Moeten we bang zijn voor ‘valse’ suikers?

Suiker is slecht voor de tanden en voor de lijn, maar over suikervervangers doen weer andere berichten de ronde: ze zouden diarree veroorzaken, kankerverwekkend zijn en niet efficiënt als hulpje bij het afslanken. Wat moeten we van deze geruchten geloven? En wat is wél goed?

Kiezen voor suiker of een alternatieve zoetstof blijft niet beperkt tot een pilletje of klontje in uw koffie. Suiker zit in een heleboel producten en bereidingen, maar ook suikervervangers als maltitol en aspartaam duiken overal op, van frisdrank tot zelfs in keelpastilles. Net zoals de alarmerende berichten over schadelijke effecten op uw gezond-heid... én rare ervaringen zoals die van een collega die behoorlijk ziek werd na het verorberen van een pakje suikervrij snoepgoed. Hoe dat nu eigenlijk zit en waar u rekening moet mee houden, hebben we samengevat in het alfabet van de suikervervangers. Bio-ingenieur Piet Bastaerts van de Gentse universiteit was daarbij onze gids.

Aspartaam is – afhankelijk van het product waarin het is verwerkt – 160 tot 200 keer zoeter dan suiker en daarom een van de vaakst gebruikte kunstmatige zoetstoffen. Momenteel is het echter fel omstreden, omdat er kankerverwekkende eigenschappen aan worden toege-schreven. Hoewel het product uitgebreid getest werd, is daarvan echter geen enkel bewijs geleverd. Aspartaam is wél ongeschikt voor mensen met de zeldzame stofwisselingsziekte fenylketonurie, omdat een van de afbraakproducten fenylanaline is.

Aspartaam is enkel bruikbaar voor koude bereidingen, want ontbindt al bij temperaturen die net boven de kamertemperatuur liggen. Daarom wordt het steeds vaker vervangen of aangevuld met acesulfaam-K, dat verhitting aankan én dat bovendien geen calorische waarde heeft omdat het niet door het lichaam opgenomen wordt. Een mogelijk toekomstig alternatief voor aspartaam is neotaam, dat nu nog niet in Europa toegelaten is. Het is een intensieve, kunstmatige zoetstof waarvan het voordeel er vooral in bestaat dat ze nauwelijks door ons lichaam opgenomen wordt.

Brazzein is een eiwit dat uit een West-Afrikaanse plant gewonnen wordt en dat vermoedelijk volgend jaar echt zal doorbreken. Dan zal het immers door een Amerikaanse firma als zoetstof op de markt worden gebracht. Het is een natuurlijke zoetstof met een smaak die heel dicht bij die van suiker komt, makkelijk in water oplost maar heel weinig calorieën oplevert en – in tegen-stelling tot veel andere (zoet)stoffen- zonder problemen verhit kan worden.

Cyclamaat is een vrij oude zoetstof die ooit in opspraak kwam omdat ratten er blaaskanker zouden door ontwikkeld hebben. Achteraf heeft de Amerikaanse Voedingscontrole dat gerucht ontkracht en nu wordt aangenomen dat een gebruik van minder dan 7 mg per kilogram lichaamsgewicht volstrekt onschadelijk is. Cyclamaat komt in aanmerking voor warme toepassingen.

Diabetespatiënten mogen suiker niet zomaar vervangen door om het even welke zoetstof. In tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, is niet alleen het verwerken van gewone geraffineerde suiker voor hen een probleem, maar van koolhydraten in het algemeen en daar vallen ook een aantal suikervervangers (zoals fructose) onder. Polyolen (maltitol, sorbitol enz.) zijn wel afgeleid van koolhydraten, maar geven geen sterke stijgingen van de bloedsuikerspiegel.

Erythritol is de polyol (sui-keralcohol, zoals ook maltitol en sorbitol) met de laagste calorische waarde. Het is hittebestendig en heeft een koelend effect, wat bijvoorbeeld handig is voor gebruik in kauwgom en wat goed accordeert met een muntsmaak. Omdat deze zoetstof grotendeels al in de dunne darm wordt geabsorbeerd, is er geen laxerende werking, wat wel het geval kan zijn bij (grote hoeveelheden) andere polyolen.

Fructose is een trage suiker en daardoor interessanter dan de klassieke suiker. Alleen is de calorische waarde ervan even groot als die van suiker, zodat het voordeel voor mensen die willen afslanken niet zo groot is. Fructose is de laatste tijd in diskrediet geraakt omdat vermoed wordt dat het (net als alcohol) door het lichaam in vet wordt omgezet. De bewijzen zijn nog niet waterdicht, maar Amerikaanse statistieken die het stijgende gebruik van siropen met een hoog fructosegehalte (High Fructose Corn Syrup) tonen, lopen opvallend parallel met het toenemend opduiken van overgewicht. Deze siropen zijn in de loop der jaren in de frisdrankindustrie om financiële redenen vaak suiker gaan vervangen.

