Wie tijdelijk of definitief niet (meer) kan werken omdat hij ziek is of een (arbeids)ongeval heeft gehad, is in juridische termen arbeids-ongeschikt . Hoe u verder betaald wordt, hangt af van uw statuut: bent u loontrekkende, dan betaalt uw werkgever uw loon nog een tijdje door. Nadien krijgt u een uitkering van het ziekenfonds, het Fonds voor Beroepsziekten of de arbeidsongevallenverzekeraar. Die uitkering bedraagt een percentage van uw (begrensd) loon. Ook zelfstandigen vallen terug op de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering. De eerste maand worden zij niet vergoed. Vanaf de tweede maand krijgen ze een forfaitaire uitkering van het ziekenfonds. Ambtenaren bij de federale overheid hebben recht op een aantal ziekteverlofdagen, dat verhoogd wordt per jaar anciënniteit. Tijdens deze ziekteverlof-dagen worden ze 100% doorbetaald. Wanneer alle ziekteverlofdagen opgebruikt zijn, kunnen statutaire ambtenaren zogenaamde terbeschikkingstelling krijgen. Zij ontvangen dan een bedrag dat minstens gelijk is aan 60% van hun laatste salaris, ongeacht hun gezinstoestand.
...

Wie tijdelijk of definitief niet (meer) kan werken omdat hij ziek is of een (arbeids)ongeval heeft gehad, is in juridische termen arbeids-ongeschikt . Hoe u verder betaald wordt, hangt af van uw statuut: bent u loontrekkende, dan betaalt uw werkgever uw loon nog een tijdje door. Nadien krijgt u een uitkering van het ziekenfonds, het Fonds voor Beroepsziekten of de arbeidsongevallenverzekeraar. Die uitkering bedraagt een percentage van uw (begrensd) loon. Ook zelfstandigen vallen terug op de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering. De eerste maand worden zij niet vergoed. Vanaf de tweede maand krijgen ze een forfaitaire uitkering van het ziekenfonds. Ambtenaren bij de federale overheid hebben recht op een aantal ziekteverlofdagen, dat verhoogd wordt per jaar anciënniteit. Tijdens deze ziekteverlof-dagen worden ze 100% doorbetaald. Wanneer alle ziekteverlofdagen opgebruikt zijn, kunnen statutaire ambtenaren zogenaamde terbeschikkingstelling krijgen. Zij ontvangen dan een bedrag dat minstens gelijk is aan 60% van hun laatste salaris, ongeacht hun gezinstoestand. In het kader van dit artikel beperken we ons tot de juridische gevolgen van een langdurige arbeidsongeschiktheid voor loontrekkenden. Na de periode van gewaarborgd loon door de werkgever (één maand tegen 100% voor bedienden, 7 dagen tegen 100% + 7 dagen tegen 85,88% voor arbeiders) krijgt u een uitkering. Die wordt om de veertien dagen uitbetaald. Bij ziekte of ongeval buiten het werk. U hebt recht op een uitkering van het ziekenfonds als u in een bepaalde referteperiode een minimumaantal dagen gewerkt hebt en een minimum- aantal bijdragen hebt betaald. U moet al uw activiteiten gestopt hebben en uw vermogen tot verdienen moet ten minste gedaald zijn tot 66% van uw vroegere inkomsten. Bent u langer dan één jaar afwezig, dan wordt een onderscheid gemaakt tussen de primaire arbeidsongeschiktheid (de eerste 12 maanden) en de invaliditeit (de periode nadien). n Tijdens de primaire arbeidsonge-schiktheid: als u een alleenstaande bent of minstens één persoon ten laste hebt, ontvangt u een uitkering die 60% bedraagt van uw geplafonneerde brutoloon (2934,64 euro per maand). Woont u samen en hebt u geen persoon ten laste, dan bedraagt de uitkering 55% van het geplafonneerde brutoloon. n Tijdens de invaliditeit: als u iemand ten laste hebt, krijgt u een uitkering van 65% van het geplafonneerde brutoloon, bent u alleenstaande dan krijgt u 53%, samenwonenden trekken 40%. WEETJE Vergeet niet zelf (!) uw ziekenfonds te verwittigen als uw periode van gewaarborgd loon ten einde loopt. Als u dat niet of te laat doet, kunt u 10% van uw uitkering verliezen voor de periode dat u te laat bent. Vraag uw ziekenfonds om een getuigschrift van arbeidsongeschiktheid dat u laat invullen door uw huisarts. Vergeet ook niet zelf het luik bovenaan in te vullen alvorens het naar de adviserende geneesheer op te sturen.U krijgt van de mutualiteit ook een inlichtingenblad dat u moet invullen en ondertekenen. Het is mogelijk dat uw werkgever ook een deel moet invullen. Stuur het inlichtingenblad zo snel mogelijk terug want het dient om het bedrag van uw uitkering te berekenen. Weet ook dat de adviserende geneesheer van uw ziekenfonds u op om het even welk moment kan oproepen voor een medisch onderzoek. Bij beroepsziekte of arbeidsongeval. De werkgever is verplicht een verzekering voor arbeidsongevallen en beroepsziekte af te sluiten. Na de peri- ode van gewaarborgd loon krijgt u een uitkering