VRAGEN ? ANTWOORDEN!

Kan ik mijn adresverandering verzwijgen?

“Over enkele maanden verlaat ik mijn huidige adres. Ik ga terug bij mijn vriendin wonen, maar zonder de officiële inschrijving in het bevolkingsregister. Om persoonlijke en financiële redenen zou ik onze samenwoning niet officieel willen maken. Kan ik mijn oude adres behouden zonder er effectief te wonen, en dit zonder in aanvaring te komen met de overheid?”

De overtreding van de wetgeving, op de bevolkingsregisters is strafbaar met een geldboete van e 130 tot 2500. (art. 7 wet 19 juli 1991 op het bevolkingsregister). Door uw verhuizing niet te melden aan uw nieuwe gemeente, begaat u een dergelijke overtreding. Ziehier hoe de wettelijke procedure in elkaar zit. De inschrijving in het bevolkingsregister neemt een einde zodra u uw woonplaats hebt verlaten. De wet schrijft voor dat u zich binnen de 8 werkdagen gaat aanmelden in de nieuwe gemeente waar u zich verstigt. De lokale overheid controleert dan uw reële verblijfplaats binnen de 8 werkdagen na uw aangifte. Na afloop van dit onderzoek, en binnen de 20 dagen na de datum van de aangifte, laat uw nieuwe gemeente aan uw oude weten dat uw aanvraag tot inschrijving aanvaard (of verworpen) werd. Vindt men u niet terug op uw nieuwe verblijfplaats, dan zal de oude gemeente u van ambtswege afvoeren. Maar dat maakt van u niet automatisch een persoon zonder officieel adres: de gemeente spoort immers personen op die hun hoofdverblijf in de gemeente hebben zonder er ingeschreven te zijn in de registers. Als u ermee talmt, zal ze u van ambtswege aanmanen om u alsnog in te schrijven (KB 16 juli 1992 betreffende de bevolkingsregisters en het vreemdelingenregister).

Indexeren van de huurprijs

“Sinds 1 januari 1996 huur ik een klein huisje voor 338,39 per maand. Er werd geen schriftelijke huurovereenkomst opgesteld en er is ook geen plaatsbeschrijving. In ruil voor de ‘vaste’ huurprijs (niet geïndexeerd) heb ik een aantal herstellingen betaald die normaal voor rekening van de eigenaar zouden moeten zijn. Alles ging goed tot enkele dagen geleden. Toen eiste mijn huisbaas opeens dat ik 500 euro per maand zou betalen (vanaf 1 januari 2006). Ben ik niet akkoord, dan word ik op straat gezet. Mag mijn huisbaas de huur met zo’n bedrag indexeren? En mag hij iemand van mijn leeftijd (74) zomaar op straat zetten?”

Een eigenaar heeft altijd het recht zijn huurder op te zeggen, mits hij de opzegtermijn naleeft. Uw leeftijd kan daar spijtig genoeg niets aan veranderen. Wat u wel kunt doen, is naar de vrederechter stappen en de verlenging vragen van de huurovereenkomst. De vrederechter zal daarbij wel rekening houden met uw leeftijd. Wat de indexatie van uw huur betreft: vermits uw mondelinge over-eenkomst dateert van voor 30 mei 1997, mag uw verhuurder de huurprijs inderdaad indexeren (na die datum is er bij mondelinge huurovereenkomsten geen indexatie mogelijk). Maar dat kan hij niet zomaar en zeker niet ineens met zo’n groot bedrag . Om te beginnen moet hij u schriftelijk op de hoogte brengen van de indexatie, ook al hebt u een schriftelijke overeenkomst. Bovendien mag hij maar 3 maanden teruggaan in de tijd. Hij moet daarbij de volgende formule gebruiken:

Basishuurprijs (a 338,39) x nieuw gezondheidsindexcijfer 140,96*

= a 401,04aanvangsindex 118,94 (index december 1995)

Dit bedrag mag uw verhuurder vragen vanaf 1 januari 2006. Wil hij het geïndexeerd bedrag voor de 3 vorige maanden ook, dan moet hij een herberekening maken met de beginindex van december 2005 (*index december 2005).

Erfgenaam als testamentair uitvoerder

“Ik denk eraan mijn testament te maken. Ik zou dat graag bij de notaris doen, zodat het na mijn overlijden correct zal uitgevoerd worden. Ik wil een testamentair uitvoerder aanstellen. Mag dat een erfgenaam zijn of is dat door de wet verboden? En mag ik de testamentuitvoerder een legaat geven ter vergoeding van zijn werk? Moet hij daar dan successierechten op betalen?”