Glucose is – samen met fructose – een bestanddeel van sacharose, de klassieke suiker dus. Maar waar sacharose eerst nog moet ontbonden worden in zijn bestanddelen, wordt glucose meteen door het bloed opgenomen. Vandaar dat de stof (ook bekend als druivensuiker) gebruikt wordt door sporters, voor een onmiddellijke boost van hun bloedsuikerspiegel.

Honing is een gezonder alternatief voor suiker in die zin dat er meer voedingsstoffen in zitten dan in geraffineerde suiker, maar dat het niet meer calorieën bevat. Voor baby’s geldt dit echter niet: zij kunnen ernstige gezondheidsproblemen oplopen door de bacteriën in honing.

Isomalt of isomaltulose is een zoetstof die nauw aansluit bij maltitol, maar die niet de laxerende eigenschappen van deze populaire zoet-stof heeft. Dat is een voordeel als een product vooral gericht is op kinderen. De stof bevat evenveel calorieën als suiker, maar die worden trager opgenomen in het bloed.

Jam is een mooi voorbeeld van een product waarin suiker meer is dan alleen maar een zoetstof. Daar versterkt de suiker de geleerbaarheid en de houdbaarheid. Wie suiker vervangt door andere zoetstoffen, moet er rekening mee houden dat de andere functies overgenomen moeten worden door andere additieven, of dat de jam bijvoorbeeld minder lang houdbaar is dan klassieke jam.

Koolhydraten: suiker is een koolhydraat met een hoge glycemische waarde, die van suikervervangers is vrij laag, maar er zijn onderling nog grote verschillen door een andere chemische structuur, of door de manier waarop ze verwerkt worden.

Luo Han Guo (ook wel eens mogroside genoemd) is een veelbelovende zoetstof die traditioneel in China uit planten gehaald wordt en die qua smaakprofiel nauw aansluit bij de klassieke suiker. Het is nog even wachten op de lancering in Europa, maar door de natuurlijke oor-sprong, de lage calorische waarde en het belangrijke feit dat ze niet in vet omgezet wordt, zal dat wellicht niet lang meer duren.

Maltitol is net als de andere alternatieven voor suiker waarvan de naam op -ol eindigt (mannitol, sorbitol, lactitol, enz) een polyol, een zogenaamde suikeralcohol. Hét voordeel van die polyolen is dat ze tandvriendelijk zijn en een lagere glycemische waarde hebben dan suiker. Maltitol is de polyol waarvan de smaak, de textuur en het volume het meest lijken op die van suiker.

Nadelen van maltitol zijn de laxerende werking bij overdosis (meer dan 25 à 30 g/dag – maar dat komt wel neer op 10 tot 20 plakken met maltitol gezoete chocolade!) en bij mensen die daar overgevoelig voor zijn én het weinig tandvriendelijke karakter van sommige maltitolsiropen (gehydrogeneerde zetmeel-hydrolysaten).

Neohesperidine is een stof die uit sinaasappelschillen geïsoleerd wordt en in de vorm van neohesperidine DC gebruikt wordt als zoetstof. Omwille van de traag vrijkomende zoete smaak en de vrij sterke (dropachtige) nasmaak wordt de stof in de voedingsmiddelenindustrie vooral gebruikt in combinatie met andere suikervervangers.

Ouderdomsdeken van de kunstmatige zoetstoffen is sacharine, de eerste op de markt. Ze wordt nu nog gebruikt, onder meer voor goedkopere tafelzoetstof (witte huismerken). Het voordeel van sacharine is vooral financieel: het patent is immers allang verlopen.

Proteïnes kunnen ook dienst doen als zoetmakers. Zo is er het zoet smakende eiwit thaumatine, dat uit het Afrikaanse katemfe-fruit gehaald wordt.

Queeste: jaren geleden al werd het steviaplantje voorgesteld als hét alternatief voor suiker. Maar het middel werd door de Europese Commissie niet toegelaten als voedingsmiddel of voedingssupplement. Dit gebeurde op basis van omstreden onderzoek op proefdieren. De Leuvense professor Geuns stelt nu alles in het werk om de naam van het zoetmiddel te zuiveren. Het middel is verkrijgbaar via het internet en hier en daar ook in plantvorm. Maar de dosering van de blaadjes is niet eenvoudig. Intussen heeft Coca-Cola de bruikbaarheid van stevia als zoetstof onderkend. De multinational wacht momenteel op de toelating om een frisdrank met die zoetstof op de markt te brengen.

Rietsuiker bevat evenveel calorieën als (onze gewone) bietsuiker, maar wordt vaak niet-geraffineerd verkocht. Zo blijven de (schaarse) vitamines en mineralen erin, die bij geraffineerde witte suiker (riet of biet) verloren gaan.

