© FRANK BAHNMÜLLER

Wij blijven meisjes

Als gerontologe verdiept ze zich in het proces van het ouder worden. In haar boek ‘Meisjes van 50 en meer’ gaat ze op zoek naar deze steeds groter wordende groep. Een gesprek met Christel Geerts (59), daarnaast ook moeder van sp.a-voorzitter Conner Rousseau.

Gerontologe, docente, politica, moeder, plus-moeder, partner. Zoals zoveel vrouwen van haar generatie heeft Christel Geerts veel rollen. Nee, het is niet omdat je de 50 voorbij bent dat je aan een rustig leven kan, laat staan wil beginnen. Maar wie zijn de vrouwen van 50+ vandaag?

Zijn het wifty’s, granny’s?

Christel Geerts: Om te beginnen vormen 50+ vrouwen niet één amorfe groep, al worden ze vaak zo weggezet. Wij zijn even divers als de min vijftigers. Want nee, we worden niet allemaal gelijk met het ouder worden. Bovendien omvat deze groep drie generaties. De wifty’s – women in their fifties – het jongste segment, hun moeders die 75+ zijn, en de oudste generatie, 90+.

Wat is het belangrijkste verschil tussen deze generaties?

De oudste generatie vrouwen heeft nauwelijks of geen kansen gekregen. Hun leven lag vast, ze waren voorbestemd om voor het huishouden en de kinderen te zorgen. De 60’ers en 70’ers zou je een overgangsgeneratie kunnen noemen. Sommigen volgden nog het klassieke patroon: hun man was kostwinner, zij voedden de kinderen op. Maar je had ook vrouwen die hun rechten opeisten en de arbeidsmarkt betraden. Aanvankelijk een beperkte groep, maar die heeft veel in beweging gezet. De jongste groep is nog diverser. Zij hebben doorgaans veel kansen gekregen. Maar toch zie je dat ze nog vaak voor deeltijds werk kiezen. Enerzijds hebben ze kunnen studeren, een stuk van de wereld gezien, zijn mee met de digitalisering. Anderzijds blijft het klassieke patroon hen achtervolgen en nemen ze veel zorgtaken op zich. Er is ook een groot verschil tussen de vrouwelijke vijftigers van nu en die van 20 jaar geleden. Vroeger sprak men van de sandwichgeneratie omdat ze zowel de zorg voor de kleinkinderen als voor hun zorgbehoevende ouders op zich nam. Nu is daar nog een aspect bijgekomen, hun job. Waar 20 jaar geleden amper 19% in deze leeftijdscategorie nog werkte, is dat nu 60%. Er komt dus heel veel af op deze groep. Er zijn ook mannen die zorgen, maar vaak ligt de organisatie ervan toch bij vrouwen.

Wij worden niet allemaal gelijk met ouder worden.

Je spreekt wel bewust van ‘meisjes van 50’.

Bij ons vorige portret, 20 jaar geleden, hebben we die term voor het eerst gebruikt. Dat baarde heel wat opzien omdat het toen ongewoon was. Maar de vrouwen zelf waren er ontzettend door gecharmeerd. Psychologisch appelleert het aan hoe de meesten onder ons zich voelen. Wij hebben de indruk dat we niet veel veranderen, dat we meisjes blijven. In ons onderzoek naar het psychologische welbevinden, blijkt dat tijd met vriendinnen doorbrengen zo belangrijk is. Dit is het moment waarop vrouwen zich opnieuw meisje voelen. Het spreekt ook je authenticiteit aan: binnenin blijf je dezelfde.

Is ouder worden nu makkelijk dan vroeger?

De sociaal-economische positie van ouderen is sterk verbeterd. En dat is natuurlijk een cruciale factor. Op een normale manier aan het leven deelnemen, zonder elke euro te moeten omdraaien, is belangrijk. Daarin hebben we grote stappen vooruit gezet. Al doen vrouwen het op dat vlak helaas minder goed dan mannen, ze hebben nog altijd een kleiner pensioen door deeltijds werk of een onderbroken loopbaan.

En ook hun psychologisch welzijn blijkt minder.

In de meeste onderzoeken scoren vrouwen op psychologisch welzijn slechter dan mannen. Zijn alle vrouwen ongelukkig? Nee, over het algemeen zit het vrij goed. Maar de zwakke plek is het lichaamsbeeld. Veel vrouwen kunnen moeilijk om met hun ouder wordende lichaam. Al zijn er ook die verouderen ervaren als een bevrijding. Ze kunnen het schoonheidsideaal makkelijker loslaten. Aan de andere kant scoren vrouwen beter dan mannen op de vraag hoe oud ze zich voelen. Vaak zeggen ze zich veel jonger te voelen dan hun biologische leeftijd. Een verklaring hiervoor? De beeldvorming rond ouderen is dikwijls zo negatief, dat we ons distantiëren van onze eigen leeftijdsgroep en onze leeftijd voor onszelf wat corrigeren.

Wij blijven meisjes
© FRANK BAHNMÜLLER

Is de beeldvorming dan niet ten goede geëvolueerd?

