Weer gelukkig worden na het verlies van uw partner

Hoe neemt u de draad van uw leven weer op als u de partner verliest waarmee u 15, 20, of 30 jaar lief en leed hebt gedeeld? Hoe organiseert u uw leven? Hoe reageren vrienden en familie? En hoe houdt u contact met hen? Getuigenissen en tips...

Soms dek ik de ontbijttafel nog voor twee”, geeft Béatrice toe. “Als er iets speciaals gebeurt op kantoor, denk ik meteen dat ik dat ’s avonds aan Catherine moet vertellen”, zegt Jan.

Maar Béatrice is weduwe, en Jan weduwnaar: na vele jaren met een partner aan hun zijde staan ze er alleen voor. Wie weduwe of weduwnaar wordt, kijkt niet enkel aan tegen rouw en verdriet maar moet ook zijn sociale contacten, zijn activiteiten, kortom heel zijn dagelijkse leven opnieuw organiseren. En aanvaarden dat er slechte en goede dagen zijn...

Sociaal netwerk overhoop

Uiteraard hangt het leven van de overblijvende partner in grote mate af van het leven dat hij of zij leidde vóór het verlies van de partner. “Als elk zijn eigen hobby’s had, zal de overblijvende partner het beter redden”, aldus Chantal Glibert, vrijwilligster bij Vivre son deuil, een (Franstalige) vzw die mensen die alleen vallen door de moeilijkste periodes heen probeert te helpen. “Het moeilijkst is het wanneer het koppel alles samen deed: de overblijvende partner voelt zich dan verloren en verliest de eigen identiteit.” De onderliggende boodschap? Wat er ook gebeurt, onze hobby’s en vrienden mogen we niet verwaarlozen. We moeten erin blijven investeren!

Heeft het weduwschap dezelfde impact op mannen en vrouwen? “Vrouwen denken dat het makkelijker is voor mannen omdat die meestal de klusjes doen en het budget beheren. En mannen zijn van mening dat het makkelijker is voor vrouwen omdat die het gewend zijn om een huishouden te beredderen”, constateert Annik Absil, psychologe en therapeute. “Volgens mij zit het echte verschil ‘m in het feit dat vrouwen doorgaans nog een leven hebben naast het werk. Wanneer ze weduwe worden, kunnen ze – meer dan mannen – op dat netwerk terugvallen. Het werk is niet hun enige referentiepunt.”

Toch – en dat is vreemd – zal een vrouw minder makkelijk uitgenodigd worden bij een koppel. “Dat horen we inderdaad vaak”, bevestigt Annik Absil. “Een man kan op meer steun rekenen. Blijkbaar boezemt hij meer medelijden in.” Misschien speelt er ook wel wat afgunst of wantrouwen ten aanzien van de weduwe mee, net als het feit dat er veel meer weduwes zijn dan weduwnaars. Dus kunnen die laatste op meer aandacht rekenen.

Hoe dan ook, een overlijden in een koppel doet het sociale netwerk van de overblijvende partner op zijn grondvesten daveren. “Hij of zij zal tot de vaststelling komen dat sommige vrienden helemaal niet zo’n goede vrienden zijn terwijl anderen, hoewel bijna-vreemden, een grote steun zullen betekenen”, licht Annik Absil toe.

Gevoelens uiten: een must

Praten over de voorbije gebeurtenissen en de eigen gevoelens is essentieel. “Het is belangrijk dat je woorden plakt op wat je voelt”, benadrukt Chantal Gilbert. “Of het nu gaat om woede dan wel om droefheid, alles mag! Vooral omdat iedereen niet per se op dezelfde manier tegen de dingen aankijkt. Gevoelens opkroppen is geen goed idee.”

