Het stappenplan

1 Laat je woning doorlichten

Vooreerst moet je weten wat de zwakke plekken van je woning zijn. Daarvoor kan je een energiedeskundige of een architect inschakelen. Na een grondig onderzoek van je woning brengen ze de pijnpunten in kaart en geven ze advies over de maatregelen die je kan nemen.

Bij de energiedeskundige zal dit onderzoek resulteren in een energieprestatiecertificaat (EPC). Dat document kleeft een waarde op het energieverbruik van je woning en wordt uitgedrukt in kWh/m². Bij een nietgeïsoleerde woning kan dit getal hoog oplopen. Ter indicatie: bij een nieuwbouwwoning die aan de vandaag geldende eisen voldoet, schommelt het EPC rond 150 tot 180 kWh/m². Bij een passiefhuis – sinds 1 januari de norm in Brussel – mag die waarde niet boven 15 kWh/m² uitstijgen. Naast dit certificaat krijg je ook een rapport waarin de minpunten worden besproken en oplossingen voorgesteld. Een energiedeskundige in je buurt vind je op www.kadaster.be > Specialisten.

Een architect zal zijn bevindingen niet noodzakelijk op papier zetten. Hij kan dit evengoed via een gesprek doen. Hij kan je een goede indicatie geven van de kosten die aan de ingrepen kleven die hij voorstelt.

In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest krijg je een premie van maximaal €400 of 50% van het factuurbedrag van zo’n audit.

2 Maak een selectie van de maatregelen die je wil uitwerken

De adviezen uit de woningdoorlichting kunnen heel divers zijn: van het isoleren van je dak, over het vervangen van je verwarmingsketel, tot het aanpassen van je verlichting. Sommige maatregelen kan je onmiddellijk zelf nemen, zoals bijvoorbeeld energieverslindende gloei- of halogeenlampen vervangen door energiezuinige leds. Of je kan je zoldervloer of dakhelling isoleren. Andere ingrepen behoren al snel tot het exclusieve domein van gespecialiseerde aannemers.

Welke energiebesparende ingrepen je moet doen, is afhankelijk van situatie tot situatie. De energiedeskundige geeft in zijn audit aan welke maatregelen wenselijk zijn, welke investering hier tegenover staat en op welke termijn je ze terugverdient. Je kan die berekening ook aan een architect vragen. Op basis van deze nuchtere cijfers zie je in één oogopslag welke maatregelen het meest dringend zijn en welke noodzakelijk zijn om de ambities te bereiken die je voor ogen hebt. Een niet-geïsoleerd huis is het meest gebaat bij deze drie ingrepen: het dak isoleren, isolerend glas plaatsen en de verwarmingsketel vervangen.

3 Bereid alles administratief tot in de puntjes voor

Vergunning of melding?

Heel wat maatregelen die specialisten voorstellen, kan je zonder vergunning uitvoeren. Een vergunnings- of meldingsplicht geldt bij energiebesparende ingrepen enkel wanneer ze het uitzicht van je woning veranderen of wanneer de ingrepen de stabiliteit beïnvloeden. Het uitzicht van je woning wijzigt bijvoorbeeld wanneer je de voorgevel langs buiten isoleert en er een nieuwe afwerking voor plaatst.

Meer informatie over de vergunningsplicht vind je op www.ruimtelijkeordening.be voor Vlaanderen, op stedenbouw.irisnet.be voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en op www.wallonie.be voor het Waalse gewest.

Subsidies?

Aan heel wat premies en voordelen zijn voorwaarden verbonden. De tabel hieronder geeft een summier overzicht van de belangrijkste voordelen bij isolatie-inspanningen.

Informatie over de voorwaarden om van een premie te genieten, vind je op www.wonenvlaanderen.be, op www.leefmilieu.brussels en op http://energie.wallonie.be.

4 Selecteer een aannemer

Een aannemer kent de materialen door en door en krijgt bovendien regelmatig opleidingen van de fabrikant om op de hoogte te blijven van de meest recente ontwikkelingen en plaatsingstechnieken. Hij blijft ook tien jaar verantwoordelijk voor het werk dat hij levert. Vraag enkele referenties op en informeer bij een aantal vroegere opdrachtgevers naar de samenwerking met de aannemer en de kwaliteit van het geleverde werk. Zeker omdat sinds september 2012 je niet meer met een geregistreerd aannemer moet werken om in aanmerking te komen voor subsidies of een belastingvoordeel. Een aannemer moet geen beroepskennis meer aantonen om in zijn branche actief te zijn.

Overisoleren bestaat niet! Vanaf een bepaalde isolatiedikte verdien je je investering in isolatie wel maar erg traag of niet meer terug.