Het brugpensioen van drie ex-Sabéniens

Vormen alle ex-Sabéniens nog altijd één grote familie? Ongetwijfeld, maar niet iedereen beleeft de nieuwe status van bruggepensioneerde op dezelfde manier. René Bauwin (69), Colette Mechotte (54) en Geneviève Coulon (54) vertellen.

Wijlen onze nationale luchtvaartmaatschappij past het systeem van de brugpensioenen al toe van in het begin van de jaren tachtig, toen de eerste besparingsgolf toesloeg.

René Bauwin (69) heeft 33 jaar voor Sabena gewerkt, bij de dienst Budgetten en statistieken van de technische directie. Als bediende dacht hij met pensioen te gaan op zijn 65ste. Maar omwille van allerlei omstandigheden is hij vroeger gestopt met werken dan gepland. “Sabena begon een afslankingsproces in de jaren 1982-1983. Vanaf 1984 werden we verplicht 17 % van ons loon in te leveren om de maatschappij te redden en deze maatregel is 10 jaar in voege gebleven. Ook al probeerde het bedrijf daarna percentje per percentje onze centen terug te geven, toch hebben we nooit alles teruggekregen wat we verloren waren. We mogen ook niet vergeten dat ons pensioen berekend wordt op basis van de bijdragen die gestort zijn en uiteraard zijn er gedurende die 10 jaar minder bijdragen gestort. Er werd in die periode ook druk onderhandeld tussen de vakbonden en de regering. Het akkoord dat ze bereikten was duidelijk: de personeelsleden die aanvaardden op brugpensioen te gaan kregen een werkloosheidsuitkering van a 800 en een vergoeding van de werkgever, gelijk aan 1 % van ons loon per jaar dienst. We hadden daarbovenop recht op een extralegaal pensioen dat we onder de vorm van kapitaal of rente konden opnemen vanaf 60 of 65 jaar.”

Met deze kaarten in de hand, besloot René tien jaar vroeger dan gepland het werk te stoppen en zette hij de stap naar het brugpensioen. “Ik had kunnen blijven, wij hadden de keuze. Onze situatie was dus niet vergelijkbaar met deze Sabéniens die op een dag vernamen dat ze de volgende dag niet meer moesten komen omdat er geen geld was om hen te betalen. Toen ik in 1956 bij Sabena begon was ik één van de jongste medewerkers. Toen ze mij voorstelden om met brugpensioen te gaan, zag ik de meesten vertrekken die samen met mij begonnen waren. Ik moet er ook bijvertellen dat de administratieve technieken enorm geëvolueerd en geïnformatiseerd waren. Wij, de ouderen, deden ons best om ons aan te passen. Maar 30 jaar ervaring weegt niet altijd op tegen de basis die jongere krachten meekrijgen.”

Hoewel hij een steek in het hart voelde toen hij de deur achter zich dichttrok, vond en vindt René heel veel plezier in alle activiteiten die hij intussen kon ontplooien. “Op het moment dat het voorstel kwam, kon ik mij niet van de gedachte ontdoen dat ik opzijgeschoven werd omdat ik 55 jaar was en niet meer voldoende rendabel. Maar die tien jaar die ik gekregen heb, zijn een goede zaak geweest. Ik heb mij met tien jaar voorsprong volledig kunnen toeleggen op mijn grote passie: de duivensport.

Toen het faillissement van Sabena werd aangekondigd, was Colette Michotte (54) 31 jaar stewardess. “Op 7 november kregen we officieel te horen dat Sabena failliet was. De dagen daarna werd duidelijk wat er met het personeel moest gebeuren. Voor mij betekende dat het brugpensioen. Ik was daar absoluut niet gelukkig mee en ik heb geweigerd. Veel mensen uit mijn omgeving begrepen dat niet, want het brugpensioen biedt toch financiële zekerheid. Maar als ik het brugpensioen aanvaardde, vond ik dat ik niet in aanmerking kwam voor de reconversiecellen van minister Arena. Als bruggepensioneerde zou ik mij niet op mijn plaats gevoeld hebben bij al die mensen die jonger waren dan ik en die een nog veel dringender behoefte aan omscholing hadden. Bovendien zou het brugpensioen mij het gevoel geven dat ik opgegeven was en nooit meer zou kunnen deelnemen aan het arbeidsleven. Bruggepensioneerden zijn een stuk jonger dan gepensioneerden, maar omdat ze gelijkgesteld worden met werklozen, krijgen ze minder kansen. Gelukkig was mijn zoon Patrick net advocaat en heeft hij mij kunnen helpen om het statuut van gewone werkzoekende te krijgen (ik wil zelfs het woord werkloze niet gebruiken). Ik kreeg dit statuut pas op 5 januari van het jaar na het faillissement en tussen die twee data heb ik niets anders gedaan dan geprobeerd uit dat soort vacuüm te raken.

