Zijn zonnepanelen interessant voor u?

Ook plannen om zonnepanelen te laten plaatsen? U bent niet de enige. Voor u enthousiast naar Batibouw trekt of offertes vraagt, leest u het best dit dossier even door en bekijkt u onze voorbeelden uit de praktijk. Want heeft zonne-energie wel zin in uw woning? En op welke premies hebt u recht?

Zeer waarschijnlijk kent u in uw kennissenkring mensen die de voorbije maanden zonnepanelen hebben laten plaatsen of daartoe besloten hebben. Zonne-energie in particuliere woningen is een booming business geworden.

Wanneer heeft het zin?

Hoelang zullen de premies en andere steunmaatregelen nog blijven bestaan nu zonnepanelen elk jaar voordeliger worden en de schatkist het moeilijk heeft? Begin februari heeft de Vlaamse regering alvast beslist de vergoeding voor groenestroomcertificaten (zie verder) met euro100 te verminderen vanaf 2010. Wie nog in 2009 in het systeem stapt, behoudt echter 20 jaar dezelfde prijs voor zijn groenestroomcertificaten. Snel beslissen, luidt de boodschap maar... niet vooraleer u de volgende vragen hebt beantwoord!

Is zonne-energie de meest dringende energiebesparende investering die ik moet doen?

Specialisten hebben voor bestaande woningen het volgende prioriteitenlijstje opgesteld:

1. Een goede dakisolatie. De absolute prioriteit! Deze kosten kunnen we, dankzij de premies en de fiscale aftrek, vandaag terugverdienen op twee jaar. Het argument “voor ons heeft dat geen zin meer” zou dus niet mogen spelen. In Vlaanderen zal de financiële steun voor zonnepanelen binnenkort trouwens alleen nog gelden als het dak geïsoleerd is.

2. Vloerisolatie (indien mogelijk, dus bij gemakkelijk bereikbare vloeren).

3. Hoogrendementsbeglazing.

4. Een betere verwarmingsinstallatie, dus met een condensatieketel.

5. Alternatieve energie of gevelisolatie. Zonne-energie is dus pas de vijfde prioriteit!

Kan ik mijn investering in zonne-energie afschrijven op een redelijke termijn?

Wilt u uw eigen elektriciteit helemaal zelf produceren, zoals Katie en Marc Struys in ons voorbeeld op p. 147, dan wordt een afschrijving op 9 tot 10 jaar als redelijk beschouwd, uiteraard met de hulp van premies en fiscale aftrek. Wilt u een snellere afschrijving, dan kunt u zoals Jocelyne en Jef Sels in ons voorbeeld op p. 148, kiezen voor een lager vermogen dat de helft van het elektriciteitsverbruik dekt. Maak dus vooraf een betrouwbaar financieel plaatje op!

Zonneboiler of foto-voltaïsche panelen?

Zonne-energie kunnen we in onze woning in de eerste plaats gebruiken voor de productie van warm water en/of elektriciteit. De twee technologieën zijn anders, al gebruiken beide dezelfde, hernieuwbare energiebron.

Voor de productie van sanitair warm water moeten we zonnecollectoren plaatsen. Deze investering kost tegenwoordig tussen de euro 4000 en de euro 5000. Voor de warmwaterproductie van een gezin van 4 personen (200 tot 300 liter) volstaan 4m2 zonnecollectoren. In ons klimaat is de zon echter niet voldoende aanwezig om het hele jaar door voor warm water te zorgen. Traditionele energie blijft nodig voor de bijkomende opwarming. “In de praktijk kunnen we met zulk een zonneboiler toch ruim de helft van onze kosten aan warm water uitsparen”, zegt Bart Hedebouw van het Vlaams Energie-Agentschap.

De meeste belangstelling bestaat voor de productie van eigen elektriciteit via zonne-energie. Dat gebeurt met zogenaamde fotovoltaïsche panelen (in het jargon: pv-panelen). Zij bevatten zonnecellen die het licht omzetten in gelijkstroom. De stroom gaat naar een omvormer, een bak die de gelijkstroom omzet in wisselstroom en vervolgens doorstuurt naar het elektriciteitsnet.

En dan draait de teller terug....

