Van Montreal naar de Mont-Tremblant

Een citytrip naar Montreal kunt u combineren met een fikse dosis sneeuwpret op de Mont-Tremblant. Skiën zegt u niets? Een wandeling met sneeuwschoenen of een tocht met sledehonden zult u beslist zalig vinden!

De Canadese singer-songwriter Robert Charlebois kon het niet beter verwoorden: Je reviendrai à Montréal. Dans un grand Boeing bleu de mer. J’ai besoin de revoir l’hiver. Hij heeft overschot van gelijk: de grootste stad van de Franstalige provincie Quebec is een verblijf meer dan waard. De eclectische architectuur, de hartelijke en ontspannen inwoners, de bijtende koude, het ballet van sneeuwruimers: ik ben in Montreal in de winter en begin mijn bezoek op een plek – of beter een niveau – waarover ik al veel heb gehoord: de beroemde ondergrondse stad.

Ondergrondse stad

Onze gids legt ons in zijn charmante tongval uit dat, als je alle ondergrondse gangen en galerijen in Montreal achter elkaar zou leggen, dit voetgangerslabyrint liefst 34 km lang zou zijn. Het is het grootste ondergrondse complex ter wereld! Zelfs wanneer het buiten vriest, kunt u hier gewoon in een T-shirt rondlopen. En u kunt in de Ville intérieure dagen doorbrengen: er zijn winkels, theaterzalen, hotels, bioscopen, metrolijnen, banken, universiteiten, ziekenhuizen... Maar opgelet: u kunt hier ook makkelijk verdwalen.

We zetten onze muts weer op en gaan naar de bovengrondse stad. We beginnen in de rue Saint-Jacques, tot enkele decennia terug nog bekend als het Canadese Wall Street. Tijdens de wandeling valt vooral het architecturale contrast op: wolkenkrabbers staan hier trots naast oude panden en religieuze gebouwen. De Franse kolonisatie (1642-1760) en nadien de Britse hebben duidelijk sporen nagelaten... Het Vieux Séminaire de Saint-Sulpice, het oudste gebouw van Montreal, is daar een fraai voorbeeld van.

Basiliek Notre-Dame

Vlak ernaast bevindt zich een niet te missen bezienswaardigheid van het oude Montreal: de neogotische basiliek Notre-Dame (1829) op de Place d’Armes. Binnenin maken vooral de weelderige ornamenten in houtsnijwerk indruk. Om nog te zwijgen van de heel aparte verlichting van het hoofdaltaar, onder een blauw gewelf dat bezaaid is met sterren in bladgoud. Schitterend! Het gebouw in grijze steen herbergt ook het krachtigste orgel van Noord-Amerika. Een leuk weetje: in 1994 trad Céline Dion in deze basiliek in het huwelijk. Een ander opmerkelijk religieus gebouw is de kathedraal Marie-Reine-du-Monde, een kleine replica van de Sint-Pietersbasiliek in Rome.

Oude haven

We zetten ons bezoek aan Montreal verder en kuieren door de oude geplaveide straatjes naar de Vieux-Port, waar zich twee kilometer kade uitstrekt langs de Saint Lawrencerivier. ’s Winters is dit een rustige plek om een frisse neus te halen, op zoek naar wat souvenirs. In de rue Saint-Paul, de oudste straat van Montreal, vindt u winkeltjes waar u Eskimokunst kunt kopen, maar evengoed kitscherige spulletjes. En uiteraard allerlei lekkers met esdoornsiroop, het sterproduct van Canada. De siroop zelf, de thee, de snoep, de koekjes: ik heb alles geproefd en het is allemaal overheerlijk! Overigens bulkt Montreal van de leuke restaurantjes waar het lekker tafelen is.

Mont-Royal

Nóg trotser zijn de inwoners van Montreal op hun Mont-Royal, ook al heeft die behalve zijn naam weinig koninklijks! Met 233 m is deze heuvel – hier nochtans fier la montagne genoemd – nauwelijks hoger dan de Belgische mijnterrils. In Montreal mogen projectontwikkelaars het trouwens vergeten om almaar hogere wolkenkrabbers te bouwen: om de Mont-Royal niet belachelijk te maken, mag geen enkele wolkenkrabber in de stad hoger zijn dan 233 m. De Mont-Royal, waar de stad naar werd genoemd, kreeg zijn naam van de Franse ontdekkingsreiziger Jacques Cartier, die de heuvel in 1535 beklom. Het uitzichtterras is makkelijk te voet te bereiken. U hebt er een adembenemend panoramisch zich op de stad. Maar duffel u van kop tot teen warmpjes in, want daarboven is het ijskoud! Op het ogenblik dat ik het terras bereik, wijst de thermometer -15°C aan. Met een beetje geluk komt u in het bos eekhoorntjes of marmotjes tegen.

