GUY LEGRAND Voormalig hoofdredacteur van Cash! © FRANK BAHNMÜLLER

Obligaties eindelijk wat vrijgeviger

Je moet de economische en financiële actualiteit niet op de voet volgen om goede beleggingen te doen of slechte te vermijden. Maar bij een gewijzigd klimaat, moet je wel adequaat reageren. Zoals blijkt uit dit erg spijtige verhaal uit begin jaren ’80. Het was een periode waarin de interestvoeten de hoogte in schoten, spaarders stormliepen voor rekeningen met een hoog rendement (in België of Luxemburg) en vastgoed massaal de rug werd toegekeerd. Kandidaat-eigenaars aarzelden om te kopen en investeerders waren niet langer geïnteresseerd, met een soms dramatische prijzenval tot gevolg. Dit is wat er toen gebeurde: een ouder koppel wou zijn villa in Brabant verkopen en naar een appartement in Brussel verhuizen. Ze wilden 10 miljoen Belgische frank voor hun huis krijgen. “Let op”, waarschuwde de vastgoedmakelaar, “de markt is aan het keren. Jullie prijs zal kandidaat-kopers afschrikken. Ik raad jullie aan om 9,5 miljoen te vragen. Dat klinkt veel aantrekkelijker en tegen die prijs krijg ik jullie huis zeker verkocht.” Maar het koppel hield voet bij stuk. En hoewel ze nadien verschillende keren hun prijs naar beneden hebben bijgesteld, zijn ze steeds achter een dalende markt blijven aanhollen. Amper elf maanden later moesten ze, om gezondheidsredenen, hun huis in allerijl verkopen. Ze kregen er 4,75 miljoen BEF voor, de helft van wat ze hadden kunnen opstrijken indien ze onmiddellijk op de evolutie van de vastgoedmarkt hadden ingespeeld.

De opbrengst van kwaliteitsobligaties is meer dan verdubbeld!

Er zijn er die het slimmer hebben aangepakt. Zo zijn heel wat spaarders, die altijd trouw op staatsleningen intekenden, daar de laatste jaren omwille van de lage rentevoeten van afgestapt. Logisch... en verstandig: wie zich voor acht of tien jaar engageert tegen een bedroevend lage rente, zal een waardeverlies (op het kapitaal, bij verkoop) moeten slikken of winst derven (als hij coupons int) wanneer de interestvoeten stijgen. Dat is voor staatsobligaties, in België of elders in de eurozone, nog lang niet het geval. Maar voor obligaties uitgegeven door bedrijven is het tij wel gekeerd.

Al een aantal jaren zoeken beleggers die op zoek zijn naar rendement hun heil in dollarobligaties of, in de eurozone, in bedrijfsobligaties. Vooral dan van debiteuren van gemiddelde kwaliteit, want grote bedrijven met een stevige reputatie boden tot voor kort een erg lage rente. Begin 2016 afficheerden de obligaties van Shell, Siemens of Sanofi zelfs een negatief rendement, net zoals de Duitse staatsleningen. Daar kwam eind 2018 verandering in, toen het rendement van kwaliteitsobligaties plots van 1% naar 2% en meer steeg. Nog lang geen goudmijn en je mag vooral niet vergeten om te diversifiëren. Maar intussen kunnen de liefhebbers van een vast rendement tevreden zijn: eindelijk zicht op een opbrengst die al iets meer die naam waardig is.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content