“Je voelt je zo machteloos”

Toen ik Patrick ontmoette, was hij heel dynamisch. Een locomotief die ieder-een meesleurde. Maar plots, twintig jaar geleden, begon hij minder hard te werken, kreeg hij minder zin om iets te ondernemen. Ik stak dat op vermoeidheid. Ik had nooit gedacht dat iemand zoals hij depressief kon worden. Hij kreeg angstaanvallen. Zijn dokter gaf hem antidepressiva maar na drie maanden is hij met die behandeling gestopt. Twee jaar later is het opnieuw begonnen. Hij had geen kracht meer en vluchtte in de slaap. Ik sprak tegen hem als tegen een kind: kom, sta op, kleed je aan,... Hij was helemaal van de kaart. Onze kinderen herkenden hem niet meer. Hij heeft hen dan uitgelegd wat er aan de hand was en ze zijn hem gaan overbeschermen. Uiteindelijk gaven ze mij de schuld.

Hij werd opgenomen in een ziekenhuis. Maar toen hij daaruit terugkeerde, was ik het zo gewoon alles zelf te doen, dat ik het niet meer kon loslaten. Ik begon grote facturen te verbergen, en slechte schoolresultaten van de kinderen. Hem zo betuttelen was een grote vergissing, maar ja... Daarna hebben we geprobeerd weer samen beslissingen te nemen. En ik vroeg hem ook me een handje toe te steken wanneer hij zich ertoe in staat voelde.

Eén ding heeft me geholpen om door te zetten: als ik Patrick vergezelde tot bij de huisarts, vroeg hij altijd ook aan mij hoe het ging. Dat klinkt mis-schien onnozel, maar het deed me ongelooflijk veel deugd. Waar ik echter spijt over heb, is dat ik door zijn depressie veranderend ben van baan. Het gebeurde namelijk wel eens dat hij wenend tot op mijn werk kwam, of me belde. Ik werkte een eind weg en kon niet snel thuis zijn wanneer hij me nodig had. Ik heb dan de job die ik heel graag deed, laten schieten om dichter bij hem te zijn. Dat heeft pijn gedaan...

Een depressie komt en gaat, ik blijf altijd op mijn hoede. In de herfst is hij kwetsbaarder. Dan zorg ik ervoor dat we nog meer plannen maken en dat we vrienden zien. We spreken er ook over. We hebben nu een zeer sterke band maar soms blijft het moeilijk om hem te helpen, je voelt je zo machteloos. Op sommige momenten heb ik me erg alleen gevoeld. Als ik voelde dat we vrienden verloren, bijvoorbeeld. Dat doet pijn.

Gelukkig heb ik steun gehad van mijn zus, mijn schoonzus en een vriendin. Ze telefoneerden me dagelijks, deden boodschappen voor me, zorgden voor de strijk. Ik zei altijd dat het wel ging, dat het niet nodig was dat ze me hielpen. Maar het was super om thuis te komen en te zien dat het eten klaar stond en de kinderen hun huiswerk hadden gemaakt...

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content