In ons klimaat zijn pv-panelen het meest efficiënt tussen begin maart en eind oktober. Uiteraard is vol zonlicht ideaal, maar ook bij bewolkt weer produceren pv-panelen elektriciteit. En zelfs tussen begin november en eind februari kunnen ze voor kilowattuurtjes zorgen, op voorwaarde dat de zon royaal schijnt. De temperatuur speelt nauwelijks een rol. In de ijzigkoude maar zonnige periode rond de jaarwisseling haalden de koppels in onze voorbeelden nog een productie van ongeveer 13kWh per dag.

Als u pv-panelen laat installeren, zult u moeten leren leven met twee of drie afzonderlijke tellers. Een nieuwe teller meet de elektriciteit die u zelf produceert. Daarnaast behoudt u uw klassieke teller (éénvormig tarief) of tellers (dagtarief en nacht-weekendtarief). Die meten uw elektriciteitsverbruik. Alle nieuwe bezitters van pv-panelen getuigen dat het een heel leuk moment voor hen was wanneer ze hun teller letterlijk terug zagen draaien. Dat gebeurt wanneer u méér elektriciteit produceert dan u aan het verbruiken bent.

De aandachtspunten

Zonlicht! Pv-panelen of zonnecollectoren moeten zoveel mogelijk zonlicht kunnen opvangen. Een plaatsing tussen zuidoost en zuidwest is nodig. De hellingshoek van de panelen moet minstens 20° en maximaal 60° bedragen.

Schaduw! Komt er schaduw op de panelen, dan valt de productie van álle zonnepanelen die aan elkaar geschakeld zijn, weg of sterk terug. Daarom is het vaak nodig te werken met twee groepen panelen, al maakt dat de investering duurder.

Omvormer! Een delicaat onderdeel van de installatie is de omvormer. Hij gaat gemiddeld 12 jaar mee (de zonnepanelen 20 tot 25 jaar). Probeer bij de installateur te onderhandelen over een garantie van 12 jaar of langer.

Trop is te veel! Het is niet de bedoeling dat u meer elektriciteit produceert dan u verbruikt. Kleinschalige, lokaal geproduceerde, groene stroom moet het hoofddoel blijven. Laat het vermogen van uw installatie daarom precies berekenen volgens uw normaal verbruik. Een pv-paneel van 1m2 levert per jaar gemiddeld iets meer dan 100kWh.

Dakbedekking! Het stevig én waterdicht bevestigen van pv-panelen gaat bij een pannendak gemakkelijker (en dus voordeliger) dan bij een dak met dunne leien.

Netbeheerder! U moet bij uw netbeheerder een dossier indienen met de gegevens die u krijgt van uw installateur. Het is immers de netbeheerder die u de documenten moet bezorgen om premies, groenestroomcertificaten enz. aan te vragen.

Wachten tot het goedkoper wordt?

Is het waar dat er gloednieuwe types zonnepanelen op komst zijn die spectaculair minder kosten en méér energie produceren? En dat we daarom beter nog een paar jaar wachten? “Een revolutie komt er niet, maar we mogen redelijk verwachten dat zonnepanelen elk jaar voordeliger worden (zo’n 5% per jaar) en een beter rendement bieden”, reageert Bart Hedebouw. “Er gebeurt in deze sector enorm veel onderzoek. De eerste zonnepanelen hadden een rendement van 7%, dit wil zeggen dat ze 7% van alle zonlicht in het jaar konden omzetten in elektriciteit. Vandaag zitten we al aan 13 tot 15%. Nieuwe types zonnepanelen bestaan overigens al, bijvoorbeeld verwerkt in dakpannen of verandaglas. Of in de vorm van een folie die als roofing gebruikt wordt. Het rendement van deze types ligt echter lager dan van klassieke zonnepanelen en dat maakt de investering duurder.”

Hoe wordt het betaalbaar?

Laten we wel wezen: we kunnen de investering in zonnepanelen vandaag nog altijd niet op een redelijke termijn afschrijven zonder finan-ciële hulp van de overheid. Hieronder leest u op welke steun u vandaag (in februari 2009) kunt rekenen. Op pag. 68 leest u meer over premies voor andere investeringen in uw woning.

1. Belastingvermindering: u mag tot 40% van de factuur aftrekken van uw belastingen (er is geen maximumgrens wat het inkomen betreft), zowel voor zonneboilers als voor pv-panelen, maar met een maximumbedrag van euro 3600 (facturen van 2009, aanslagjaar 2010). Dat bedrag mag u nog eens verhogen met het percentage van uw gemeentebelasting (bijvoorbeeld 7% van euro 3600 = euro252). Begin februari raakte bovendien bekend dat we de aftrek van onze zonnepanelenfactuur vanaf het aanslagjaar 2009 mogen spreiden over vier jaar. Deze verminderingen gelden echter niet als u geen of zeer weinig belastingen betaalt.

