Vanaf de groene heuvels ben je maar enkele treden verwijderd van het majestueuze prins-bisschoppelijk paleis. © FRÉDÉRIC RAEVENS

In de steegjes van Luik

Het échte hart van Luik omarmt bijna 1.500 jaar geschiedenis. Tijdens een ongewone wandeling ontdek je verrassende plekjes.

Het historische hart van Luik laat zich niet in enkele woorden vatten. Het centrum van de Vurige Stede slaagt er wonderwel in verwarring te zaaien. We wandelden door de talloze straatjes, over pleintjes en steile trappen, en ontdekten een mozaïek van tijdperken die door elkaar lopen en elkaar overlappen. Huizen in Maaslandse renaissancestijl en oude kloosters gedijen tussen streetart en woonflats in de typische sovjetstijl van de jaren ’70. Tegelijk koestert Luik – qua aantal inwoners de vierde grootste stad van ’t land – binnen haar muren ook verrassende buurten en straatjes die zo uit een boerendorp lijken weggeplukt en die zich niets lijken aan te trekken van de drukte op de nabijgelegen boulevards. En overal vallen kleine getuigenissen te sprokkelen van een eeuwenoude en soms grappige geschiedenis. Maar je moet ze wel weten te vinden!

In de steegjes van Luik
© FRÉDÉRIC RAEVENS

De toeristische dienst van de stad biedt nu wandelroutes en gegidste rondleidingen aan langs ongewone plekjes in het hart van de stad (zie kader). Ons bezoek start aan de Place Saint-Lambert, maar wel onder de grond. Want daar, onder het bekendste plein van de stad, bevindt zich het Archeoforum, een archeologische site van meer dan 4.000 m2 op de plek waar vroeger de Sint-Lambrechtskathedraal stond. Ooit was deze gotische parel een van de belangrijkste kerken in dit deel van Europa en zo groot als de Notre Dame van Parijs. De Luikenaars, vurige aanhangers van de Franse Revolutie, vonden het gebouw echter een symbool van het ancien régime en maakten het met de grond gelijk. De ruïnes werden pas in de 20ste eeuw herontdekt. “In de jaren ’70 wilde de overheid de snelweg tot op het plein doortrekken. Daarom werden er snel wat opgravingen gedaan”, horen we hier. “Gelukkig ging het project niet door.” Vandaag is de hele site beschermd. Je ziet er sporen van bewoning die teruggaan tot de prehistorie, en resten van een Romeinse villa vlakbij de kathedraal. In een van de funderingsmuren van de kerk springt een mooi bewerkt kapiteel in het oog. Een overblijfsel van een primitieve romaanse kerk werd in de 13de eeuw hergebruikt voor de kathedraal.

Athene van het Noorden

Terug boven valt de indrukwekkende gevel van het vroegere prins-bisschoppelijk paleis op – een van de mooiste niet-religieuze gebouwen van de 16de eeuw, nu het gerechtsgebouw. “De geschiedenis van Luik is nogal bijzonder. Tijdens het ancien régime oefende de prins-bisschop zowel wereldlijke als geestelijke macht uit”, vertelt Johan Crespin van de Luikse toeristische dienst. Ook vandaag straalt het gebouw veel macht uit. Vooral de zuilengang op het binnenplein valt op. Hij is schatplichtig aan de Italiaanse kunst en bevat vreemde siermotieven: géén religieuze taferelen, maar groteske gezichten, geïnspireerd door de humanistische literatuur van die tijd. Daarnaast zien we motieven uit de toen pas ontdekte Nieuwe Wereld (Indianen, tropische vruchten, conquistadores...). Een bewijs dat prins-bisschop Everhard van der Marck, die deze renovatie financierde, niet als een kluizenaar leefde, maar als een staatshoofd dat de actualiteit op de voet volgde.

In de steegjes van Luik
© FRÉDÉRIC RAEVENS

Het prins-bisschoppelijk paleis telde nogal wat hovelingen. Daarvan getuigen de luxueuze herenwoningen in de omgeving. De meeste waren eigendom van geestelijken en dat heeft alles te maken met het dubbele petje van de prins-bisschop. Kanunniken hielden zich bezig met stadszaken en onderwijs. En anders dan de gewone monniken, legden ze geen gelofte van armoede af. “Religieuze orden en instellingen werden in Luik in de watten gelegd”, zegt Johan Crespin. “Ooit telde de stad 160 klokkentorens en Luik is nog altijd de Belgische stad met de meeste domkerken, zeven in totaal. Al die kerken richtten in de 11de en 12de eeuw tal van scholen op. Daarom noemt men Luik soms het Athene van het Noorden.”

