Op blote voeten door het nationaal park

Voor het eerst is België een echt nationaal park rijk. Het Nationaal Park Hoge Kempen ligt tussen Genk en Maasmechelen en is naar Belgische normen héél uitgestrekt. De natuur kunt u hier op originele manieren verkennen. Bijvoorbeeld op blote voeten.

Het avontuur begint meteen wanneer ik mijn schoenen en sokken heb achtergelaten in een kastje en mijn broekspijpen hebt opgestroopt. Daar sta ik dan, op het bijna 2 kilometer lange parcours van het Blote Voetenpad waar mijn voetzolen ondergronden leren kennen die ze niet gewoon zijn. Sommige prikken (gemalen boomschors), andere doen pijn (grote en kleine keitjes), terwijl nog andere aanvoelen als een balsem (gras, wit zand en vooral modder en poelen). Een bed met denappels voelt tot mijn verbazing zacht aan. Ik begin me zelfs Tarzan te wanen wanneer ik over een touwbrug loop, knuppelpaden overwin, een grillig rotspad afdaal, een uitkijktoren beklim en een labyrintje verken. Op het einde brengen waterbassins en een voetendouche soelaas. Een uur later zinderen mijn voeten nog deugddoend na.

Het Blote Voetenpad is uitgegroeid tot één van de belangrijkste attracties van het nieuwe Nationaal Park Hoge Kempen. Dit natuurpark overspant zes gemeenten in een driehoek tussen Genk, Maasmechelen en Lanaken. Het bestaat nog maar twee jaar, maar heeft in april al een prestigieuze Amerikaanse milieuprijs gewonnen. Het heeft bestaande natuurreservaten, provinciale en gemeentelijke snippers grond en de steenkoolmijnsite van Eisden verbonden tot één groot geheel van ruim 5700 ha. Alle economische en landbouwactiviteiten moeten tegen 2012 uitgedoofd zijn of omgeschakeld naar ecologische bezigheden. Alleen enkele grote wegen (zoals de E 314) zullen dan nog door het gebied lopen.

Zesduizend diersoorten

Ons eerste nationaal park heeft zijn inspiratie duidelijk in de Verenigde Staten gehaald. Net als de nationale parken daar, werkt het met toegangspoorten en rangers. Met toch dit belangrijke verschil: de toegang is gratis, alleen enkele speciale attracties zijn betalend.

De vijf toegangspoorten (Kattevennen, Lieteberg, Pietersheim, Station As en Mechelse Heide ) hebben een symbolische muur van zwerfkeien (zowat het symbool van het park) en bieden de bezoeker een parkeerterrein, een infokantoor, sanitaire voorzieningen, een horecazaak en infoborden. Van hieruit vertrekken luswandelingen: de groene zijn altijd de kortste (5 tot 6 km) terwijl de blauwe een afstand van 7 of 8 km hebben, de rode 9 tot 10 km. Verbindingspaden linken deze luswandelingen aan elkaar. De bewegwijzering naar de toegangspoorten is echter nog niet overal voltooid. Daarom wapent u zich beter met de infogids (zie kader Praktisch, p. 124).

Wat is er op die 6000 ha te zien? In de eerste plaats een ongerept, heuvelend heidelandschap afgewisseld met naaldbossen. De Mechelse Heide is zelfs het grootste aaneengesloten heidegebied van Vlaanderen. Droge gronden, beboste heuvels en zandverstuivingen wisselen af met vochtige heide en plassen. Op vele plaatsen zijn de parkbeheerders bezig naaldbomen te vervangen door loofbomen. In totaal werden al zesduizend diersoorten geïnventariseerd. Reeën, vossen en bunzings gedijen hier volop. Tot de meer zeldzame planten behoren de klokjesgentiaan en de rode dopheide.

Wandelen of fietsen?

Een heel bijzonder landschap is te zien in De Maasvallei in de gemeente Lanklaar, aan de grens van het nationaal park. Dit privédomein omvat de begroeide terrils van de vroegere steenkoolmijn van Eisden. De uitgestrekte grindgroeven tussen de terrils zijn nu een meer geworden. Als u de moeite doet één van de terrils te beklimmen, zult u zich in de armen moeten knijpen. U droomt niet, dit is niet de Auvergne of Schotland, maar wel degelijk Limburg!

Het nationaal park is uitgestrekt en daarom zult u keuzes moeten maken als u een daguitstap maakt. Het is verstandig in de voormiddag de natuur te verkennen met een wandel- of fietstocht”, adviseert ranger André Terwingen (60). “In de namiddag kunt u dan een van de speciale attracties beleven.”

Fietsen: aan de toegangspoort Station As kunt u starten voor een tocht van 39 km langs de knooppunten 41-60-61-63-62-64-30 en zo terug naar 41 rijden. U krijgt dan de meeste hoogtepunten van het park te zien.

Wandelen: kies bij voorkeur voor de Kikbeekbronwandeling (vertrek aan Camping Kikbeek, 6 of 8 km, interessant voor de geologische vormen), de Salamanderwandeling (vertrek aan toegangspoort Mechelse Heide, naar keuze 5 tot 10 km, spectaculair heidelandschap en vergezichten) of één van de terrilwandelingen in het domein De Maasvallei (6 routes van 5 tot 13,5 km).

Ongewone attracties

Na de picknick of de lunch kunt u misschien kiezen voor:

Het al genoemde Blote Voetenpad: het ligt aan de toegangspoort Lieteberg in de gemeente Zutendaal. Hier vindt u ook een serre met inlandse vlinders.

Het Kolenspoor: van uit het oude stationnetje van As kunt u tochten maken met een oud diesellocomotiefje en dito treinwagon over een spoor dat ooit werd aangelegd voor de exploitatie van de steenkoolmijnen. Het traject As-Eisden rijdt dwars door een stuk van het nationaal park. Wees niet verwonderd als u ineens een ree ziet wegschieten.

De Maasmechelen Outlet Village: bij de liefhebbers van designmerken is dit outletdorp in de schaduw van de mijnschachten van Eisden intussen bekend. De ietwat kitscherige huisjes herbergen honderd boetieks voor kleding, schoenen, binnenhuisinrichting en kinder- en babyspulletjes. Ze bieden collecties en stocks van exact een jaar geleden die minimaal 30 % goedkoper zijn. Ook open op de gewone zondagen.

Het Europlanetarium: een futuristisch gebouw aan de toegangspoort Kattevennen. U kunt hier indrukwekkende shows en films over de planeten en de sterren zien en door een reuzenkijker naar de echte hemel kijken.

Ludo Hugaerts – foto’s: Bart Degrande

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content