude douche. Marie had verre van een volledige loopbaan en bovendien leverden die deeltijdse jaren slechts een deeltijds pensioen op. Gevolg: het pensioen van Marie valt wel heel magertjes uit. En ze is zeker geen unicum.

Een lichtpuntje? Marie was getrouwd met een loontrekkende, waardoor ze in aanmerking komt voor een ‘pensioen als gescheiden huwelijkspartner’, bovenop haar eigen rustpensioen. Al zijn daar soms ietwat vreemde voorwaarden aan gekoppeld. Zo mag je niet uit de ouderlijke macht zijn ontzet en mag je je partner niet naar het leven hebben gestaan, zegt de wet. Geen probleem voor Marie, die dus recht heeft op extra pensioen op basis van de tewerkstelling van haar ex Dirk.

Wat voor Dirk niet betekent dat zijn eigen pensioen er minder op wordt, laat dat duidelijk zijn. Maar was hij een vastbenoemde ambtenaar geweest, dan kon Marie naar dit extraatje fluiten. Want ex-partners van ambtenaren kunnen wel aanspraak maken op een overlevingspensioen, maar niet op extra rustpensioen. En waren Dirk en Marie niet getrouwd geweest maar samenwonend, dan viste Marie eveneens achter het net.

Hoeveel extra?

Voor de periode dat Marie en Dirk gehuwd zijn geweest – 30 jaar -, wordt het echtscheidingspensioen berekend op basis van de loopbaan van Dirk, alsof Marie zelf die activiteit heeft uitgeoefend. De huwelijksperiode start op de dag van het huwelijk en eindigt op de dag waarop de echtscheiding wordt overgeschreven in de registers van de burgerlijke stand.

De berekening die wordt gehanteerd gaat als volgt. Voor elk jaar dat het koppel gehuwd was en het loon van Marie lager lag dan 62,5% van Dirks loon (begrensd tot de jaarlijkse loongrens), krijgt Marie een extraatje op basis van de wat ingewikkelde formule: Dirks loon (begrensd) x 62,5% min het loon van Marie/45 x 60%. De optelsom van al deze bedragen vormt dan het totale echtscheidingspensioen. Wat er simpelweg op neerkomt dat Marie, voor de jaren die ze met Dirk getrouwd was, een pensioen gegarandeerd krijgt, gebaseerd op 62,5% van Dirks loon.

Niet hertrouwd

Niet onbelangrijk om weten is dat je, om aanspraak te maken op een pensioen als gescheiden huwelijkspartner, niet mag hertrouwd zijn. Hoewel. Stel dat Marie wel hertrouwd was, maar haar tweede man nadien overlijdt, dan komt ze wel terug in aanmerking voor het pensioen als gescheiden partner van Dirk. En kan ze haar pensioen als gescheiden huwelijkspartner van Dirk ook nog eens combineren met het overlevingspensioen van haar tweede echtgenoot. Binnen de limieten die gelden op de cumulatie van al deze pensioenen, welteverstaan. Zo wordt haar eigen rustpensioen en haar pensioen als gescheiden echtgenote als één geheel gezien. Waarna dat bedrag dan tegenover het overlevingspensioen wordt geplaatst en de cumulatie beperkt wordt tot 110% van het overlevingspensioen voor een volledige loopbaan. Kortom: je krijgt je rustpensioen, aangevuld met het overlevingspensioen tot de maximumgrens.

Een pensioen als gescheiden huwelijkspartner geldt enkel voor de ex van een werknemer of een zelfstandige.

Ook als Marie van haar tweede echtgenoot zou scheiden, kan ze opnieuw aanspraak maken op het pensioen als gescheiden huwelijkspartner van... Dirk. Want omdat ze al met pensioen was op het moment van haar tweede huwelijk, heeft ze geen recht op een pensioen als gescheiden echtgenote van haar tweede partner. De redenering hierachter is dat je geen pensioen kan opbouwen terwijl je zelf al met pensioen bent.

Maar stel dat Marie, die gescheiden was van Dirk, ook van haar tweede echtgenoot was gescheiden nog voor ze met pensioen ging, dan zou ze van beiden een pensioen als gescheiden huwelijkspartner krijgen, telkens voor de jaren dat het huwelijk heeft geduurd.

Hoe aanvragen?

Wanneer je nog niet met pensioen bent als je scheidt, hoef je niets aan te vragen. De pensioendienst onderzoekt automatisch of je recht hebt op een pensioen als gescheiden huwelijkspartner.

Ben je wel al met pensioen op het moment van je scheiding, dan moet je zelf achter dat extraatje aangaan en een aanvraag doen bij de federale pensioendienst. Tenzij jullie een gezinspensioen krijgen en geen twee pensioenen als alleenstaande.

Meer weten?

  • Bel het gratis nummer 1765 van de Federale Pensioendienst
  • Sla er de cumulatieregels op na: www.sfpd.fgov.be

Wat bij feitelijke scheiding?

Ook als Dirk en Marie feitelijk gescheiden zouden zijn – dus officieel op twee verschillende adressen wonen, maar nog niet uit de echt zijn gescheiden -, kan Marie een pensioen als gescheiden partner krijgen. Al is de berekening dan lichtelijk anders, omdat het hier dan wel om een verdeling van het pensioenbedrag gaat. Of anders gezegd: wat er bij de ene partner bijkomt, gaat er dan bij de andere af. Marie kan dan een pensioen krijgen op basis van de tewerkstelling van Dirk, tot maximum de helft van het pensioen van Dirk, berekend aan het gezinstarief.

We verduidelijken dit even met een voorbeeld: Marie heeft 5.000 euro pensioen per jaar, Dirk 12.000 euro per jaar (bedrag alleenstaande). Het fictieve gezinsbedrag voor Dirk is dan 15.000 euro: het bedrag als alleenstaande (12.000) x 1,25. De helft van het gezinsbedrag van Dirk is 7.500 euro. Marie kan dus haar eigen pensioen aanvullen tot 7.500 euro (5.000 euro + 2.500 euro). Dirk houdt dan nog 9.500 euro (12.000 euro – 2.500 euro) over. Het gaat dus om een loutere herverdeling van de 17.000 euro (12.000 van Dirk en 5.000 van Marie) en voor de pensioenkas een vestzak-broekzakoperatie.

Partner Content