Als werkzoekende ben ik erin geslaagd mij te heroriënteren. Ik heb lang nagedacht wat ik nu echt wilde doen en ik volg momenteel een opleiding om kleding te retoucheren. Ik volg ook twee avonden per week lessen Braziliaans Portugees. Dankzij mijn vroegere baan heb ik vrienden gemaakt in Brazilië, met wie ik regelmatig contact heb via het internet. Wie weet vertrek ik op een dag en begin ik een heel nieuw leven.”

Geneviève Coulon (54) was stewardess. Ze koos bewust voor het brugpensioen, wel beseffend dat ze daarmee enkele dromen opgaf. “In de periode voor het faillissement werd er vaak gezegd dat er geen geld over was. We leefden van maand tot maand. Ik heb toen besloten langeafstandsvluchten te vliegen. Meestal begin je je carrière met Europese vluchten. Daarna kan je gevraagd worden voor lange vluchten. Je mag dan elk jaar kiezen: langeafstandsvluchten of Europese. Omdat ik een gezin had, heb ik 30 jaar lang gekozen voor vluchten binnen Europa. Maar toen de kinderen wat groter waren, heb ik gevraagd om de laatste drie jaren van mijn loopbaan langeafstandsvluchten te mogen doen. Wij konden al op pensioen op 55 jaar. Ik kreeg als antwoord dat ik, gezien mijn anciënniteit, niet lang zou moeten wachten. Maar er gebeurde niets. Er gingen 8 maanden voorbij en toen kwam het voorstel om met brugpensioen te gaan. Iedereen voelde dat het slecht ging. Ik vond dat ik beter iets in handen had dan helemaal niets. Eind mei heb ik mijn beslissing meegedeeld. Omdat het bedrijf als onderneming in moeilijkheden werd beschouwd, werd mijn opzegtermijn verminderd tot 6 maanden in plaats van de 21 maanden die ik op basis van mijn contract had moeten presteren. Ik was dus officieel met brugpensioen vanaf 1 november en op 7 november werd het faillissement kenbaar gemaakt.”

Geneviève nam haar beslissing in een klimaat van onbegrip en bitterheid. “We hebben nooit cijfers in handen gekregen, maar we hebben het nooit begrepen. De bezetting van de vluchten was voldoende. Er was wél een duidelijke evolutie van de economy-klasse ten nadele van de business klasse, die meer opbrengt. Op een dag vertelden ze mij dat de vlucht naar Lissabon eigenlijk niets opbracht, hoewel het vliegtuig altijd vol zat. En het is waar dat Sabena, zolang ik er gewerkt heb, staatssteun nodig had. Maar we zijn altijd blijven vliegen en ik veronderstel dat andere openbare diensten ook zo werken. Ik heb echt de indruk dat we bedrogen zijn. Ik voel overal bitterheid. Tot op het laatste moment hebben we gedacht dat we eruit zouden raken en dat België haar luchtvaartmaatschappij moest kunnen houden. We hebben nergens steun gekregen.”

“Ik heb nog het geluk gehad dat ik net op tijd gestopt ben, wat niet wil zeggen dat ik geen moeilijkheden heb ondervonden. Zo heeft het mij heel wat moeite gekost om de eindeloopbaanpremie waarop ik recht had, te krijgen. Elke dag heb ik gebeld en uiteindelijk heb ik twee maanden later gekregen waar ik recht op had. Dat kan kort lijken, maar als je niet weet wat er komen gaat, is dat lang genoeg. Zeker als je drie studerende kinderen hebt en moet rondkomen met een halftijds loon.”

Intussen is de storm wat geluwd en gaat het leven verder, maar op een andere manier. “Toen ik met brugpensioen ging, heb ik beslist één keer per week vrijwilligerswerk te doen in een hospitaal. Zo heb ik nog sociaal contact en kan ik iets doen voor anderen. Als stewardess moet je goed naar mensen kunnen luisteren, je zorgt voor hun welzijn en comfort. Die vaardigheden kan ik nu goed gebruiken. Ik kan mijn werk nog een beetje ‘verderzetten’.

Maar als ik een vliegtuig zie overvliegen, krijg ik nog altijd pijn aan het hart...” n

A Annemie Baekelandt, Annemie Goddefroy en Jocelyne Minet

René Bauwin (69): “Ik heb me met tien jaar voorsprong volledig kunnen toeleggen op mijn passie: de duivensport.”Colette Michotte (54):

“Ik wou een ‘gewone’ werkzoekende zijn.”Geneviève Coulon (54): “Ik heb de indruk dat we bedrogen zijn. Ik voel overal bitterheid.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content