van het Fonds voor Arbeids-ongevallen of het Fonds voor Beroepsziekten als vergoeding voor tijdelijke of definitieve arbeidsongeschiktheid. Als u arbeidsongeschikt bent wegens ziekte (de eerste 12 maanden) of invaliditeit (nadien) hoeft u zich geen zorgen te maken voor uw latere pensioen. Deze periodes worden volledig gelijkgesteld en het loon dat in aanmerking wordt genomen voor de pensioenberekening is uw laatste effectief uitbetaalde brutoloon (maar wel begrensd). De enige voorwaarde is dat u voor deze periodes effectief een uitkering van het ziekenfonds ontvangen hebt. Bent u arbeidsongeschikt wegens een arbeidsongeval of beroepsziekte, dan worden deze periodes gelijkgesteld voor de berekening van uw pensioen als u min-stens 66% arbeidsongeschikt bent. Neen. U kunt nooit een ziekte-uitkering samen ontvangen met een werkloosheidsuitkering omdat u werkgeschikt moet zijn om in aanmerking te komen voor een werkloosheidsuitkering. Zolang u ziek bent, bent u niet werkge-schikt. Als u later het werk herneemt en u zou daarna werkloos worden, dan tellen de ziektedagen wel mee als gewerkte dagen. Om recht te hebben op werk-loosheidsuitkeringen moet u een bepaald aantal dagen gewerkt hebben in de periode voordat u werkloos werd. Dit aantal is o. m. afhankelijk van uw leeftijd (meer info: www.rva.be - klik op Volledige werkloosheid en Infobladen werknemers- of in uw RVA-kantoor). Tijdens een ziekteperiode wordt uw arbeidsovereenkomst geschorst. U voert geen prestaties meer uit en uw werkgever hoeft u - na de periode van gewaarborgd loon - niet meer te betalen. Uw anciënniteit loopt wel door. Als u medisch niet meer geschikt bent om het werk te hervatten, is er sprake van medische overmacht. Toch kan de over-eenkomst niet zomaar beëindigd worden. Een wet van 2007 voerde een procedure in die de werkgever moet volgen. De bedoeling van deze procedure is, na te gaan of de werkgever u niet op een andere manier kan inschakelen in het arbeidsproces. De preventieadviseur-arbeidsgeneesheer speelt daarbij een belangrijke rol. Hij is het die de definitieve arbeidsongeschiktheid moet bevestigen. Doet hij dat niet, dan kan uw arbeidsovereenkomst niet beëindigd worden wegens medische overmacht. Uw werkgever kan u dan enkel ontslaan met een opzeggingsvergoeding. Bevestigt de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer de definitieve arbeidsongeschiktheid wél, dan moet uw werkgever proberen aangepast of ander werk voor te stellen. Enkel als dat onmogelijk is of als u het weigert, kan uw overeenkomst wegens medische overmacht beëindigd worden. Dan hoeft uw werkgever geen opzeggingsvergoeding te betalen. Of u een loon of een vervangingsinkomen krijgt, maakt voor de fiscus weinig uit. Hij eist altijd zijn deel. U kunt vergoedingen krijgen (ziekte-uitkeringen, vergoedingen van het Fonds voor Arbeidsongevallen of het Fonds voor Beroepsziekten) samen met het gewaarborgd loon of na die periode. Ze kunnen uitbetaald worden onder vorm van periodieke stortingen of onder vorm van een kapitaal. n Krijgt u een vergoeding onder vorm van periodieke stortingen (ziekte-uitkeringen, een rente in het kader van een verzekering gewaarborgd inkomen,...) dan wordt ze toegevoegd aan uw andere inkomsten en samen belast. n Krijgt u een vergoeding van een verzekeraar onder vorm van een kapitaal, dan wordt dit kapitaal omgezet in een fictieve rente die u gedurende 10 jaar (voor 65-plussers) of 13 jaar (voor wie jonger is) moet aangeven. De rente bedraagt een percentage van het kapitaal, dat varieert volgens uw leeftijd. Leeftijd waarop u het kapitaal gestort krijgt: Percentage: Minder dan 40 jaar 1% Van 41 tot 45 jaar 1,5% Van 46 tot 50 jaar 2% Van 51 tot 55 jaar 2,5% Van 56 tot 58 jaar 3% Op 59 of 60 jaar 3,5% Op 61 of 62 jaar 4% Op 63 of 64 jaar 5% Op 65 jaar of ouder 5% Op de uitkeringen wordt meestal te weinig of zelfs geen bedrijfsvoorheffing afgehouden.Vermits de uitkeringen of renten toegevoegd worden aan uw inkomsten, worden ze belast aan het tarief voor de hoogste schijf. De finale fiscale factuur kan dus gepeperd zijn! Gelukkig is er belastingvermindering mogelijk: maximaal euro 2245,85 voor de ziekteuitkeringen en euro 1749,55 voor de andere vergoedingen. De vermindering hangt af van hoeveel procent de vergoeding uitmaakt van het totale bedrag van uw inkomsten en ze neemt af naarmate uw globale inkomen hoger ligt. Voorbeeld: als u voor het jaar 2007 euro 12.000 loon hebt ontvangen en euro 4.000 van uw ziekenfonds (totaal euro 16.000), zal de vermindering: 2.245,85 x 4.000 : 16.000 = euro 561,46 bedragen. n Annemie Goddefroy en Jocelyne Minet