2. Groenestroomcertificaat (gsc): ook als u pv-panelen hebt, betaalt u voor de elektriciteit die u verbruikt. Anderzijds krijgt u geld terug voor de elektriciteit die u produceert. Voor elke 1000kWh die u produceert, ontvangt u een groenestroomcertificaat. In ruil daarvoor ontvangt u van het gewest waar u woont, een mooi bedrag. Om dat te krijgen moet u in Vlaanderen een aanvraag richten aan de Vreg (zie www.vreg.be, doorklikken op Groene stroom en Aanvraag).

In Vlaanderen ontvangt u dit jaar nog euro 450 per 1000 kWh. Vanaf 2010 vermindert dat in principe tot euro 350 per 1000 kWh tenzij u nog in 2009 in het systeem stapt. Dan behoudt u de euro 450 gedurende 20 jaar.

Het Waals gewestgarandeert momenteel 7 certificaten van euro 65 (= euro 455) per geproduceerde 1000kWh, en dit gedurende 15 jaar .

In Brussel kunt u uw gsc’s niet te gelde maken bij het gewest, maar moet u ze verkopen aan een elektriciteitsleverancier (de uwe of een andere). Hier moet u dus zelf de leverancier zoeken die u de beste prijs biedt. Elk gsc is vijf jaar geldig. Per 1000kWh krijgt u een aantal certificaten volgens de oppervlakte van uw installatie: 7,27 gsc’s voor de eerste 20m2 en 5,45 gsc’s voor de volgende 40m2. Voor de rest krijgt u 3,63 gsc’s. Voor een installatie van 20 m2 kunt u tegen de huidige marktprijzen in Brussel een goede euro 500 ontvangen per 1000kWh.

3. Premies: naargelang van waar u woont, kunt u recht hebben op een premie van het gewest, de gemeente, de netbeheerder en de provincie. Sommige gemeenten geven een korting op de aanvullende gemeentebelasting. U mag dit alles combineren met de federale belastingvermindering en de gsc’s, alleen geldt voor tal van premies een inkomensplafond.

Vlaanderen: de gewestelijke premie voor pv-panelen bestaat niet meer, maar bij de installatie van een zonneboiler kunt u in aanmerking komen voor een renovatiepremie (tot 30% van de factuur). Voor ev. premies van uw gemeente, provincie ofnetbeheerder: www.premiezoeker.be of www.energiesparen.be.

Wallonië: met de nieuwe Solwattpremie van het Waals gewest kunt u éénmalig tot 20% van de investering terugkrijgen (maximaal euro 3500). Info over andere premies vindt u op www.energie.wallonie.be.

Brussel: het Brussels gewest kent een premie van euro 3 toe per Wattpiek dat de pv-panelen kunnen produceren, maar met een maximum van 50% van de totale installatiekost. Info: www.ibgebim.be.

4. De terugdraaiende teller: op warme en zonnige dagen draait de teller van uw elektriciteitsverbruik terug. Alle elektriciteit die u dan met uw panelen maakt, hoeft u niet meer aan te kopen bij uw leverancier.

5. Na de afschrijving: als uw installatie na pakweg negen jaar is afgeschreven, betekenen de gcs’s en de terugdraaiende teller zuivere winst. Al moet u wel rekening houden met onderhoudskosten aan de installatie (bijvoorbeeld het vervangen van de omvormer).

Meer info?

Waar vindt u installateurs? In de Gouden Gids (rubiek 1960), bij de beroepsvereniging ODE-Vlaanderen (tel. 02 218 87 47), op het internet: www.zonne-energie.startpagina.be.

Bij de Vlaamse infolijn (tel. 1700) kunt u diverse brochures aanvragen.

Voor het Brussels gewest: Apere, Koningsstraat 35, 1000 Brussel, 02 218 78 99, www.apere.org.

Voor Wallonië: Guichets de l’Energie, tel. 078 15 15 40.

Met de zogenaamde instralingschijf kunt u berekenen of de oriëntatie van uw dak en de hellingshoek voldoende zonneschijn krijgen. Gebruik de Nederlandse site www.solarservices.nl. Experts raden een instraling van minstens 90% aan.

Ludo Hugaerts

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content