Een 65-plusser in huis wordt fiscaal beloond

De overheid wil het opnemen van ouderen in het gezin stimuleren. Zij doet dit door een belasting-plichtige die ouder, broer of zus van 65 jaar of ouder ten laste neemt, een dubbele verhoging van de belastingvrije som te gunnen.

Naast de kinderen, kunnen er in fiscaal opzicht drie categorieën van andere personen ten laste zijn: ascendenten (ouders, grootouders,...), zijverwanten tot en met de tweede graad (broers en zussen) en personen van wie de belastingplichtige als kind volledig of hoofdzakelijk ten laste is geweest (bijv. een voogd). Voor alle duidelijkheid: dit betekent ook dat, fiscaal gesproken, een echgeno(o)t(e) dus nooit als een persoon ten laste kan worden beschouwd!

Hoge belastingvrije som

De overheid wil het opnemen vanouderen in het gezin – een vorm van thuiszorg – stimuleren. Zij doet dit door een belastingplichtige die eenascendent of zijverwant (tot en met de tweede graad) van 65 jaar of ouder ten laste neemt, een dubbele verhoging van de belastingvrije som te gunnen. In plaats van met euro1370 wordt de belastingvrije som met euro2730 verhoogd (geïndexeerd bedrag aanslagjaar 2011). Een gehandicapte 65-plusser telt voor twee, en levert dus een verhoging van euro5460 op.

WEETJES:

  • De persoon die in huis wordt genomen, moet de leeftijd van 65 jaar hebben bereikt op 1 januari van het aanslagjaar. Dus als hij 65 is geworden vóór 1 januari 2011, mag hij voor 2010 fiscaal ten laste worden genomen (in de aangifte die in juni 2011 moet ingediend worden).
  • De persoon moet deel uitmaken van het gezin maar hoe dat beoordeeld wordt, is een feitenkwestie. Dat wordt dus geval per geval bekeken. Zo kunnen personen die in één gebouw wonen, maar met aparte brievenbussen en nutsvoorzieningen, niet worden geacht een gezin te vormen.

Let op de bestaansmiddelen!

In de regel mogen personen ten laste maar over een beperkt bedrag aan eigen bestaansmiddelen beschikken (euro2830 netto, geïndexeerd voor aanslagjaar 2011).

Pensioen telt niet mee

Het interessante is dat voor de berekening van de bestaansmiddelen het pensioen van de 65-plussers ten belope van euro22.770 bruto (aanslag 2011) buiten beschouwing blijft. Dat bedrag wordt afgetrokken van het bruto van het ontvangen pensioen, na aftrek van de sociale bijdragen.

VOORBEELD Wanneer een persoon een pensioen ontvangt van euro26.000 bruto, na aftrek van sociale bijdragen, dan bedragen zijn bestaansmiddelen euro3230 bruto (26.000 – 22.770). Na de forfaitaire kostenaftrek van 20% blijft hiervan euro 2584 over, minder dus dan de grens van euro2830. Deze persoon kan fiscaal ten laste worden genomen.

Bij echtparen

Voor echtparen worden de bestaans-middelen afzonderlijk berekend, maar voor de beoordeling samengevoegd. Zo zal voor een echtpaar waarvan de man 65 is en de vrouw 63, geen van beiden in aanmerking komen om fiscaal ten laste te zijn wanneer de vrouw een brugpensioen ontvangt van euro15.000 en de man een pensioen van euro23.000. De gezamenlijke bestaansmiddelen bedragen immers meer dan euro5660 (=2 x 2830).

Slechts één persoon

Binnen een feitelijk gezin is er maar één persoon die een oudere ten laste kan nemen. Dit om te vermijden dat wanneer broer en zus samenleven, zij elkaar ten laste zouden nemen, of nog, dat broer en zus elk hun inwonende moeder ten laste nemen. Als beide ouders bij hen inwonen, mogen ze slechts door één van de kinderen fiscaal ten laste worden genomen.

Niet voor wettelijk samenwonenden

Ook belangrijk is dat wanneer met één van de in aanmerking komende personen een verklaring van wettelijke samenwoning wordt afgelegd, die persoon niet meer in aanmerking komt als persoon ten laste.

Bron: Circulaire nr. Ci. RH. 331/594.501 (AOIF 65/2010) van 25 oktober 2010.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content