© Getty Images/iStockphoto

Een werkgelegenheidsplan voor oudere werknemers

Een nieuwe cao 104 bepaalt hoe het werkgelegenheidsplan 45-plussers dat ondernemingen met meer dan 20 werknemers moeten maken, eruit ziet.

De programmawet van 29 maart 2012 verplicht werkgevers om jaarlijks een werkgelegenheidsplan te maken hoe ze werknemers van 45 jaar en ouder kunnen behouden en de tewerkstellingsgraad verhogen. De maatregelen voorzien in de programmawet zouden in werking treden op 1 juli 2012, tenzij er binnen de Nationale Arbeidsraad een cao werd afgesloten. En ziedaar: op 27 juni 2012 werd in de NAR cao 104 afgesloten, met als titel: “cao over de uitvoering van een werkgelegenheidsplan oudere werknemers in de onderneming”.

De cao regelt de voorwaarden, procedures en modaliteiten voor de opstelling van het plan.

Welke ondernemingen?


Ondernemingen met meer dan 20 werknemers moeten een werkgelegenheidsplan 45-plussers opstellen. Om na te gaan of het bedrijf aan dit criterium beantwoordt, wordt gekeken naar het aantal werknemers (in voltijdse equivalenten) op de eerste werkdag van het kalenderjaar en op basis van het aantal uitzendkrachten in voltijdse equivalenten op dezelfde dag. Het aantal werknemers wordt voor 4 jaar vastgesteld.

Wat houdt zo’n plan in?


Het werkgelegenheidsplan bevat maatregelen die specifiek zijn voor de onderneming. Ook maatregelen die in de onderneming al worden uitgevoerd kunnen in het werkgelegenheidsplan worden opgenomen. De werkgever kan ook een of meer van de actiegebieden overnemen die in de cao staan opgesomd (niet limitatief)? Bijvoorbeeld:

  • loopbaanontwikkeling en loopbaanbegeleiding
  • mogelijkheden om via interne mutatie een functie te verwerven die is aangepast aan de evolutie van de mogelijkheden en de competenties van de werknemer
  • mogelijkheden voor een aanpassing van de arbeidstijd en de arbeidsomstandigheden
  • de gezondheid van de werknemer, de preventie en het wegwerken van fysieke en psychosociale belemmeringen om aan het werk te blijven.


Procedure


De cao beschrijft verder de procedure van informatie en raadpleging. De werkgever moet het plan voorleggen aan de ondernemingsraad of, als die er niet is, aan de vakbondsafvaardiging of aan het comité voor preventie en bescherming op het werk.

Hoe vaak?


Het plan moet in principe elk jaar worden opgesteld, maar als er maatregelen in opgenomen zijn die over verschillende jaren gespreid zijn, moet er elk jaar een verslag worden voorgelegd waarin staat wat de vorderingen zijn. De werkgever moet het plan 5 jaar bewaren.

Een model


De tekst van de cao bevat ook een model van werkgelegenheidsplan. U kunt deze tekst raadplegen op www.cnt-nar.be, cao’s per nummer.

Partner Content