Vlinders in de buik

Net als in de grote dagen verwelkomt Toyota weer een sportcoupé in zijn gamma. Een model voor wie van auto’s houdt, een terugkeer naar de essentie van het rijden en naar lichte, eenvoudige oplossingen. Maar zijn die ook efficiënt?

De epicuristen van de auto zullen in de wolken zijn: Toyota en Subaru presenteren de GT86/BRZ, tweelingcoupés die het rijplezier in eer herstellen. Daar kunnen we alleen maar blij om zijn. Onder de motorkap vinden we een gloednieuwe 2.0 l viercilinder boxermotor (met platliggende cilinders) die door Subaru is ontwikkeld. De directe injectie komt dan weer van bij Toyota.

Dankzij zijn bijzondere architectuur, die hem veel minder hoog maakt, konden de ingenieurs de motor erg laag inplanten. Gevolg: in een GT86 stap je niet in, je laat je erin vallen! Het dak is nog geen 130 cm hoog en de laag geplaatste kuipstoelen garanderen een uitstekende rijhouding. Zalig.

Een tweede voordeel van de boxermotor: hij maakt het zwaartepunt veel lager. Bij de GT86 ligt het op slechts 46 cm boven de grond: een van de laagste in de autowereld. Dat geeft de Japanse coupé meteen een gevoel van levendigheid en lichtheid (hij weegt amper 1.200 kg).

Dichterlijke vervoering

Het interieur van de GT86 coupé mikt op soberheid, opgefleurd met sportieve accenten. De scherpe randen, het harde plastic en de rode displays herinneren aan de sportwagens van de jaren ’80, net als de naam dat doet.

De toerenteller, die tot 9.000 t/m gaat, geeft je zin om door de bochten te scheuren. Dat kan, want de nieuwe 2.0 l atmosferische boxermotor heeft pit. Net als in de goede oude tijd ontwikkelt hij zijn maximale vermogen op 7.000 t/m. Hoewel zijn vrij lage maximale koppel, slechts 205 Nm bij meer dan 6.000 t/m, weinig goeds voorspelt, blijft de motor lekker soepel in het middengamma. Bij lagere toerentallen gaat het allemaal wat minder vlot, maar toch is dit een erg geslaagde motor – ook al zijn de absolute prestaties niet te vergelijken met die van een sportieve turbocompressor. Met zulk een efficiënt chassis had de GT86 coupé best wat extra paarden aangekund.

Tot op de millimeter

De Japanse coupé rijdt zalig: hij slingert nooit, heeft een buitengewoon scherpe voortrein en vooral een onberispelijke vering die alle bulten van het wegdek opslorpt. Hij zweeft over alles heen! Ondanks zijn tamelijk smalle wielen (205 breed voor 16 duims velgen en 215 voor 17 duims) en zelfs met alle elektronische hulpjes uitgeschakeld, heeft de GT86 nog altijd een knappe motoriek. Als je bij het verlaten van een bocht flink gas geeft, leidt het zelfblokkerende differentieel alles vlot in goede banen. Elke meter die je aflegt aan het stuur van deze toekomstige collector, die in de manuele versie euro 31.690 kost, is puur plezier!

Arnaud Dellicour en Laurent Blairon