Welkom in beverland

De Ardennen hebben er een natuurlijke attractie bij: bevers. Met zeshonderd zijn ze al. Ze bouwen dammen en burchten en hertekenen het oeverlandschap van riviertjes en beken.

Mevrouw Renard heeft een probleem. Sinds jaren heeft ze een idyllisch buitenverblijf langs de Stole, een wildbeek op de grens met Frankrijk in Willerzie, een deelgemeente van Gedinne in de Naamse Ardennen. Zes jaar geleden kwam zich hier een koppel bevers vestigen. In een uiterst snel tempo hebben ze het beekje van één meter breed herschapen in een moeraslandschap. Ze legden met afgeknaagde boomstammen, takken en modder dammen van in totaal negenhonderd meter lang aan.

De ijverige bevers zijn nu ook bezig de tuin van mevrouw Renard te veroveren. Ze hebben al een verbindingskanaaltje tussen haar tuinvijver en hun domein gegraven. “Toch hebben we deze mevrouw gerust kunnen stellen. Overal waar bevers hun werk doen, zie je de biodiversiteit heel snel toenemen”, zegt bevergids Olivier Rubbers. “Ze creëren plassen en moerassen en dat trekt kikkers, salamanders, otters, reigers, libelles en zelfs de zwarte ooievaar aan. De enige objectieve schade die ze aanrichten is wat slapeloosheid door het gekwaak van de kikkers.”

“De bever is terug thuis”

Olivier Rubbers behoorde tot de natuurrebellen die tien jaar geleden in de Franse Maas, op de grens met België, koppels jonge bevers uitzetten, gesteund als ze zich voelden door een Europese richtlijn die de actieve herinvoering van deze dieren aanmoedigde. Inmiddels hebben de bevers zich over de hele Ardennen verspreid en via de Dijlevallei rukken ze op naar Leuven. Ze zijn heel actief in de noordelijke Naamse Ardennen, maar ook in de regio Houffalize-Achouffe, in de Gaume en in het natuurpark Hoge Venen-Eifel.

Olivier Rubbers werkt nu voor een centrum voor milieueducatie en is actief in Pays des Castors. Deze vereniging probeert een ecologisch verantwoord bevertoerisme uit te bouwen. “Tot in het midden van de negentiende eeuw was het dier bij ons inheems. Sterker nog: nergens in Europa vind je zoveel plaatsnamen waarin de bever voorkomt als in de Benelux en Noord-Frankrijk. Denk maar aan Bever, Beverlo, Beveren, Bevekom, Beverwijk en Zuid-Beveland. In het Frans moet je kijken naar namen met de stam biel of bien zoals Bièvre, Bienne of Buvrinnes. De bever komt gewoon terug thuis. Hij is bovendien bestand tegen een beperkte watervervuiling en heeft geen last van menselijke aanwezigheid.”

Maar deze kundige bouwers met hun ongemeen scherpe tanden en hun gewicht tussen de 25 en de 40 kg richten toch schade aan bomen, gewassen en oevers aan? “Absoluut niet”, zegt Olivier Rubbers overtuigd. “De 10 000 herten en 30 000 reeën in de Ardennen beschadigen meer bomen dan de 600 bevers. Ze knagen inderdaad oeverbomen om maar gaan nooit meer dan twintig meter landinwaarts. Bovendien heeft elk beverkoppel een territorium van vijf kilometer nodig. Voor overpopulatie moeten we niet bevreesd zijn.”

Ongerepte parel

De beverdammen aan het buitenverblijf van mevrouw Renard vormen één van de meer spectaculaire sites die Olivier Rubbers op zijn beverwandelingen aan de toeristen toont. Maar ze zijn lang niet de enige. Met hem lopen we ook langs de Etang de Boiron en de Etang de Coubry. Al snel wijst hij op afgeknaagde of deels afgeknaagde boomstammen en op de vele takkenhoopjes.

Ineens botsen we op een hoop takken, boomstammetjes en modder van bijna één meter hoog. “Aan deze burcht hebben bevers vannacht nog gewerkt”, oordeelt onze gids. “Koppels zijn monogaam en ze maken meerdere huizen of burchten langs de oever. De ingang tot hun burcht ligt altijd onder het wateroppervlak. Bevers hebben vrij diep water nodig en juist dat maakt de Ardennen zo interessant voor bevertoerisme. Onze riviertjes en beken zijn eerder ondiep en dus zijn de bevers wel verplicht dammen te bouwen. Zo ontstaat de grotere diepte die ze willen.”

De Houille is het belangrijkste riviertje van de streek. Een prachtige, ongerepte parel die zich wildstromend een weg baant tussen bossen en rotspartijen en zich vertakt in bevervriendelijke zijriviertjes en beekjes.

Aanraders zijn twee bewegwijzerde wandelingen die het dal van de Houille volgen: wandeling nr. 8 (7 km, vertrek in het centrum van Gedinne) en wandeling nr. 15 (14 km met een kortere versie van 8 km, vertrek in Vencimont). Probeer deze wandelingen bij valavond te maken, dan hebt u meer kans om de bevers ook écht te zien.

Nog streekproducten!

De bevers zijn niet het enige streekproduct van de Naamse Ardennen.

n Maak een lange wandeling in het uitgestrekte bosgebied van Croix-Scaille. En klim op de Tour du Millénaire (234 treden!) geeft een uniek uitzicht boven de boomtoppen!

n Proef in Bièvre van de wijnen en confituren die Jacques en Geneviève Courtoy maken van vruchten en bloesems uit de streek. Hun producten staan op de kaart van verscheidene sterrenrestaurants (Saveurs de Fruits, Rue d’Houdrémont, tel. 061 28 76 40).

n Ontdek de echte Ardense leisteen in Ardois’Alle: in deze oude leisteenmijn stopte de tijd bij de sluiting in 1947. In een wereld van zwarte gesteenten scheren de vleermuizen boven uw hoofd (Rue du Reposseau, 5550 Alle-sur-Semois, tel. 0497 45 43 74). n

Ludo Hugaerts

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content