Open en bloot

Ik denk dat er iets grondigs fout met me is. Ik zie mannen om me heen die met flikkerende oogjes praten over veelkleurige modellen die schaarse kleding showen of magere yoghurt aanprijzen. Geloof me: de Schiffers, Campbells of hoe ze ook mogen heten, vind ik hooguit koddig. De manier waarop ze het lange, graatmagere gebeente clownesk en volslagen onnatuurlijk voor elkaar gooien wanneer ze over de catwalk schuiven, en de boze, verongelijkte tronie die ze daarbij dan (moeten?) opzetten, daar krijg ik altijd de slappe lach van.

Een andere categorie heren vertelt bij een schuimende pint halflachend, dus ook halfernstig, dat ze een frisse, jonge meid wel zien zitten. Ook in zulke omstandigheden wend ik mij gegeneerd af. Eerlijk: jonge vrouwen doen mij alleen maar denken aan mijn twee dochters en roepen de zuiverste vaderlijke gevoelens in mij op.

Dan is er ook het groepje kerels dat mannenblaadjes koopt en met een zekere regelmaat films van Dennis Black Magic en zijn kompanen gaat huren. Zo’n boekje klap ik na één foto weer dicht – het kunnen er al eens twee zijn als ik het niet meteen heb begrepen – en als ik op een hotelkamer zappenderwijs toevallig eens op een betaalkanaal terechtkom, kies ik na tien seconden met de volste overtuiging voor iets anders. Zelfs CNN is mij nog liever!

Een andere opwindende praktijk blijkt het seksuele ‘outen’ te zijn, open en bloot. Bekende en minder bekende Vlamingen beginnen alsmaar veelvuldiger en onbeschroomder over hun seksleven te spreken, tot in de intiemste details toe. Niet alleen in vriendenkring, maar zelfs in interviews. U kunt zonder probleem vernemen welke standjes ze prefereren, hoeveel minuten (seconden) het duurt, welke kreet ze het liefst uit de mond van de partner horen opborrelen, welke diameter de borsten het best hebben,... We leven nu eenmaal in een mondige samenleving. De wakkere burger mag en durft alles: kritische vragen stellen û liefst aan en over anderen, niet over zichzelf û en ach, wat gewauwel over het seksleven, daar doen ze misschien nog het minste kwaad mee.

Zelf zou ik er nooit aan meedoen. Niet uit preutsheid maar uit pure onverschilligheid voor dat soort prikkels. Ze raken me even weinig als een keurig gerangschikte serie Engelse sleutels. Of ik van seks hou en zo ja wanneer, hoe, met wie, waarom, homo, hetero of allegro moderato, hoe lang, bij welke temperatuur en vochtigheidsgraad, sinds wanneer, alleen of met z’n achten en bij het luisteren naar welke muziek? Dat zijn iemands anders zaken niet.

Ik kan het niet helpen, maar het leuke aan erotiek vind ik nu net het individuele, het spannende, het verborgene, wat je met zijn tweeën (oei, nu geef ik toch iets prijs!) deelt. Ik behoor in deze ogenschijnlijk tot een stilaan verdwijnend ras. Moet ik nu in therapie? n

A Fred Brouwers

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content