“Ik ontdekte een dino van 65 miljoen jaar oud!”

In de loop van de maand oktober komen de belangrijkste dinosaurusbotten die in juli door een Belgisch-Russisch team van paleontologen, archeologen en vrijwilligers werden gevonden, naar Brussel. Ze halen de bestaande kennis van deze prehistorische reuzen grondig overhoop. De gepassioneerde amateurs die de expeditie meemaakten zoals Bert Baeke uit Wezembeek-Oppem, zijn nog vol van hun avontuur. En apetrots!

Met een soort van keukenmes moesten we centimeter na centimeter de grond (een keihard mengsel van klei, zand en keien) in horizontale laagjes afsteken. Mij hadden ze een stuk van één vierkante meter toegewezen. De eerste dag vond ik niks, de tweede dag evenmin. Toch was ik niet ontgoocheld, want andere expeditieleden waren al op dinosaurusbotten gestoten. De derde dag had ik weer een laagje afgestoken toen ik ineens iets bruins zag in de grijze grond. Zou het een been of gewoon een steen zijn? Om dat te weten paste ik de truc toe die ik bij de briefing had geleerd. Ik nam een schilfertje en maakte het nat. Het bleef aan mijn vinger kleven. Nu wist ik het zeker: ik had een bot van een dinosaurus gevonden! Een lichte euforie maakte zich van mij meester. Een stuk van een dino die 65 miljoen jaar geleden onder deze grond was terechtgekomen, zag dankzij mij weer het daglicht.”

Bert Baeke (58) uit Wezembeek-Oppem raakt nog altijd niet over zijn avontuur uitgepraat. Deze oud-directeur van een school voor buitengewoon onderwijs was één van de elf amateurs die door het Museum voor Natuurwetenschappen waren uitgekozen om in juli van dit jaar mee te helpen aan opgravingen naar dinosaurusskeletten in Blagoveschensk in het verre oosten van Rusland, op de grens met China. Ze werkten er samen met vier Belgische paleontologen en een Russisch team.

Elke week een nieuwe soort

Blagoveschensk ligt aan de Amoer. Sinds twintig jaar worden in het stroomgebied van deze rivier dinosaurusskeletten gevonden, zowel in het Russsische als in het Chinese deel. Pas de jongste vijf jaar komen er kredieten vrij voor systematische opgravingen en daarbij tuimelen de wetenschappers van de ene verrassing in de andere. In het gebied waar de rivier in de voorbije 65 miljoen jaar slib heeft afgezet, blijken nog duizenden en duizenden dino’s onder de grond te liggen in een verbluffende rijkdom aan soorten.

“Onze site in Blagoveschensk was ontdekt toen een bulldozer begon te graven voor de aanleg van een garage. Die garage zal nu wel elders een plaats moeten zoeken. De leider van het Russische team bij onze paleotrip, Yoeri Bolotski, zei immers dat ze op onze site gerust nog honderd jaar kunnen graven”, aldus Bert Baeke.

De massale vondsten in Oost-Rusland en China zetten onze kennis over de dinosaurussen en over hun verdwijning op de helling. “Als je er de vondsten elders in de wereld bij rekent, vinden we nu elke week een nieuwe soort. Dat is gigantisch”, zegt Jeroen Venderickx, educatief medewerker van het Museum voor Natuurwetenschappen in Brussel. “Tot nu toe dachten we dat dino’s vooral in Noord-Amerika leefden, maar de nieuwe vondsten tonen dat ze over de hele aarde verspreid waren. Bovendien dateren ze uit het laatste tijdperk van hun bestaan (het Krijt, zo’n 65 miljoen jaar geleden). Ze bevestigen de theorie dat de verdwijning van de dino’s plotseling is gebeurd na een wereldwijde ramp, waarschijnlijk na de inslag van een reuzenmeteoriet. Vooral Amerikaanse wetenschappers verdedigden tot voor kort de stelling dat de reuzen geleidelijk zijn uitgestorven. De wereldwijde ramp zou slechts de druppel geweest zijn die de emmer deed overlopen. Mooi niet dus! Als de Amerikaanse theorie zou kloppen, moesten de dino’s die we nu in Rusland hebben gevonden al verdwenen zijn geweest in de periode van het Krijt. We moeten onze kennis grondig herzien.”