Een andere toeristische plekpleister vanwaar u een prachtig uitzicht hebt, is de hoogste schuine wolkenkrabber ter wereld (175 m). Die buigt zich letterlijk over het olympische stadion dat voor de Spelen van 1976 werd gebouwd. U bereikt het uitkijkpunt via een kabelbaan aan de buitenkant van het gebouw. Origineel!

Geschiedenis en cultuur

Terug met beide voeten op de grond, is het tijd om in de geschiedenis van Montreal te duiken. Ik wip even binnen in het Musée McCord, waar kostuums, documenten, foto’s en voorwerpen allerhande vertellen over de voorbije eeuwen, terwijl tijdelijke tentoonstellingen toch garant staan voor een hedendaagse aanpak.

Om in Montreal echt van cultuur te proeven, gaat er niets boven een ommetje door het Quartier des Spectacles. In het hart van deze 1 km2 grote hot-spot van vertier ligt de Place des Festivals, waar elk jaar een honderdtal evenementen plaatsvindt.

Shoppingparadijs

Montreal is ook een paradijs voor magasinage, zoals ze dat in Quebec zeggen. U vindt zonder enige twijfel wat u zoekt in de rue Sainte-Catherine, een 11 km lange straat met een duizendtal winkels!

Wie zich een beetje verwijdert van het drukke stadscentrum, moet absoluut letten op de architectuur van de woningen. Wat is daar bijzonder aan?, zult u zeggen. Wel, die flats zijn toegankelijk via buitentrappen. Er zijn dus voordeuren – én brievenbussen – op elke verdieping. Leuk voor de postbode!

Mont-Tremblant

Als we dan toch onze tijd in sneeuw en ijs moeten doorbrengen, kunnen we beter met volle teugen genieten van alle pret die ze te bieden hebben! Op dus naar de Mont-Tremblant, een busrit van ongeveer 2 uur vanuit Montreal. We zijn hier in de Laurentides, een van de oudste bergketens ter wereld. Skiërs kunnen op de 875 m hoge Mont-Tremblant kiezen uit 90 pistes. In het dorp – met Disneyland-allures – bevindt zich ook een schaatsbaan. Hier vertrekken tal van excursies. Wandelingen met sneeuwschoenen bijvoorbeeld.

Ik kies voor een natuurtocht onder begeleiding van een gids. Hij wijst ons op bomen en op sporen van wilde dieren, toont ons waar een beer zijn klauwen in een boomstam heeft gezet en hoe je vuur kunt maken met een paddenstoel... Wat een avontuur!

En fysiek behoorlijk zwaar, want met zo’n bizar schoeisel en zonder struikelen ondergesneeuwde paden beklimmen, is heus niet niks.

Slapen bij -5°C

Wie de grenzen van zijn weerstand tegen de koude wil verleggen, kan een nachtje doorbrengen in het Village des neiges op Sainte-Hélène, een eiland in het midden van de Saint Lawrencerivier. In dit hotel vindt u een restaurant in ijs, een ijskapel en grote sneeuwiglo’s met een twintigtal kamers waar u slaapt (of misschien net niet) bij -5 of -7°C. Uw slaapzak ligt op een matras in een bed van ijs. Brrrrr.

Avontuur met husky’s

Nóg leuker is een excursie met sledehonden. Die activiteit gaat door op enkele kilometers van het dorp Mont-Tremblant. In the middle of nowhere, in de bossen. Enkel het geblaf van ruim 200 husky’s doorbreekt de stilte. Ik mag helpen bij het inspannen van de honden en – héél leuk – mijn eigen slee besturen! Ik luister naar de instructies van de gidsen die ons tijdens de excursie begeleiden en, hop, weg ben ik, want de honden worden ongeduldig! We zijn vertrokken voor een 10 km lange tocht langs bergachtige paden. De zuivere lucht, het weergaloze landschap, de enthousiaste honden, het geluid van de sledes die over de sneeuw glijden... Een kippenvelmoment om nog vaak aan terug te denken. Eenmaal terug in de kennel mag u in geen geval vergeten om de honden, als dank voor hun inspanningen, te aaien. Flatter heet dat hier.

Typische poutine

Ik wil Canada niet verlaten zonder te proeven van de beruchte poutine: een portie frieten met blokjes kaas, overgoten met bruine saus. Het oogt niet bepaald smakelijk en het is ook niet lekker. Ik rond mijn calorierijke maaltijd af met een queue de castor, een beverstaart. Een wat? Gewoon: een heerlijke, afgeplatte beignet in de vorm van een beverstaart!

Olivia Van de Putte

Partner Content