© iStock

Beleggen in 2020: kijk verder dan de klassieke fondsen

De tijd van geld verdienen zonder risico’s te nemen is voorbij. Waarom dan niet uitkijken naar alternatieve producten, investeringsplatformen of een efficiënte strategie om te beleggen op de beurs?

Financiële experts blijven het maar herhalen: omdat de lage interest van 0,11% op een gereglementeerd spaarboekje de inflatie niet compenseert, scheur je er als spaarder je broek aan. Ook de banken zitten met de handen in het haar, maar wel om een andere reden: zij hopen dat die interest van 0,11% – 0,01% minimuminterest + 0,10% getrouwheidspremie – die wettelijk is vastgelegd, op de schop gaat. Waarom? Omdat de Europese Centrale Bank (ECB) de economie probeert aan te zwengelen en banken die te veel cashoverschotten aanhouden bestraft met een negatieve depositorente. Anders gezegd: al dat slapend geld op rekeningen wordt voortaan door de ECB beboet en de banken willen die boete graag op hun klanten afwentelen. In ons land blijven de kleine spaarders voorlopig buiten schot. Politici die de vraag van de banken inzake negatieve intresten op het spaarboekje zouden inwilligen, riskeren bij de volgende verkiezingen immers zwaar te worden afgestraft.

Elke maand hetzelfde bedrag beleggen, is een zeer efficiënte strategie.

En bakstenen?

Maar uiteindelijk doet dat lage interestverhaal er niet zo toe: iedereen heeft intussen begrepen dat beleggen niets meer opbrengt, of het nu gaat om een depositorekening, dan wel om een beleggingsfonds met een graatmager rendement. Wat blijft er dan over? Alternatieven zoals vastgoed, maar ook dat is niet evident. Zo is het huurrisico – onbetaalde huur, schade – aanzienlijk en wordt het bovendien steeds duurder om in immobiliën te investeren. Door de wet van vraag en aanbod zoeken veel beleggers namelijk hun heil in bakstenen en dat jaagt onvermijdelijk de prijzen de hoogte in. Met een stijging van 14,5% in vijf jaar, was vastgoed nog nooit zo duur in ons land. Is de situatie voor je spaargeld uitzichtloos? Niet noodzakelijk. Hier en daar zijn er nog opportuniteiten om je geld te laten opbrengen. We reiken er enkele aan. Zoals goud, waarvan de rol als veilige haven nog niet uitgespeeld is.

Spaarboekje nog steeds nuttig

Op een spaarboekje spaar je uit voorzorg, want dit geld is meteen beschikbaar. Het bedrag dat je op je spaarrekening aanhoudt, bedraagt best drie tot zes keer je maandsalaris. Zo kan je onvoorziene situaties opvangen.

Hoe de risico’s beperken?

Risico’s nemen op de beurs, zonder te overdrijven: het is een strategie die je niet langer hoeft te schuwen. Als spaarder is het zeker niet evident om voor het eerst in aandelen te beleggen. Goed advies is daarbij belangrijk. Maar je kan ook gebruik maken van trackers, aandelenkorven, waarmee je in één enkele transactie in een gediversifieerde portefeuille belegt. De vrees voor het risico is natuurlijk niet ongegrond: de beurs is immers een rollercoaster. Toch kan je dat risico perfect beperken. Warren Buffett, de beste belegger aller tijden, stelt het zo: “Wees bang als anderen hebzuchtig zijn, en hebzuchtig als anderen bang zijn.” Koersschommelingen horen bij het spel en bieden je als belegger zelfs opportuniteiten. De beurs speelt ook in het voordeel van wie geduld heeft en weg weet te blijven van de massahysterie. Zo liet de BEL 20 – de referentie- index van de Brusselse beurs -, ondanks de crisissen, op 25 jaar tijd een gemiddeld jaarlijks rendement van meer dan 8% (dividenden inbegrepen) optekenen.