Behalve voor een luisterend oor, kun je bij een heleboel verenigingen terecht voor activiteiten en begeleiding, hetzij individueel hetzij in groep. Sommigen hebben hier geen nood aan, anderen vinden het nuttig. Het is ook belangrijk op het juiste moment te komen, en dat is niet noodzakelijk meteen na het overlijden. Je moet er klaar voor zijn. Wie te vroeg komt, dreigt niet te vinden wat hij of zij zoekt en teleurgesteld te worden... “Meteen na het overlijden van de partner ben je doorgaans nog erg goed omringd”, verduidelijkt Gaëtane de Brouwer, die als vrijwilligster bij de vzw Vivre son deuil werkt. “Nadien neemt dat af. Wanneer de rouwende niet meer bij anderen durft aan te kloppen, kan hij of zij hier terecht.” Ook brengen praatgroepen voor rouwende mensen een weldoende interactie op gang. “Dat komt omdat je je op je gemak voelt in het gezelschap van mensen die hetzelfde hebben meegemaakt”, beklemtoont Gaëtane de Brouwer. “En dus help je elkaar en deel je ervaringen. Niet iedereen zit immers in hetzelfde stadium. Sommigen staan al veel verder in het rouwproces en kunnen zeggen: ik heb me net zo rot gevoeld als jij en toch heb ik het gered.”

Annik Absil heeft het graag over de respons die eigen is aan een groep: “Een van de deelnemers zegt iets dat iemand anders kan helpen om te weten waar hij of zij staat. Vergeet niet dat rouw geen ziekte is. Het is een normale gebeurtenis in het leven.”

Maar wie rouwt, wordt kwetsbaar. Dat blijkt uit diverse studies. “Als je alles opkropt, kan dat psychosomatische gevolgen hebben”, legt Annik Absil uit. “Als je bij niemand je hart kunt uitstorten, bestaat het gevaar dat je jezelf gaat verwaarlozen, maaltijden overslaan of een medisch probleem niet tijdig laten behandelen.”

De angst overwinnen

Of verdriet afschrikt? Blijkbaar wel... “Veel rouwende mensen vertellen dit”, aldus Annik Absil. “We leven in een maatschappij waarin je maar beter jong, mooi en in topvorm kunt zijn... Met alles wat pijnlijk is, weten de meeste mensen zich geen raad. Wie rouwt, heeft soms het gevoel behandeld te worden als een pestlijder. Waarom kan de omgeving niet zeggen: Luister, ik ben bang, ik vind geen woorden maar ik wil dat je weet dat ik er ben als je me nodig hebt? De weduwe of weduwnaar heeft er nood aan dat de entourage voortgaat met zijn leven en hem of haar aanvaardt zoals hij of zij is.” Vooral omdat de weduwe of weduwnaar het vaak moeilijk vindt om de eerste stap te zetten. “Anderen duidelijk maken dat het niet goed met ons gaat, is niet evident”, aldus nog Gaëtane de Brouwer. “Vaak trekken we ons liever in een hoekje terug.”

Net op dat punt is een rol weggelegd voor de naasten: zij moeten vermijden dat de rouwende geïsoleerd raakt. “Stel activiteiten voor”, adviseert Chantal Glibert. “Soms is de rouwende zelf niet in staat om dergelijke beslissingen te nemen en daardoor voelt hij zich nóg schuldiger.” Tot slot mag de overledene geen taboeonderwerp worden. “Het is belangrijk hem of haar niet in de vergetelheid te duwen”, weet Annik Absil. “Het is goed om nu en dan over de overledene te praten, zoniet voelt de overblijvende partner zich niet op zijn gemak. Je kunt fijne maar-met de nodige tact – soms ook minder fijne herinneringen ophalen. Daarmee leren omgaan, is beter dan ze weg te duwen! Het moeilijkste daarbij is niet louter te focussen op het verleden maar in het heden te blijven leven én nog een toekomst te zien.”