De wet verbiedt niet dat u een erfgenaam aanduidt als uitvoerder. Toch is het niet aan te raden , want de uitvoerder kan te maken krijgen met een belangenconflict tussen zijn twee rollen. Als erfgenaam moet hij in de eerste plaats overeenkomen met de andere erfgenamen. Als testamentuitvoerder vertegenwoordigt hij niet de belangen van de erfgenamen, maar die van de persoon die het testament heeft opgesteld. Hij moet ervoor zorgen dat het testament correct wordt uitgevoerd, zelfs al is dat tegen het belang van één of meerdere erfgenamen. Op het legaat dat u de uitvoerder geeft als vergoeding voor zijn werk, hoeft hij geen successie te betalen.

Mede-eigenaar dagvaarden

“Ik woon in een blok met 7 appartementen, met een erkend syndicus. Eén van de eigenaars heeft iets bijgebouwd in de kelder dat niet op het plan stond. Op de algemene vergadering van mede-eigenaars is beslist dat één van de eigenaars klacht zal indienen, maar de overtreder doet niets. De syndicus zegt me hiermee naar de vrederechter te stappen. Maar wie moet de overtreder voor de vrederechter brengen: de syndicus of een eigenaar?”

Als de algemene vergadering één van de eigenaars de opdracht heeft gegeven actie te ondernemen tegen de overtreder, dan moet deze persoon die opdracht vervullen, niet de syndicus. Wenst de eigenaar in kwestie die procedure niet te voeren, dan kan hij de AV vragen daarvan ontlast te worden, en de opdracht eventueel door te schuiven naar de syndicus. De wettelijke opdracht van de syndicus, bevat onder meer:

l het bijeenroepen van de algemene vergadering

l het notuleren van de beslissingen van de AV

l deze beslissingen laten uitvoeren

l alle bewarende maatregelen treffen en alle daden van voorlopig beheer stellen

l het vermogen van de vereniging van mede-eigenaars beheren

l de vereniging van mede-eigenaars zowel in rechte als voor het beheer van gemeenschappelijk zaken te vertegenwoordigen. (art. 577-8 paragraaf 4 BW).

Dubbele belasting op erfenis

“Moeten er op ontvangen erfenissen waar al successierechten op betaald werden, ook nog eens belastingen worden betaald via de jaarlijkse aangifte in de personenbelasting? Of is de belasting reeds geheven door het betalen bij de notaris?”

Op zich hebben successierechten en personenbelasting niets met elkaar te maken. Maar als u een onroerend goed erft (bijv. een huis), moet u dit het daaropvolgende jaar aangeven in de personenbelasting, omdat het behoort tot het onroerend inkomen waar-op u belastingen verschuldigd bent. Erft u een roerend goed , dan zult u dit ook moeten aangeven voor zover er roerende voorheffing op verschuldigd is.

De schulden van haar zoon

“Uit een vorig huwelijk had mijn echtgenote een zoon die recent overleden is. Hij had drie meerderjarige kinderen. Hij was al jaren werkloos, heeft een tijdlang van een OCMW-uitkering geleefd en was op het einde ook dakloos. Noch zijn kinderen, noch wij hadden de laatste tijd enig nieuws van hem. Hij had een schuld van om en bij de a25.000 bij het OCMW. Kunnen we vermijden dat zijn moeder of halfbroer (mijn zoon, dus) zouden aangesproken worden om de schuld (of andere) te betalen?”

Het OCMW kan zich wel naar de ouders of kinderen van de overledene richten, maar het kan ook beslissen de schuld ‘om sociale of billijke redenen’ niet terug te vorderen. Het beste wat uw vrouw en zoon in dit geval kunnen doen, is de erfenis weigeren. Dat doen ze door een verklaring neer te leggen bij de griffie van de rechtbank van eerste aanleg op de plaats van het overlijden.

Niet getrouwd, toch erven?

“Ik ben vijf jaar weduwe en woon 3 jaar samen met een weduwnaar. Meestal woon ik bij hem, in het Vlaamse Gewest, maar ik heb zelf nog een appartement in Henegouwen. Ik onderhoud mee zijn huis, doe de was en de strijk, ik kook, enz. Mijn partner is 15 jaar ouder dan ik, dus de kans is groot dat hij eerst overlijdt. Wat zijn mijn rechten?”

U moet weten dat u als samenwonende geen erfgenaam bent van uw partner! Als hij u een deel van zijn goederen wil nalaten, moet hij een testament maken waarin hij u begunstigt. Omdat hij twee kinderen heeft, kan hij u uiteraard niet alles nalaten. Hij moet het reservatair deel van zijn kinderen respecteren. Dat bedraagt twee derden van de nalatenschap. Hij kan u dus maximaal één derde van zijn bezittingen nalaten in een testament. Wat de successierechten betreft, maakt het in het Vlaams Gewest niet uit of u wettelijk samenwoont, (als u dus een verklaring van samenwoning deed bij de burgerlijke stand) of feitelijk (geen verklaring). Alle samenwonenden betalen hetzelfde tarief sucessierechten als gehuwden. In Wallonië en Brussel worden enkel wettelijk samenwonenden gelijkgesteld met gehuwden.