Maar stort je niet ondoordacht in het avontuur. “Je moet je beleggingshorizon vooraf goed indelen”, zegt Xavier Timmermans, strategisch expert private banking bij BNP Paribas Fortis. “Bepaal welk deel van je vermogen je op korte, middellange en lange termijn nodig hebt. Dit is een intuïtieve oefening. Op korte termijn kan je geen risico’s nemen. Koop je financiële activa en moet je die vervolgens hals over kop verkopen om er je uitgaven mee te betalen, dan riskeer je geld te verliezen. Voor geld dat snel beschikbaar moet zijn, kan je niet om het spaarboekje heen. Ook op middellange termijn, het tweede compartiment, komt het erop aan om niet te veel risico’s te nemen. Dit compartiment is voor een belegger dan ook het moeilijkst te beheren. Denk aan de bedrijfsobligaties met een looptijd van vijf of zes jaar die amper 1% bruto opleveren.” Dat is nauwelijks meer dan een spaarboekje en je moet ook nog de belastingen en beheerskosten incalculeren.

Mathematisch waterdicht

Op lange termijn beleg je best in een gediversifieerde portefeuille, zowel internationaal als in verschillende soorten activa: vastgoed, obligaties, alternatieve producten en aandelen. “Dankzij de gediversifieerde fondsen kan dat zelfs met kleine bedragen”, voegt Xavier Timmermans eraan toe. “Als we de resultaten van deze collectieve beheerfondsen bekijken, dan doen ze het zeer goed. Kleine sommen beleggen over een periode van 20 jaar kan dus voor een enorm rendement zorgen. De beste manier om op lange termijn te beleggen is het risico van het instapmoment te vermijden. Elke maand hetzelfde bedrag beleggen is daarbij erg doeltreffend. Het voordeel van deze strategie is dat je bij een lage beurskoers meer activa kan aankopen voor hetzelfde bedrag. Je koopt dus meer aandelen als de koers laag staat en minder als hij hoog staat. Mathematisch is daar geen speld tussen te krijgen. Deze techniek heeft als enorm bijkomend voordeel dat je je als belegger niet langer het hoofd hoeft te breken over de existentiële vraag: is dit wel het juiste moment om te kopen? Want die vraag is verschrikkelijk moeilijk te beantwoorden, omdat je steeds elementen pro en contra kan aanvoeren.”

Beleggen via tax shelter

Is het zinvol om te investeren in een microbedrijf dat minder dan vier jaar bestaat en dankzij een fiscaal voordeel 45% van je inleg te recupereren? Die mogelijkheid bestaat. Aanvankelijk was de Tax Shelter bedoeld voor wie in de filmsector wou investeren. Maar in 2016 werd dit uitgebreid naar investeringen door particulieren in Belgische start-ups: innoverende ondernemingen die zich nog in de startfase bevinden en vaak op zoek zijn naar middelen om een product of activiteit met een belangrijk groeipotentieel te lanceren. Beleggen in één enkele start-up kan evenwel riskant zijn: als het bedrijf in zijn opzet mislukt, ben je al je centen kwijt. Toch is er ook hier een oplossing voorhanden: investeren via een platform. Anders gezegd: omdat investeren in een jong bedrijf riskant is, maar wel een mooie belastingverlaging oplevert, kan je dat risico zoveel mogelijk beperken door te investeren in... tien jonge bedrijven tegelijk en eveneens 45% van je investering via je belastingaangifte recupereren.

Tax shelter, de voorwaarden

  • Als particulier kan je 100.000 euro per jaar investeren.
  • Je moet deze belegging vier jaar aanhouden.
  • Je moet een Belgische belastingplichtige zijn, onderworpen aan de personenbelasting.

Je kan dit doen door te beleggen via een crowdfundingplatform dat erkend is door de financiële sector. Crowdfunding of financiering door de menigte, het grote publiek, is een mechanisme om fondsen in te zamelen bij een groot aantal particulieren. In plaats van ondoordachte risico’s te nemen door te investeren in één start-up, leg je via zo’n platform je eieren in verschillende mandjes.

Theoretisch rendement

Dat is wat Spreds doet, de Belgische marktleider op dit gebied en een belangrijk platform voor Europese investeringen in start-ups. “Wij hebben de Tax Shelter Tracer ontwikkeld, een diversificatietool die onze abonnees toelaat een geautomatiseerde portefeuille samen te stellen van tien Belgische start-ups en 45% van hun investering te recupereren via hun belastingaangifte”, verduidelijkt Charles-Albert de Radzitzky, zaakvoerder van Spreds. “Beleg je bijvoorbeeld 10.000 euro in tien geselecteerde bedrijven, dan levert je dit een belastingvermindering tot 4.500 euro op.”