Sterker nog: de nieuwgevonden soorten vormen de missing link tussen de dino’s van toen en de vogels van vandaag. Jeroen Venderickx: “We vermoedden al dat vogels afstammen van vliegende dino’s. In Rusland zijn nu botten gevonden samen met afdrukken van veren en tegelijk vleesetende gebitten. Deze dieren waren dus al een stuk in de richting van het vogelstadium geëvolueerd.”

Dino’s zijn geen draken meer!

“Wanneer ik vroeger aan kinderen in mijn school over dino’s vertelde, stelde ik ze voor als een soort van vuurspuwende draken, ook al wist ik dat dit wetenschappelijk niet klopte. Mijn beeld was gekleurd door plaatjes uit mijn jeugd, de film Jurassic Park en de iguanodons in Brussel. Maar nu ik een fysieke band met dino’s heb gevoeld, zal ik er zeker anders over praten”, mijmert Bert Baeke.

Onze amateur heeft op twee weken tijd uiteindelijk niet meer dan één wervel en een stuk van een kaakbeen vrij kunnen maken. Waarschijnlijk zijn ze afkomstig van een eendensnaveldinosaurus (Amurosaurus riabini). Bert: “Andere deelnemers hebben drie of vier, iemand zelfs zes botten blootgelegd. Maar ik was helemaal niet jaloers. Ik was nu eenmaal de amateur onder de amateurs in het gezelschap. De anderen hadden vaak al een hobby in de sfeer van de paleontologie of de archeologie. Ik wou gewoon een helper zijn bij een waardevol project en basiswerk verrichten. De professionele paleontologen deden trouwens precies hetzelfde werk als wij.

Ergens heb ik de kennis over onze wereld een heel klein stukje vooruitgeholpen en daar ben ik best trots op. De trip heeft bovendien mijn zin om te reizen en nieuwe culturen te ontdekken aangescherpt. En ik heb niet alleen botten gevonden, maar vooral veel vriendschap en menselijke warmte. Het klikte enorm goed tussen de deelnemers. Door samen te werken onder een tentzeil dat ons moest beschermen tegen een buitentemperatuur van soms 40 °C, is een ongelooflijke vriendenband gegroeid. Sinds onze terugkeer hebben we al twee reünies gehouden.”

Belgische knowhow

Sinds de ontdekking van de iguanodons in het Waalse Bernissart heeft België een sterke reputatie opgebouwd in de wetenschappelijke kennis over de dinosaurussen. Sinds 1991 organiseert het Museum voor Natuurwetenschappen opgravingsexpedities in het gebied van de Amoer. En daarmee wordt de rijke Belgische iguanodontraditie voortgezet.

De belangrijkste botten die het team van Bert in het verre Rusland heeft opgegraven, worden rond deze tijd naar Brussel gebracht. Specialisten van het Museum voor Natuurwetenschappen gaan ze prepareren, verstevigen en onderzoeken, om dan afgietsels te maken. De originele botten keren dan terug naar Moskou. De afgietsels zullen pas vanaf 2008 aan het publiek tentoongesteld worden maar Bert Baeke weet nu al zeker dat hij geregeld naar zijn botten zal gaan kijken.

“In mijn handen heb ik stukken van een levend wezen van 65 miljoen jaar geleden gevoeld. Dat leert je de duur van een mensenleven te relativeren.”

Een dagboekverslag van de ‘paleotrip’ leest u op www.natuurwetenschappen.be (klik eerst op ‘Ons Museum Leeft’ en daarna op ‘Expedities’).

Ludo Hugaerts en Wouter Peeters

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content