Zeker, maar het negatieve beeld is nog niet helemaal weg. Denk maar aan 50 is het nieuwe 40. Waarom eigenlijk? Waarom mag 50 niet gewoon 50 zijn? Het probleem is dat we die negatieve beeldvorming gaan internaliseren. Je mag dat niet onderschatten. Het maakt zelfs dat je kansen misloopt. Je denkt ‘dat is toch niet meer voor mijn leeftijd’ of ‘zou ik dit op mijn leeftijd nog wel doen?’ Weg met dat soort gedachten! Je moet doen wat je wil doen.

En de beeldvorming is strenger voor vrouwen.

Dat speelt ons inderdaad parten. Al is er een belangrijke evolutie. Neem nu de menopauze, er zijn de lichamelijke klachten, maar tot voor kort werd ze bijna als je ticket naar de onzichtbaarheid beschouwd. Dat is nu gelukkig genuanceerder. Vroeger viel die biologische fase samen met veranderingen in je omgeving, zoals het lege nest, dat leger aanvoelt als je kinderen opvoeden je hoofdactiviteit is. De maatschappelijke context versterkte toen de biologische verandering. Ondertussen hebben vrouwen zoveel andere rollen, dat ze zelf aangeven dat de overgang minder belangrijk is. Voor 30 tot 40 procent van de vrouwen is de menopauze zelfs geen issue meer. Uit onderzoek blijkt trouwens dat hoe meer je loskomt van die seksestereotiepe rol, hoe minder moeite je hebt met de menopauze. Uiteraard is ook voor mijn generatie moeder/vrouw zijn heel belangrijk, maar daarnaast zijn er nog een heleboel andere zaken die onze identiteit bepalen. Als je loskomt van stereotypen kan je meer jezelf zijn. Men zegt wel eens dat pubers een identiteitscrisis doormaken. In de middenleeftijd zou je kunnen spreken van een authenticiteitscrisis, al is crisis geen goed woord. Je komt meer los van de opgelegde rollen.

Is er zoiets als de midlifecrisis?

Iedereen gaat in zijn leven door een aantal processen. Mensen zoeken zichzelf en kunnen verschillende momenten ervaren als een kantelpunt. Dat kan wanneer jouw kind trouwt, je grootouder wordt, er een ouder overlijdt, je 60 wordt... Gooi het thema in de groep en je zal merken hoe relatief het is.

Is ook leeftijd relatief?

Als gerontologen zeggen wij altijd: pin je niet te veel vast op leeftijd. Er is natuurlijk de cijfermatige realiteit dat je x aantal jaren op de wereld bent. Het is ook een makkelijke manier om mensen af te bakenen. En het tijdsgewricht waarin je opgroeit maakt een stuk wie je bent. Maar individueel zijn er grote verschillen. De grens van 50, die we vaak hanteren, is statistisch wel de tweede levenshelft, maar toch ook een beetje arbitrair. Bij de oudste generatie liep het pad nog zeer gelijk. De pensioenleeftijd kwam in zicht, het huis was afbetaald, de kinderen waren het huis uit. Bij de jongere generatie 50-plussers is het plaatje veel diverser. Voor sommigen klopt die klassieke weg nog. Maar er zijn ook veel andere levenspaden. Er zijn 50-plussers met een nieuwe relatie, nog ettelijke werkjaren voor de boeg, soms met jonge kinderen of pluskinderen.

Hoe kunnen we op een goeie manier omgaan met ouder worden?

Biologisch gezien word je ouder. Tegelijk wil je fit en gezond blijven. En daar is best wat aan te doen. Het gaat om banale dingen die wetenschappelijk hun nut hebben bewezen: gezond eten, bewegen, sociale contacten. Actief blijven is cruciaal: wat je doet, maakt niet uit, als je het maar met je hart doet.

Je bent 59. Dus ervaringsdeskundige.

Eigenlijk heb ik zelf nog maar zelden ervaren dat ik anders wordt bekeken. Drie jaar geleden vroeg ik mij wel af: wat wil ik nog doen, hoe ga ik evolueren? Maar dat had wellicht ook te maken met het feit dat ik toen borstkanker had. Het liefste wat ik doe is voordrachten geven, dus besloot ik zelfstandige te worden en mij daarop toe te leggen. Toen ik toevallig samen was met mijn plus-zoon en zijn vrienden reageerde iemand in de groep: allez, op uw leeftijd! Dat was zowat de enige keer dat ik mij realiseerde dat ik in de ogen van sommigen misschien niet meer zo jong ben.

Waarom ben je gerontologie gaan studeren? Fascineert het verouderen je?

Ik was als pas afgestudeerde verbonden aan de afdeling ontwikkelingspsychologie van de VUB. In mijn tijd – dat moet ik nu al zeggen – beperkte de psychologie zich tot jongvolwassenen. In Nederland was men in de jaren 90 wel toonaangevend op het vlak van gerontologie. We vonden op de VUB dat we daar te weinig over wisten, en zo ben ik er een beetje in gerold.

Meisjes van 50 en meer. Over wifty’s en granny’s – Christel Geerts – ASP Academic And Scientific Publishers – 18,95 euro – isbn 9789461170231

Christel Geerts

Sint-Niklaas 25/7/1961

Licentiaat Biomedische wetenschappen. Prof. Gerontologie aan de VUB.

Sp.a-politica.

2003-2007 Senator

2010-2012 Burgemeester van Sint-Niklaas

Moeder van Eloïs en van sp.a-voorzitter Conner Rousseau

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content