Beschikbaar en geduldig

Wanneer een van de ouders overlijdt, mogen we niet uit het oog verliezen dat de kinderen ook met verdriet zitten. “Uiteraard mag je hen zeggen dat je triest bent maar vergeet niet dat ze hun eigen leven hebben”, licht Chantal Glibert toe. “Kinderen die hun ouders te intens op sleeptouw nemen, dat is ongezond, zeker als het een verplichting wordt. In sommige families bellen de kinderen elke dag of komen ze elk weekend langs. Dat is zwaar.”

Volgens Annik Absil zit elke familie anders in elkaar. “Maar in de mate van het mogelijke doe je er goed aan systematische oplossingen – bijvoorbeeld het ene weekend bij het ene kind, het volgende bij het andere,...- te vermijden. Want achteraf is het moeilijk om die routine te doorbreken. En de kinderen kunnen zich schuldig voelen wanneer ze zich na verloop van tijd niet meer om die ouder kunnen bekommeren zoals tevoren. Creatief zijn luidt de boodschap, en oplossingen vinden zonder druk te leggen op elkaar.”

De kinderen moeten ook weten dat het verdriet bij de overblijvende ouder jaren later opnieuw de kop kan opsteken. “Soms krijg je de klap van het weduwschap jaren nadien – in de vorm van een depressie – naar aanleiding van een ander verlies”, weet Annik Absil. “Het is dan aan de omgeving én de huisarts om alert te zijn...”

Een nieuwe start?

Soms betekent het verlies van een geliefde een verademing. Hetzij omdat de dood een einde maakt aan een ziekte, hetzij omdat de relatie erg slecht was. “Wie het jarenlang moeilijk heeft gehad, mag zijn opluchting uiten”, legt Chantal Glibert uit. “Uiteraard is het niet makkelijk om zoiets voor zichzelf te erkennen maar door er uiting aan te geven, vermijd je dat je je de rest van je leven schuldig voelt.” Maar met wie praat een mens over zoiets? In een vereniging, uiteraard, maar toch niet met om het even wie. “Niet iedereen in de entourage kan met die opluchting om”, waarschuwt Annik Absil. “Het komt niet veel voor maar toch is het weduwschap niet altijd een ramp. Ik herinner me een dame die tegen me zei dat haar leven was begonnen op de dag dat haar man overleed...”

Soms stelt het weduwschap een vrouw ook in staat om nieuwe kansen te grijpen. In sommige koppels regelt de man echt alles. Maar zodra ze weduwe is, moet ze wel leren hoe ze een belastingaangifte invult, de auto vol tankt, de financiën beheert. “Sommige vrouwen zijn er echt trots op. Mijn advies? Een man die al die zaken bedisselt, is wellicht geen keukenpiet. Waarom zou mevrouw hem geen ruil voorstellen? Jij geeft mij uitleg bij de facturen en ik leer je hoe je eten moet klaarmaken! Samengevat: als koppel moet je bouwen aan een leven samen maar ook aan een leven in je eentje...”

Ingrijpende beslissingen

Dat grote huis alleen blijven onderhouden, kan een zware dobber worden. Als het afscheid zich aankondigt, moet dit besproken kunnen worden. Misschien is verhuizen de oplossing. “Maar net na een overlijden neem je beter geen overhaaste beslissingen”, adviseert Annik Absil. “Dan zijn de meeste mensen een beetje verloren en dreigen ze zich vast te klampen aan de raad van derden, liever dan hun eigen mening te volgen. Maar toch is het vaak beter, wat langer na te denken...”

Een nieuwe partner? Waarom niet? Maar ook hier is overhaasting te mijden. “Het lastigste is het schuldgevoel. De overlevende heeft de indruk de overleden partner te verraden, zelfs al hebben ze het er vóór diens dood samen over gehad. Iets zeggen en iets doen zijn twee heel verschillende dingen. Mijn advies? Luister naar uzelf en zoek de oplossing die bij u past: u kunt perfect een relatie hebben en toch apart wonen...”

Gwenaëlle Ansieau

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content