Moeten we bang zijn voor China?

Al enkele maanden is China niet meer weg te branden uit de actualiteit. En dan hebben we het niet over de Covid-uitbraak, maar over de economie en financiën. Het nog altijd communistische land leek te zijn bezweken voor de charmes van het kapitalisme. De Chinezen namen niet langer genoegen met het produceren in onderaanneming voor Westerse reuzen, maar hebben zelf wereldbedrijven opgericht waar bedrijfsleiders snel fortuin maakten. Volgens het Amerikaanse magazine Forbes telt het land 626 miljardairs, dat is niet veel minder dan de Verenigde Staten (724). Als je die van Hong Kong erbij telt, kom je zelfs aan bijna duizend.

Chinese bedrijven hebben bovendien heel wat kleine en grote Europese bedrijven opgekocht. Volvo bijvoorbeeld, waarvan de fabriek in Gent een van de grootste werkgevers in Vlaanderen is. Of robotproducent Kuka, een Duits technologisch vlaggenschip, in Chinese handen sinds 2016. Tot grote ontsteltenis van Berlijn, dat een wet stemde om dergelijke overname in de toekomst te vermijden. Datzelfde jaar was Europa aangeslagen toen Peking de haven van Piraeus, de grootste van Griekenland, kocht om haar nieuwe zijderoutestrategie te ondersteunen en de uitvoer te stimuleren. In werkelijkheid heeft de grote Chinese rederij Cosco vandaag zowat overal voet aan de grond, ook in Antwerpen en Zeebrugge, waar ze de containerterminal controleert. Waarom moeten we ons daar druk over maken? Omdat Cosco een staatsbedrijf is, waarvan de business niet zonder politieke bedoelingen is. Dat hebben we al kunnen vaststellen in Griekenland!

Chinese bedrijven zijn verplicht de staat informatie te verschaffen.

Zijn privégroepen, tegen wil en dank, dan ook niet de oren en ogen van Peking? Toen verschillende landen Chinese leveranciers uitsloten om hun 5G-netwerk voor mobiele telefonie uit te bouwen, liet Peking in zekere zin de maskers vallen. De ene keer veegde het officiële partijblad de gamesector de mantel uit, een andere keer kondigde president Xi Jinping een rijkentaks aan. Door de beurs te laten kelderen, tot grote ergernis van de almaar diversere investeerders in China. De boodschap is in elk geval duidelijk: de echte baas van China is de communistische partij en haar vertegenwoordigers. Wil dit zeggen dat Chinese bedrijven mogen groeien en bloeien, maar enkel als ze erg vaderlandslievend zijn? En dus enkel wanneer ze Peking alle informatie verschaffen waar het om vraagt? Anders gezegd: als ze spioneren?

Eigenlijk stelt de vraag zich niet: een recente Chinese wet verplicht bedrijven met de inlichtingendienst van hun land samen te werken, onderstreept onze Staatsveiligheid. Die meteen waarschuwt voor het gebruik van Chinese smartphones, zeker voor werknemers en ambtenaren die over gevoelige informatie beschikken. We spreken wel eens over Big Brother als we het hebben over Google, Facebook en andere internetreuzen, maar het Westen is er zich dit jaar van bewust geworden dat er een andere Big Brother is. Een echte, en veel meer onrustwekkend.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content