Is dit nog een stad?

Al dit machtsvertoon is maar één aspect van de Vurige Stede. Nauwelijks één straat verderop en één trap op, ben je in de historische binnenstad en kom je in een intieme, bijna bucolische wereld terecht. De met kasseien geplaveide Rue Pierreuse kronkelt steil omhoog. Dit was in de middeleeuwen de voornaamste toegangsweg vanuit Brabant. Je ziet meteen welke ongevallen karren die deze straat op en af reden onvermijdelijk moeten hebben veroorzaakt.

Op amper 500 meter van de Place Saint-Lambert botsen we op... een boerderij. De tuin van de Ferme de la Vache doet vandaag dienst als gemeenschapsmoestuin, met daarachter de groene Fave-champs-helling. Terwijl we langs een pad de helling opwandelen, vertelt de gids de ene anekdote na de andere. In deze buurt barst het van de oude kloosters en overblijfselen van vroegere stadswallen en verdedigingsgrachten. Maar we komen ook langs een al even verrassende hoogstamboomgaard en terrassen die een schitterend uitzicht bieden op de stad beneden. Hier bevindt zich ook het 15de-eeuwse bouwwerk La Licorne, het oudste civiele gebouw van Luik. Een groot deel van de middeleeuwse stad werd immers in 1468 verwoest door het leger van de Bourgondische hertog Karel de Stoute, als straf voor de herhaalde opstanden van de Luikenaars, die ook toen al licht ontvlambaar bleken. “We bezitten ook het enige bolwerk dat niet ontworpen is om de stad tegen aanvallen van buitenaf te verdedigen, maar om soldaten te beschermen tegen de eigen inwoners”, lacht mijn gids. Karel de Stoute was wel beducht voor zijn zielenheil, want hij spaarde de kerken en kapellen. Dat zijn dan ook de enige gebouwen waarvan we nog middeleeuwse elementen terugvinden.

In de steegjes van Luik
© FRÉDÉRIC RAEVENS

Verrassende doolhof

De huizen die we op de terugweg naar de benedenstad passeren, gaan daarom terug tot het midden van de 16de eeuw. Dat zorgt voor een mooi geheel van panden in Maaslandse renaissancestijl, hier en daar onderbroken door een hedendaagse constructie. Eens beneden wonen de mensen dicht op elkaar in een doolhof van steegjes, straatjes en binnenplaatsen. Het zijn een voor een kleine, met kasseien geplaveide oases met een eigen sfeer, nu eens versierd met bloemen, dan weer met spandoeken of kleine streetartelementen. In het hart van de stad bots je ook op een Mayapiramide, een kandelaar van de hand van de Franse acteur Jean Marais, de meest sexy Lucifer ooit gebeeldhouwd, Romeinse fabels in schreeuwerige kleuren en een vreemd eigentijds kunstwerk (met vlam en parkeermeter). Al dat kleine erfgoed maakt een bezoek aan Luik extra de moeite waard – zelfs voor alweters die denken dat ze de stad kennen!

Luikse wafel

Van al dat rondstappen in Luik, helling op, helling af, langs de vele trappen die naar ongewone plekken leiden, krijg je gegarandeerd honger. En dan is een echte Luikse wafel uiteraard een must. Deze twee adressen bieden volgens de Luikenaars de lekkerste wafels:

Une gaufrette Saperlipopette, Rue des Mineurs 7 en 20. https:/une-gaufrette-saperlipopette.be/

Eggenols, rue des Guillemins, 92. www.eggenols.be

Praktisch

Wandelkaarten over de ongewone plek ken van Luik: verkrijgbaar bij de toeristische dienst of downloaden via www.visitezliege.be

De hellingen van de citadel en Speciale plekjes: rondleidingen met gids in het Nederlands. Vooraf reserveren.

Maison du Tourisme du Pays de Liège, Halle aux Viandes, Quai de la Goffe 13, 4000 Luik, www.visitezliege.be/nl

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content