Hospitalisatie en invaliditeit: aanvullende verzekeringen haast nooit belastbaar

Een administratieve circulaire brengt licht in de fiscale duisternis rond de hospitalisatie- en invaliditeitsverzekeringen, twee aanvullende verzekeringen die door sommige werkgevers worden aangeboden. Moet de werknemer er belasting op betalen, of niet?

Maar laat ons beginnen bij het begin: waar gaat het hier over?

Een hospitalisatieverzekering draagt bij aan het remgeld dat u moet betalen bij een hospitalisatie. Ze kan worden uitgebreid tot ambulante zorgen, bijvoorbeeld voor tandarts-kosten die het ziekenfonds beperkt of niet vergoedt.

Met een invaliditeitsverzekering wordt bedoeld: een verzekering die uw loon aanvult wanneer u na een ongeval of een ernstige ziekte “terugvalt op de ziekenkas” – dus na de periode van gewaarborgd loon. Het gaat dus om verzekeringen zoals gewaarborgd inkomen, invaliditeit, lichamelijke ongevallen, aanvullende arbeidsongevallen en zo meer.

Op fiscaal vlak rijzen hier 2 vragen:

1. vormt het feit dat de werkgever de premies van deze verzekeringen betaalt een belastbaar voordeel van alle aard voor de werknemer?

2. is de werknemer belasting verschuldigd op de uitkeringen die de verzekering hem betaalt?

Hospitalisatieverzekeringen

Premiebetaling en uitkeringen.

De betaling van de premies van een hospitalisatieverzekering door de vennootschap/werkgever vormt geen belastbaar voordeel van alle aard voor de werknemer. Het is dus wat in het jargon een voordelig voordeel wordt genoemd, anders dan bijvoorbeeld het voordeel van een gratis bedrijfswagen, waar de werknemer wél belasting op verschuldigd is. Ook de bedragen die de verzekering u uitbetaalt zijn niet belastbaar.

Ambulante zorgen.

De administratie doet er nog een schepje bovenop: het toepassings-gebied van de fiscale regeling m.b.t. de hospitalisatieverzekeringen wordt per circulaire uitgebreid tot verzekeringen die kosten van ambulante zorgen vergoeden. Ook daar geldt dus twee keer de fiscale vrijstelling.

Invaliditeits-verzekeringen

Wat betreft de invaliditeitsverzekeringen – die dus uw loon aanvullen na de periode van gewaarborgd loon – wordt een onderscheid gemaakt tussen de verzekeringen die tot doel hebben een inkomensverlies te dekken, en de andere.

Verzekering zonder dekking inkomensverlies.

Deze verzekeringen hebben enkel tot doel de aantastingen van de lichamelijke integriteit of de verliezen aan arbeidspotentieel, of de toename van kosten als gevolg van de invaliditeit financieel te compenseren. Zij vergoeden geen inkomensverlies. Noch de premies, noch de uitkeringen worden hier belast.

Verzekering met dekking inkomensverlies.

Dekt de verzekering wél inkomensverlies, dan vormt de betaling van de premies door de werkgever geen belastbaar voordeel van alle aard, maar de uitkeringen zijn wél belastbaar in hoofde van de werknemer. Gaat het om een tijdelijke arbeidsongeschiktheid, dan zijn de uitkeringen belastbaar als een loon. Gaat het om een permanente arbeidsongeschiktheid, dan worden ze belast als een pensioen. Het verschil schuilt in de belastingvermindering voor vervangingsinkomens (zoals pensioenen).

Bron: Circulaire nr. Ci. RH. 332/583.327 (AOIF 42/2010) van 20 mei 2010.

Katrien Vandam

Partner Content