Trendy in de 18de en 19de eeuw

Doorgaans richt het ModeMuseum in Antwerpen de schijnwerpers op mode uit het topsegment, maar in de tentoonstelling ‘Een leven in mode’ ligt de focus op de kleren van de ‘gewone vrouw’. Zij het dan wel de bemiddelde middenklassevrouw uit de 18de en 19de eeuw.

Wellicht zijn er onder u fashionista’s die het nog altijd doen en twee eeuwen geleden was het voor dames uit de burgerij doodgewoon: zich vier tot vijf keer per dag omkleden. Na de ochtendkleding volgde de namiddagjurk en voor het diner de avondjurk. Even winkelen of sporten vroeg opnieuw om een andere outfit. De 18de en 19de eeuw zijn dan ook een boeiend modetijdperk, dat u in ‘Een leven in mode’ kunt ontdekken tijdens een wandeling langs een 19de eeuwse boulevard.

Celebrity’s

“Het was een totaal andere periode”, zegt curator Karen van Godtsenhoven. “We belichten de tijd van voor de grote ontwerpers en merken. Alles werd nog op maat gemaakt. Toch was het precies in de 18de eeuw, met de opkomst van de middenklasse, dat een snel evoluerende mode ontstond. De hovelingen vervulden de rol van celebrity’s nu. Zij zetten de toon. Hun kleding verscheen in de geïllustreerde modemagazines en de burgerij probeerde hen te imiteren. Maar omdat de upper class zijn volgelingen altijd een stapje voor wilde blijven, veranderde het silhouet alsmaar sneller.” De vrijetijdsbesteding van de groeiende middenklasse – reizen, winkelen en sporten – vereiste ook een geschikte outfit. Zo kwam eind 18de eeuw, met de brede doorbraak van de fiets, ook de broekrok. Tot dan toe was het voor vrouwen not done een broek te dragen. “Op oude foto’s zie je ze nog in lange rok cricket spelen of op het strand zitten”, aldus Van Godtsenhoven. Grote department stores als Harrods of Innovation verrezen eind 19de eeuw en speelden met hun confectiekleding in op de nieuwe behoeften.

Creatief met kleren

Arbeidersvrouwen konden zich twee eeuwen geleden nog geen modieuze kleren veroorloven, maar ook burgervrouwen bezaten niet altijd zo’n uitgebreide garderobe als de geplogenheden wilden. Om toch te kunnen meedoen gingen ze creatief aan de slag en speelden ze met accessoires. Zo droegen ze bijvoorbeeld na de middag een sjaal en ’s avonds juwelen. Ook hadden niet alle middenklassevrouwen de mogelijkheid altijd de nieuwste trends te volgen. Vaak verstelden ze dan kleren om toch weer bij de tijd te zijn. De tentoonstelling laat zien hoe ze dat aanpakten.

Wespentaille

Dat alle jurken ooit gedragen zijn door echte vrouwen maakt ‘Een leven in mode’ speciaal. Toch zeggen deze kleren ook iets over het schoonheids-ideaal. “Je ziet dat tot begin vorige eeuw een ingesnoerde taille de norm is. Dat verandert pas met de bevrijdingsgolf in de jaren 1920”, aldus Van Godtsenhoven. “Maar in 1950 is de smalle taille er weer”.

Trots is de curator op de zwangerschapsjurken uit de periode 1790- 1880. “Dit is toch iets wat je zelden ziet in tentoonstellingen. Het zijn jurken met crinolines en hoepels die de buik zoveel mogelijk insnoeren. Erg gezond was het niet en ze zorgden dan ook vaak voor miskramen”.

Jacoba

Alle 90 de silhouetten op de tentoonstelling zijn afkomstig uit de collectie van de Nederlandse verzamelaarster Jacoba De Jonge. Zij bezat 2.500 kledingstukken die de tijdspanne tussen 1750 en 1950 bestrijken en daarmee een van de grootste historische verzamelingen vrouwenkleding. Ze schonk een deel aan het MoMu, dat de rest opkocht. Voortaan is dus nagenoeg de hele collectie eigendom van het ModeMuseum.

Een leven in mode, van 21 maart tot 18 augustus 2012 in het ModeMuseum, Nationalestraat 28, 2000 Antwerpen. Info: tel. 03 470 27 70 of www.momu.be

Ann Heylens

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content