Bovenop het fiscale voordeel dat de overheid biedt, stelt Spreds een theoretisch brutorendement van 6% in het vooruitzicht. Maar wordt deze belofte op lange termijn ook ingelost? Door het risico te spreiden over meerdere jonge bedrijven, lijkt dit rendement redelijk, maar hou steeds in het achterhoofd dat ook dit niet zonder risico is. Bij een grote economische crisis, bijvoorbeeld, gaan dit soort bedrijven vaak failliet. Dan zie je als investeerder niets van je kapitaal terug, je hebt enkel een belastingvermindering bekomen. Wees je daarvan bewust, maar weet ook dat het volstaat dat drie op de tien start-ups goed presteren om een rendement op te leveren.

Het is dus de combinatie van een mix aan bedrijven plus het fiscale voordeel dat dergelijke belegging aantrekkelijk maakt, met als kers op de taart dat je geld in de reële lokale economie wordt gepompt. Cowboys uit de financiële wereld hebben hier niets te zoeken. Deze praktijk wordt afgeschermd door de FOD Financiën en staat onder de toezicht van de FSMA, de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten.

Alternatief vastgoed vanaf 500 euro

In oktober haalde een crowdlending-initiatief – een participatieve investering – in één weekend ruim 1 miljoen euro op. Het geld was bestemd voor een duurzaam vastgoedproject met een vooropgesteld rendement van 5% bruto. Is dit een nieuwe, aantrekkelijke manier om in bakstenen te investeren?

De operatie werd op poten gezet door het platform Ecco Nova, dat erkend is door de financiële autoriteiten. Dit jonge bedrijf had eerder al geld opgehaald voor de installatie van meer dan 27.000 zonnepanelen op de daken van de Arcelor Mittal-site in Gent, met een oppervlakte van 100.000 m2 het grootste zonnedak van België. Het platform zamelde ook fondsen in voor verschillende windmolenparken. De één miljoen euro die in oktober werd opgehaald, wordt geïnvesteerd in een residentieel vastgoedproject van 35 appartementen en 17 eengezinswoningen met hoge energieprestaties in Fléron (Luik). Het platform garandeert de belegger een jaarlijkse interestvoet van 5% bij een minimuminleg van 500 euro en een maximum van 20.000 euro, over een periode van vijf jaar.

“Deze vorm van geld uitlenen is erg interessant voor particulieren”, vindt Quentin Sizaire, één van de twee medeoprichters van Ecco Nova. “De Belgen weten deze nieuwe beleggingsalternatieven te waarderen, in vergelijking met andere, meer klassieke en minder winstgevende investeringen. Aan het einde van de looptijd van de lening, die vooraf vastligt, recupereer je als belegger het bedrag dat je hebt voorgeschoten, plus de laatste rente.” Het gaat hier om een brutorendement, waar nog 30% roerende voorheffing van moet worden afgetrokken, waardoor het nettorendement zo’n 3,5% bedraagt. Als je 10.000 euro investeert, betekent dit een opbrengst van 350 euro per jaar. Op het einde van het vijfjarige traject krijg je het kapitaal dat je hebt geïnvesteerd, terugbetaald. De firma’s Mimob en IMG van de Luikse ondernemer Laurent Minguet, die samen 85 miljoen euro waard zijn, staan garant voor het kapitaal van dit vastgoedproject. Het oogt dus solide, maar is ook niet helemaal onfeilbaar.

De staatslening, een valse vaste waarde

“Na een voorspoedige periode van 35 jaar van interestdalingen, ligt het rendement van staatsobligaties nu duidelijk onder het nominale groeipercentage”, analyseert Thomas Péan, head of Development bij DNCA Finance Luxemburg. “De grotendeels negatieve reële interestvoeten in de eurozone beschermen de houders van overheidsschuld niet langer tegen kapitaalerosie. Staatsleningen zijn in deze context van lage rente geen veilige haven meer, maar valse toevluchtswaarden. De komende jaren zal de herverdeling van de verschillende activa nadelig zijn voor de houders van overheidsschuld. Enkel perifere obligaties van de eurozone kunnen hier voordeel uit halen, tenminste als er een einde komt aan de interne verdeeldheid binnen de Europese Unie.”

Partner Content