Waarom zijn we zo bang voor cortisone?

Wie cortisone voorgeschreven krijgt, is daar vaak niet erg opgetogen over. De schrikbeelden van een opgeblazen lichaam en andere bijwerkingen zijn nochtans niet altijd terecht. Cortisone kan erg nuttig zijn!

Vaak is cortisone een (laatste) redmiddel tegen hardnekkige ontstekingen, van huidproblemen tot zware reumatische aandoeningen. Maar wie heeft er nog geen verhalen gehoord en gelezen over enge bijwerkingen? Cortisone kan er inderdaad voor zorgen dat het lichaam vocht gaat opslaan, het kan osteoporose (botontkalking) veroorzaken, zowel euforische als depressieve gevoelens opwekken en lichaamsweefsels aantasten. Het zorgt er ook voor dat de bloedsuikerspiegel verhoogt, wat op de lange termijn bij mensen met een aanleg voor diabetes kan betekenen dat de ziekte zich werkelijk gaat ontwikkelen. Cortisone onderdrukt ten slotte het immuunsysteem, waardoor het lichaam vatbaarder wordt voor infecties.

Wie een cortisonebehandeling van één tot twee weken ondergaat, zal waarschijnlijk niet veel bijwerkingen ondervinden. “Maar de nadelen van langdurig gebruik van cortisone zijn inderdaad geen lachertje”, geeft professor Guy Haegeman (Laboratorium voor Eukaryotische Genexpressie en Signaaltransductie LEGEST – UGent) toe. “Dat heeft alles te maken met de dubbele werking ervan. Voor een goed begrip moet je weten dat cortisone een variant is van een hormoon dat we zelf aanmaken en waarvan we de aanmaak en transport door het lichaam strikt controleren. Dat cortisol is een stresshormoon dat ons lichaam toelaat adequaat te reageren op een stressituatie. Het helpt ontstekingshaarden opruimen en zorgt ervoor dat de energievoorraden ontsloten worden en er dus vlot energie beschikbaar is. Vandaar onder meer de verhoogde aanwezigheid van suikers in het bloed. Het toedienen van cortisone heeft hetzelfde effect als het lichaamseigen hormoon, alleen is de werking nog krachtiger.”

IJverig gezocht: alternatief

De precieze werking van cortisone als ontstekingsremmer wordt wereldwijd nog ijverig bestudeerd, maar in het laboratorium van professor Haegeman kon dr. Ilse Beck al een eerste tipje van de sluier oplichten. Zij ontdekte recent dat cortisone in staat is de motor van de ontstekingsprocessen fysiek uit de celkern weg te trekken en naar het celplasma te drijven. Een interessante piste bij de zoektocht naar een alternatief voor cortisone, naar een product dus dat wel de eerste werking van cortisone vertoont (ontstekingen wegwerken), maar niet de tweede (het energieluik).

“Een finale gouden oplossing verwacht ik niet”, zegt professor Haegeman. “Daar is de werking van het stresshormoon te veelomvattend en te gecompliceerd voor. Maar één onderzoekspiste is dus wel de scheiding van de beide belangrijke werkingen van cortisone door het ontwerpen of isoleren van een cortisone-achtige molecule. Wat dat betreft hebben wij in ons laboratorium een stof ontdekt die tot dusver prima werkt in testen met ontstekingsziekten, ook met proefdieren. Ze is afkomstig uit de Namibische Kalahariwoestijn, ik ben er toevallig opgebotst tijdens een reis in Afrika. Jammer genoeg toont de farmaceutische industrie er maar weinig belangstelling voor. De andere piste – die overigens ook bij ons onderzocht wordt door mijn medewerkster dr. Karolien De Bosscher – is die van de combinatietherapie. Daarbij wordt cortisone in kleinere hoeveelheden – en dus met minder vervelende bijwerkingen – toegediend in combinatie met een ander product, dat de ontstekingswerende werking even sterk of nog sterker tot uiting doet komen. Zo heeft ons team al ontdekt dat het gelijktijdige gebruik van cortisonederivaten en een bepaald type cholesterolverlagende middelen, de neveneffecten aanzienlijk kan beperken.”

Bij voorkeur lokaal gebruik

“Een andere mogelijkheid bestaat erin de ontstekingshaarden te bestrijden met niet-cortisoneachtige middelen (NSAIDs), die een beperkt, relatief succes hebben”, zegt prof. Haegeman. Maar tot er een alternatief gevonden wordt, blijft cortisone soms onontbeerlijk. “Cortisone wordt gebruikt bij uiteenlopende ontstekingsaandoeningen, zowel acuut (huidirritatie bijvoorbeeld) als chronisch (bij reuma of astma). Maar omdat vooral langdurig gebruik van cortisone de bijwerkingen veroorzaakt, probeert men waar mogelijk de cortisone plaatselijk toe te dienen. Dan blijft de werking beperkt tot de plaats die ontstoken is en wordt de stof niet het hele lichaam rondgevoerd wat gebeurt bij de feitelijke inname van het geneesmiddel.”

“Dit laatste gebeurt bijvoorbeeld wél bij zalfjes met cortisone voor het be-strijden van huidproblemen. Die mogen niet langdurig gebruikt worden omdat de cortisone op termijn de huid dunner kan maken.Gelukkig lost de cortisone het probleem doorgaans snel op zodat het meestal niet de tijd krijgt om uit te groeien tot een ernstige zaak. In neussprays of cortisoneverstuivers tegen luchtwegen-aandoeningen is de dosering zo klein dat de bijwerkingen miniem zijn.

Meer ingrijpend zijn inspuitingen met cortisonepreparaten, bijvoorbeeld tegen een peesontsteking. Bij wie er overgevoelig voor is, kan dat het aantasten van onderhuids vet veroorzaken. De lelijke vlekken die daar het resultaat van zijn, verdwijnen maar langzaam.

Ariane De Borger

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content