Nieuwe rechtbank voor familieconflicten

Binnenkort – lees ten laatste op 1 september 2014 – moet u voor familiegeschillen bij de familierechtbank langs. Wat betekent dat precies voor u?

Momenteel moeten families die in een conflict verwikkeld zijn bij verschillende rechters verschijnen: de vrederechter voor voorlopige maatregelen, de jeugdrechter voor beslissingen over het verblijf van de kinderen, de rechter van eerste aanleg voor de scheiding,... Met de oprichting van de familierechtbank worden al die taken nu gecentraliseerd. Verder wil men bemiddeling aanmoedigen en zullen kinderen meer bij de procedure worden betrokken.

Voor welke zaken?

De familierechtbank wordt bevoegd voor nagenoeg elk probleem dat verband houdt met de familie. We denken daarbij aan:

* discussies over het ouderlijk gezag, verblijf en omgangsrecht van minderjarige kinderen (bij wie verblijven minderjarige kinderen na een echtscheiding, problemen met het omgangsrecht van grootouders,...)

* geschillen over onderhoudsgeld (tussen ouders en kinderen, tussen ex-echtgenoten,...), echtscheidingen en meer van die zaken

* erfenisproblemen (betwistingen over de geldigheid van een testament, de aanstelling van een notaris voor de vereffening-verdeling van een nalatenschap,...).

Waar vindt u ze?

De familierechtbank wordt een afdeling van de rechtbank van eerste aanleg. Er komen 12 familierechtbanken, één per gerechtelijk arrondissement. Mogelijk komen er verschillende afdelingen binnen één arrondissement.

Meestal bepaalt de woonplaats van de minderjarige welke familierechtbank er voor een geschil bevoegd is. Soms kan de woonplaats van de eiser of de verweerder de bevoegdheid bepalen, maar ook de laatste echtelijke verblijfplaats kan doorslaggevend zijn. Uw advocaat kan u vertellen welke rechter precies bevoegd is. De adressen van de rechtbanken vindt u op www.juridat.be.

Eén rechtbank, verschillende kamers

Binnen elke familierechtbank worden één of meer familiekamers, één of een aantal jeugdkamers en één of verschillende kamers voor minnelijke schikking opgericht. Bij de hoven van beroep geldt eenzelfde onderverdeling. De burgerlijke zaken waarmee u geconfronteerd wordt, komen voor de familiekamer. De jeugdkamer is bevoegd als kinderen zich schuldig maken aan strafbare feiten en in het kader van de jeugdbescherming. De procedure wordt net als vroeger ingeleid, bijvoorbeeld met een dagvaarding.

Minnelijke oplossing bevorderen

Het is de bedoeling om familiebetwistingen zoveel mogelijk in der minne op te lossen. Een rechter die zetelt in een kamer voor minnelijke regeling mag nadien in dezelfde zaak niet meer zetelen in een andere kamer. Wat er in de kamers voor minnelijke regeling wordt gezegd, is overigens vertrouwelijk en kan later, bij een eventuele verdere procedure, niet tegen elkaar worden gebruikt. Op die manier worden het voeren van onderhandelingen en het doen van toegevingen vergemakkelijkt.

Wanneer een zaak wordt ingeleid, krijgen de partijen informatie over de mogelijkheden tot minnelijke schikking. U kunt daarbij ook nog steeds beroep doen op een externe bemiddelaar. Op dat vlak verandert er niets.

Persoonlijk aanwezig zijn

In heel wat gevallen moet u voortaan zelf aanwezig zijn op de rechtbank als uw zaak wordt behandeld, zelfs als u een advocaat hebt. Dat is onder meer zo als er discussie is over het ouderlijk gezag en het verblijf van de kinderen, en als het gaat om alimentatiegeschillen. Soms moet u dan zelfs aanwezig zijn op de inleidingszitting, de zitting waarop vragen over de kinderen aan bod komen en de pleitzittingen. Uw advocaat kan u hierover meer informatie geven.

Komt u als eiser niet opdagen, dan kan de rechter de zaak naar de rol verzenden of uw eis zelfs vervallen verklaren. Komt u als verweerder niet opdagen, dan kan de rechter een verstekvonnis uitspreken (hij oordeelt dan zonder dat u aanwezig bent) of de zaak uitstellen naar een latere zitting en dan een vonnis vellen, waartegen u wel nog beroep kunt instellen.

Kinderen worden gehoord

Door de nieuwe wet komen er andere regels over het horen van minderjarigen.

Kinderen vanaf 12 jaar worden voortaan door de rechter ingelicht dat ze het recht hebben om gehoord te worden of dit te weigeren. Zij krijgen een informatieformulier met een antwoordformulier.

Een minderjarige jonger dan 12 jaar krijgt geen informatieformulier. Toch kan ook hij worden gehoord op eigen verzoek, op verzoek van één van de partijen, van het openbaar ministerie of van de rechter. Als de minderjarige vraagt om gehoord te worden (of als dat verzoek uitgaat van het openbaar ministerie), kan de rechter dit niet weigeren. Gaat dit verzoek uit van één van de partijen, dan kan de rechter wel weigeren.

Bij het nemen van een beslissing zal de rechter wat men noemt ‘een passend belang’ aan de mening van de minderjarige hechten, in overeenstemming met zijn leeftijd en maturiteit. Hoe ouder het kind, hoe meer zijn mening wellicht doorweegt.

Jan Roodhooft, advocaat

De familierechtbank is niet bevoegd voor geschillen tussen feitelijke samenwoners, tenzij ze over de kinderen gaan.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content