© Getty Images/Image Source

3 vragen over ‘Investeren na je pensioen’

Op zaterdag 24 september organiseert Plus Magazine opnieuw een Recht & Gelddag. Een aantal sprekers houden boeiende uiteenzettingen over zaken die jou aanbelangen. We stelden alvast 3 vragen aan Ewald Pironet en Michaël Van Droogenbroeck.

Ewald Pironet (Knack) en Michaël Van Droogenbroeck (VRT) schreven een derde boek over investeren. Hun vorige boek “Investeren in de tweede helft van je leven” situeerde zich in de aanloop naar het pensioen. Het startpunt: je kinderen (bijna) het huis uit en je huis afbetaald. Het doel: weloverwogen goeie investeringskeuzes maken. Hun derde boek, “Investeren in de derde helft van je leven” speelt zich wat later af in de tijd. Hoe je comfortabel van je pensioen geniet, eventueel dat pensioen nog wat aanvult en je (klein)kinderen op weg helpt.

We stelden hen alvast een paar vragen.

Beleggen is altijd ‘voor de lange termijn’. Moet je vanaf een bepaalde leeftijd voorzichtiger zijn met beleggen?

Naarmate je ouder wordt, verandert je beleggingshorizon: als je 40 jaar bent heb je nog vele tientallen jaren, als je 70 jaar bent ligt dat anders. Je kan dus zeggen dat je naarmate je ouder wordt voorzichtiger moet omspringen met beleggen. Het deel van je spaargeld dat je op eerder korte termijn nodig hebt, kan je misschien best met zo weinig mogelijk risico opzij zetten. De spaarrekening kan dan de beste optie zijn, ook al verlies je daar geld, zeker nu de rente laag staat en de inflatie hoog is.

Voor het geld dat je denkt pas op langere termijn nodig te hebben zijn er alternatieven, zoals bijvoorbeeld aandelen. Daarmee neem je natuurlijk een groter risico. Dus is spreiding belangrijk. In ons boek, ‘Investeren in de derde helft van je leven’ dat geschreven is voor iedereen boven de 60 jaar, gaan we daar dieper op in. Zoals we ook de voor- en nadelen van beleggen in obligaties, vastgoed, goud, digitale munten enzoverder op latere leeftijd bekijken.

Ons huis wordt wel eens de ‘vierde pensioenpijler’ genoemd. Maar onze woning kost ook veel, zeker als we rekening houden met de huidige energieprijzen en we misschien best zouden renoveren (isoleren,...).

Dat klopt, een huis vraagt heel wat investeringen, zeker nu energie efficiëntie zo belangrijk is. Maar als je je huis goed onderhoudt en er blijft in investeren behoudt het ook zijn waarde of wordt het zelfs meer waard. Dus die investeringen lonen, ook natuurlijk omdat je er zelf van kan genieten: een goed geïsoleerd dak bijvoorbeeld zal je energiefactuur drukken.

Bovendien is het sowieso interessant als je zelf eigenaar bent van een woning. Je moet dan geen huur betalen, wat voor de meeste oudere mensen die huren een flink hap uit hun pensioen is. Daarnaast heb je met een eigen woning een eigen stek: het is van jou, jij bent er de baas en je bent niet afhankelijk van een verhuurder, die misschien je huurcontract zou kunnen opzeggen. Misschien nog het allerbelangrijkste: je eigen woning vertegenwoordigt een groot kapitaal, het is een belangrijk deel van je opgebouwd vermogen, voor veel mensen het allerbelangrijkste deel. Je kan de woning verkopen, bijvoorbeeld als je kleiner wil gaan wonen of als een verhuizing naar een woonzorgcentrum zich opdringt en dan krijg je een mooie som. Een eigen woning is zeker een appeltje voor de dorst.

In jullie vorige boek, Investeren in de tweede helft van je leven, was het startpunt: kinderen het huis uit, maar je werkt nog een aantal jaren. Dan was de vraag: Hoe laat je je vermogen nog goed aangroeien ‘voor later’, als je met pensioen bent. In jullie derde boek zitten we verder in de tijd: vlak voor of al met pensioen. Kan je dan nog voor vermogensaangroei zorgen?

Ja. Op het moment dat je met pensioen gaat, krijg je te maken met een inkomensval: gemiddeld bedraagt een pensioen iets minder dan de helft van je laatste loon. Dus daar bereid je je best voor tijdens de tweede helft van je leven. Maar vaak krijg je rond je pensionering ook plots een grote som ter beschikking, bijvoorbeeld dankzij het aanvullend pensioen (meestal via de werkgever) of het pensioensparen (dat je zelf deed). Misschien krijg je rond die periode ook een bedrag dankzij een erfenis. Wat ga je doen met al dat geld? Allemaal zomaar op het spaarboek plaatsen? Dat kan natuurlijk, maar best denk je daar toch even over na. Want er zijn alternatieven om te investeren en beleggen, ook op latere leeftijd, wanneer je een kortere beleggingshorizon hebt. Dus, voor 60-plussers is zeker ook nog vermogensaangroei mogelijk. In ons boek ‘Investeren in de derde helft van je leven’ gidsen we iedereen die dat wil langs alle mogelijkheden en tonen we mooie vooruitzichten, maar ook de valkuilen.

Meer info over de Geld en Rechtdag op 24 september en mogelijkheid tot inschrijven vind je hier.

Partner Content