Kunst in de blauwe tuin

In een voorstad van Gent woont en werkt de keramiekkunstenaar Achiel Pauwels. Rond de blauw geschilderde woning herschiep zijn vrouw Rena een impressionistische tuin in blauw, geel en rood. Haar motto: laat de natuur haar werk doen.

Wanneer in de lente de blauweregen aan de gevel uitbundig bloeit, wordt het blauwe huis in Mariakerke bij Gent pas helemaal blauw. Dit is het domein van het kunstenaarsechtpaar Achiel en Rena Pauwels. Hij is een bekende keramist, zij schept impressionistische toetsen in haar tuin.

Het blauwe huis, zoals de buurtbewoners het zijn gaan noemen, is niets meer dan de vroegere garage, goed zichtbaar vanop de straat en sinds zes jaar verbouwd tot toonzaal voor het knappe werk van de keramist. Langs de garage liep vroeger een lange en brede oprit naar de woning en verder naar het atelier van de kunstenaar. Toen de toonzaal blauw werd geschilderd, besloot Rena de oprit om te toveren tot een romantisch paradijs.

Georganiseerde chaos

Alles bij elkaar is de tuin maar 130 m² groot, maar toch kan hij doorgaan voor een levende plantenencyclopedie. Elke vierkante centimeter is beplant en alles staat door elkaar: heesters, rozen, vaste planten, bomen, bloeiende klimmers, siergrassen, bolplanten, bodembedekkers, fruitstruiken en zelfs wilde planten.

Een met klimop overwoekerde, boomstam voelt zich prima tussen ooievaarsbekjes, ridderspoor, papavers en rozenstruiken. Hulst en vuilboom staan tussen hortensia’s, sierappels, seringen en varens. Twee linden (geplant voor hun twee zoons) kijken uit op buxus, haagbeuk, lage bamboe, sierwilgjes, asters, clematissen, floxen en akeleien. Euphorbia heeft geen probleem met kerrieplanten, mahonie, tamarinde, dahlia’s, dwergconiferen en jasmijn. Vanilleplanten en damastbloemen verspreiden een heerlijk aroma, rodebesstruiken en braambessen zorgen voor gezonde snoepjes tijdens het tuinwerk. En naast en tussen deze ongelooflijke variatie is er nog plaats voor tientallen potten met eenjarige balkonplanten en met vetplantjes – vaak souvenirs meegebracht van vele reizen.

“Ik wilde echt niet een strakke tuin met gras en afgelijnde kamertjes, maar een soort van georganiseerde chaos”, verklaart Rena Pauwels. “Ik heb ondervonden dat deze dicht bij elkaar geplante mix vele voordelen biedt: na twee jaar was alles bijna vol gegroeid

en vandaag moet ik nog nauwelijks wieden. We hebben bloei van eind februari tot begin december en de aanblik is altijd superromantisch!”.

Toch zijn de tientallen soorten in dit impressionistische schilderij niet zo maar gekozen. Ze moeten liefst bloeien in één van deze drie kleuren: blauw, geel en rood. “Blauw is onze lievelingskleur, ik verzamel zelf blauw glas”, zegt Rena. “Maar omdat je relatief weinig blauwe bloemen vindt, combineren we ze met gele en rode tinten die er mooi mee samengaan. En waartussen we keramiek van mijn man kunnen plaatsen of hangen.”

Voor het onderhoud van de tuin hanteert de vrouw des huizes één motto: “Laat de natuur haar werk doen. Ik hou in toom wat nodig is, meer niet. De sterke planten zullen wel vanzelf overleven. Ik grijp alleen in wanneer planten niet meer mooi zijn of één bepaalde soort gaat domineren. Dat laatste is het geval met vergeet-mij-nietjes en kamille. Wanneer die in zaad komen, moet ik flink wat plantjes uittrekken, zo niet gaan ze woekeren. Andere soorten laat ik dan weer staan wanneer ze verwelkt zijn, omdat ik wil dat ze uitzaaien. Ook in het najaar laat ik verwelkte planten staan. Dat is goed voor de zaadvorming (zaaddozen kunnen heel decoratief zijn!) en het verwelkte loof is mooi wanneer het in de winter bedekt is met rijm of sneeuw. Ik ruim daarom pas op in het vroege voorjaar.”

Al bij al is dit een tuin die perfect bij ons past, besluit Rena. “Hij krijgt vrijheid en ruimte, hij lokt vlinders, hij is een soort van uithangbord voor het werk van Achiel en hij geeft ons rust en inspiratie.”

Ludo Hugaerts – Foto’s Veronique De Walsche

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content