Sorbitol is een polyol die voorkomt in heel wat fruitsoorten. Het is een populaire suikervervanger omdat hij aangenaam smaakt en makkelijk combineert met andere stoffen, zoals water. Juist omdat sorbitol in zoveel producten (kauwgom, snoep, gebak) zit, is de kans groter dat u te veel binnenkrijgt, wat bijwerkingen als winderigheid en diarree kan veroorzaken.

Tagatose is een natuurlijke zoetstof die – in tegenstelling tot andere natuurlijke suikers – een verwaarloosbaar kleine glycemische index heeft. Dat maakt hem erg geschikt voor diabetici. Ook de caloriewaarde zou enorm laag zijn, maar omdat dit voor de Europese regel-geving nog niet afdoende aangetoond is, staan er voorlopige waarden op het etiket die volgens de fabrikanten veel hoger liggen dan de reële. Hoewel tagatose gemaakt wordt uit lactose en glucose, is er in het uiteindelijke product geen spoor meer van die stoffen te vinden.

U? Het is niet altijd makkelijk om te beslissen of (en waarvoor) u het best zoetstoffen gebruikt. Een en ander hangt af van uw persoonlijke smaak en voorkeur, maar er zijn toch argumenten die u kunnen helpen om de knoop door te hakken. Zo is suiker slecht voor de tanden, omdat de suikers onder invloed van mondbacteriën zuren vormen die gaatjes maken. De meeste alternatieven worden niet in zuren omgezet en zijn dus tandvriendelijker. Bovendien kunnen zoetstoffen u helpen om uw gewicht op peil te houden. Als u overgevoelig bent voor een bepaalde zoetstof wordt de keuze uiteraard een stuk kleiner. En verder geldt de regel van de gulden middenweg: wie niet overdrijft, hoeft zich in principe geen zorgen te maken.

Verhitting is nefast voor enkele zoetstoffen, waaronder aspartaam. De chemische constructie ervan valt bij hogere temperaturen uiteen, zodat er ongewenste afgeleide producten ontstaan en de zoetkracht verdwijnt. Daarom is het belangrijk tafelzoetstof niet te gebruiken voor warme bereidingen. Daarvoor kunt u beter een zoetstof in huis halen die vooral acesulfaam K bevat en in sommige gevallen tagatose, een vrij nieuwe, natuurlijke suiker.

Wetenschappelijke gegevens over de effecten van suikervervangers op het menselijk lichaam zijn er maar weinig. Omdat hun zoetkracht zo groot is, hebben we maar een kleine hoeveelheid nodig om de zoetkracht van heel veel suiker te vervangen. Bij experimenten worden vaak zo’n draconisch grote hoeveelheden aan (kleine) dieren gegeven dat de resultaten nauwelijks relevant kúnnen zijn. Een mooi voorbeeld is het onderzoek waarbij een gigantische dosis sacharine aan ratten gegeven werd, waardoor ze blaassteentjes kregen en hun blaas voortdurend beschadigd werd. Dat een heleboel van die dieren uiteindelijk blaaskanker ontwikkelden, was heel normaal. Het verband met mensen is echter onbestaand: niemand kan zoveel sacharine binnenkrijgen dat hij er blaasgruis van krijgt.

Xylitol is de zoetste polyol die beschikbaar is en qua volume en wateroplosbaarheid ook erg geschikt om suiker te vervangen. Verder ver-sterkt xylitol ook een muntsmaak, vandaar de toepassing in suikervrij snoep.

Yammie? Een typisch probleem bij zoetstoffen is dat de (bij- of na)smaak ervan niet altijd volledig overeenkomt met die van suiker. Nogal wat mensen vinden dat aspartaam een chemische smaak heeft, acesulfaam K smaakt in grote hoeveelheden bitter enzovoort. De meeste fabrikanten proberen zo dicht mogelijk bij de suikersmaak te blijven, vandaar het succes van maltitol, dat dan weer op andere vlakken (winderigheid, diarree) problemen kan geven. Soms vereisen smaak- of structuuraspecten combinaties van verschillende stoffen en die kunnen effecten opleveren die de consument niet altijd meteen doorheeft. Door toevoeging van zetmeel bijvoorbeeld kan het zijn dat een suikervrij product dezelfde calorische waarde heeft dan het equivalent met suiker. Als u wilt afslanken is het dus beter de energetische waarde van het suikervrije product te vergelijken met die van het oorspronkelijke.

Zoethout bevat glycyrrhizinezuur en smaakt daardoor zoet. In Japan dicht men glycyrrhinezuur een heilzame werking toe bij levercirrose en hepatitis, ze werkt overigens ook slijmoplossend. Zoethout zit dan wel in drop en muntthee (Minty Morocco van Pickwick), maar de werkzame stof wordt op zich niet gebruikt als zoetstof omdat ze de bloeddruk zou kunnen verhogen. n

Ariane De Borger

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content