© ERA

Activiteit op vastgoedmarkt blijft hoog, maar stijging prijzen neemt af

In de eerste maanden van het jaar is het aantal vastgoedtransacties in België met 11 procent gestegen in vergelijking met dezelfde periode in 2020. Dat blijkt uit de Notarisbarometer van de Federatie van het Notariaat (Fednot) woensdag. Opvallend is dat de prijzen wel minder sterk stijgen.

Tussen 1 januari en midden maart – toen vorig jaar de eerste lockdown inging – waren er 11 procent meer transacties dan in 2020. Vooral in Vlaanderen was het druk, met een stijging met 14,7 procent. In Wallonië steeg het vastgoedvolume met 8,9 procent, in Brussel was er een daling met 6 procent.

“De stijging die we nu zien maakt deel uit van de inhaalbeweging die begonnen is na de eerste lockdown. Tijdens de lockdown waren vastgoedtransacties en bezoeken niet mogelijk en de mensen waren op hun honger blijven zitten”, zegt woordvoerder van Notaris.be, Bart van Opstal. Hij geeft aan dat waarnemers verwacht hadden dat die forse inhaalbeweging eind vorig jaar zou stoppen. “De rush op het vastgoed is echter nog steeds bezig”, klinkt het.

Rentevoeten historisch laag

Van Opstal ziet twee verklaringen voor de sterke stijging van het aantal transacties. “Door corona zijn mensen anders beginnen te kopen. Mensen die kleiner behuisd zijn en ineens van thuis moesten werken en de kinderen thuis moest opvangen, zijn op zoek gegaan naar alternatieven”, zegt Van Opstal. “Bovendien zijn de rentevoeten historisch laag, waardoor mensen misschien vroeger dan gepland een huis aankopen. En er zijn ook meer mensen die op zoek zijn naar een eigendom om te verhuren. Het geld op hun spaarboekje brengt niets op en kost zelfs geld, dus mensen kiezen ervoor om te investeren in vastgoed.”

Hoewel het aantal vastgoedtransacties blijft stijgen, vertraagt de stijging van de prijzen. “Eind vorig jaar was er nog een prijsstijging van 6 procent bij de woningen en 7 procent bij de appartement, nu is er nog een stijging 1,7 en 2,7 procent”, zegt Van Opstal. “Dan kan verklaard worden door het feit dat mensen in vergelijking met vorig jaar wat meer limieten stellen voor hun budget en wat meer onderhandelen.”

Prijzen blijven stijgen, maar minder snel

Een woonhuis in België kostte in het eerste trimester gemiddeld 281.705 euro, een prijsstijging van 1,7 procent in vergelijking met het jaargemiddelde van 2020, of een reële stijging met 1,5 procent rekening houdend met de inflatie. Kopers moesten begin 2021 rekening houden met een meerkost na inflatie van zowat 4.000 euro. Op vijf jaar tijd steeg de gemiddelde prijs van een woning in ons land met 20,4 procent, rekening houdend met de inflatie gaat het om een meerprijs van 32.000 euro (+13,8 procent).

In Vlaanderen was de stijging begin dit jaar hoger (+2,5 procent) en bedroeg de gemiddelde prijs van een huis 314.360 euro. De stijging was het hoogst in Limburg (+6,1 procent), maar Limburg blijft met een gemiddelde prijs van 275.792 euro wel de goedkoopste provincie. In West-Vlaanderen was er een lichte daling van de prijzen (-0,3 procent). In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kostte een huis gemiddeld 483.970 euro (-3 procent), in Wallonië 208.333 euro (-0,4 procent).

De prijs van de appartementen steeg in België met 2,7 procent, tot gemiddeld 250.655 euro. De laatste vijf jaar ging het om een stijging met 19,7 procent, of een meerkost van 27.000 euro (+13,1 procent) rekening houdend met de inflatie. In Vlaanderen kostte een appartement gemiddeld 255.173 euro (+3,1 procent), in Wallonië 186.827 euro (-0,8 procent) en 279.832 euro in Brussel (+1,9 procent). In Vlaanderen stegen de prijzen het sterkst in Oost-Vlaanderen (+6,7 tot gemiddeld 260.155 euro), in West-Vlaanderen was de stijging met +1 procent het kleinst, tot gemiddeld 276.842 euro.

Partner Content