Minder onderhoudsgeld

“Ik ben in 1982 gescheiden met onderlinge toestemming. In de akte is bepaald dat ik mijn ex-vrouw een onderhoudsgeld blijf betalen zolang zij werkloos en niet hertrouwd is.Maar deze som kan herzien worden indien mijn inkomen door onvoorziene omstandigheden naar beneden gaat. Ondertussen heb ik een 4/5de tijdskrediet genomen en binnenkort ga ik over naar 1/2de. Mijn ex-vrouw woont al 7 jaar samen. Kan ik de afschaffing van haar onderhoudsgeld vragen of een verlaging?”

De tekst van de overeenkomst tot echtscheiding met onderlinge toestemming die u destijds ondertekende wordt strikt geïnterpreteerd. Dit betekent dat dat uw onderhoudsverplichting slechts wegvalt wanneer uw ex-echtgenote werkelijk hertrouwt, samenwonen is niet voldoende.

Een persoonlijk onderhoudsgeld voor de ex-echtgenoot vastgelegd in de voorafgaande overeenkomst van een echtscheiding tot onderlinge toestemming is naderhand slechts wijzigbaar onder de voorwaarden bepaald door de overneenkomst zelf. Die spreekt van onvoorziene omstandigheden. Het tijdskrediet hebt u wellicht zelf aangevraagd, zodat u het niet kunt beschouwen als onvoorzienbaar. Overigens zou u zelfs na een gewone echtscheiding niet zo makkelijk een verlaging of afschaffing van het onderhoudsgeld bekomen op basis van een daling van uw inkomen als die veroorzaakt is door een vrije keuze. Na een gewone echtscheiding zou u wel een verlaging of afschaffing kunnen verkrijgen wanneer u de rechter het bewijs van haar kostendelend samenwonen kunt voorleggen. Aangezien u echter met onderlinge toestemming gescheiden bent, ligt die mogelijkheid voor u niet open.

De waarde van een vruchtgebruik

“Mijn echtgenoot is onlangs overleden. We hadden geen huwelijkscontract. Onze kinderen erven dus de naakte eigendom en ik het vruchtgebruik van de nalatenschap. Hoeveel is mijn vruchtgebruik nu waard?”

Er bestaan twee berekeningswijzen voor de waarde van het vruchtgebruik . Eén wordt gebruikt voor de berekening van de successierechten. Hierbij speelt de leeftijd van de vruchtgebruiker een rol.

Leeftijd vruchtgebruiker Waarde vruchtgebruik

Jonger dan 20 jaar 72 %

Van 20 tot 30 jaar 68 %

Van 30 tot 40 jaar 64 %

Van 40 tot 50 jaar 56 %

Van 50 tot 55 jaar 52 %

Van 55 tot 60 jaar 44 %

Van 60 tot 65 jaar 38 %

Van 65 tot 70 jaar 32 %

Van 70 tot 75 jaar 24 %

Van 75 tot 80 jaar 16 %

Ouder dan 80 jaar 8 %

Voorbeeld: de successie van de overledene wordt op E10.000 geschat. De overlevende echtgenoot is 70 jaar. De waarde van het vruchtgebruik is dan: 100.000 x 24% = E24.000. De naakte eigendom is E76.000 waard. Voor de omzetting van het vruchtgebruik in een geldsom is de berekening anders. Dan wordt de waarde bepaald op basis van de te verwachten levensduur en het geslacht van de vruchtgebruiker.

Stoppen met werken op mijn zestigste “Ik ben geboren in 1945. In ’61 ben ik als kapper begonnen met een leercontract van vier jaar. Tellen deze jaren mee voor mijn pensioen. En wat zouden de gevolgen zijn als ik op mijn zestigste stopte?”

Voor 1963 moesten zelfstandigen geen bijdragen betalen voor hun 20ste verjaardag. Na 1963 werden de gewerkte jaren voor de 20ste verjaardag meegerekend, voor zover er bijdragen betaald werden. De periode van uw leercontract telt mee voor de jaren na 31 december van het jaar waarin u 20 geworden bent en op voorwaarde dat het leercontract erkend en gecontroleerd werd door de regering. De jaren die daarop volgen tellen mee voor uw pensioen voor zover u kunt aantonen dat u sociale bijdragen hebt betaald. Neemt u uw pensioen als zelfstandige voor uw 65ste, dan wordt uw pensioen verminderd met 5% per jaar. Stopt u op uw zestigste, dan bent u dus 25% kwijt. Deze maatregel zou wel verzacht worden als de belofte in het Generatiepact uitgevoerd wordt, maar de datum daarvan is nog niet bepaald. Uitzondering: als u een volledige loopbaan van 45 jaar achter de rug hebt op uw zestigste, wordt deze vermindering niet toegepast. De jaren die u onder leercontract gewerkt hebt, tellen niet mee omdat u ze niet in het stelsel van de loontrekkenden hebt gepresteerd. n

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content