Het aanslagbiljet in mensentaal

Enkele maanden geleden hebt u uw aangifteformulier in de beruchte bruine omslag naar de belastingdiensten verstuurd en onlangs hebt u de aanslag (de afrekening) ontvangen. Maar raakt u er wijs uit?

Voor de inkomsten van 2002 (aangifte 2003) moet de aanslag uiterlijk op 30 juni 2004 worden gevestigd.

Meestal kijkt u enkel naar het eindbedrag. Toch is het interessant het aanslagformulier eens wat beter te bekijken en na te gaan of de afrekening wel klopt.

Het aangifteformulier dat u hebt ingevuld, wordt manueel in de computer van de fiscus ingetikt. En daar loopt het soms fout. Kijk daarom eerst naar de bedragen die u vindt na de zin “Deze aanslag werd gevestigd op basis van volgende gegevens”. Dit moeten de bedragen zijn die u invulde. Daarnaast staat de cijfercode van het aangifteformulier. Wanneer u het aanslagbiljet en uw kopie van het aangifteformulier naast elkaar legt, is de controle eenvoudig.

Voor sommige gegevens bestaat echter geen code, zodat u ze elders in het aanslagbiljet zult moeten zoeken. Dit is bijv. het geval voor de personen ten laste. Of hiermee rekening werd gehouden, vindt u bij de berekening van de aanslag.

LET OP Het hier afgedrukte aanslagbiljet is een voorbeeld. Uw biljet zal er anders uitzien, naargelang uw concrete situatie.

1. Administratieve vermeldingen (Rubriek I)

Het artikel is het identificatienummer van uw aanslagbiljet. Bij contact met de fiscus moet u dit nummer steeds vermelden.

Het kohier is het register waarin de belasting wordt ingeschreven. Dit kohier moet vóór einde juni van het jaar dat volgt op het jaar waarin u aangifte deed uitvoerbaar zijn verklaard. Voor de inkomsten 2002 is dit 30 juni 2004. Is dit niet het geval, dan bent u geen belasting verschuldigd. U kunt reeds ingehouden voorheffing of voorafbetalingen terugvragen.

LET OPVanaf de datum van verzending begint de termijn van drie maanden te lopen, waarbinnen u bezwaar kunt aantekenen als u niet akkoord gaat.

Aan het formulier dat we afdrukken, isook een overschrijvingsformulier gehecht met een aantal belangrijke gegevens:

l de uiterste datum van betaling (rubriek IV): twee maanden na verzending van het aanslagbiljet. Een eventuele teruggave mag u dus verwachten op het einde van de tweede maand na de datum van uitvoerbaarverklaring, zoals vermeld in rubriek I.

l een samenvatting van de inkomsten waarop de belasting werd berekend en de gezinstoestand waarmee rekening werd gehouden (rubriek V).

l de taxatiedienst (rubriek VI): dit is het kantoor dat u meer uitleg kan geven.

l de gewestelijke directie waar u eventueel bezwaar kunt aantekenen (rubriek VII).

2. Vaststelling van de belastbare inkomsten (Rubriek II)

Inkomsten van onroerende goederen: hier vindt u het geïndexeerde kadastraal inkomen van uw onroerende eigendom. Als u interesten betaalde voor een hypotheeklening worden deze in mindering gebracht. Als het huis waarin u zelf woont afbetaald is, wordt door een forfaitaire woningaftrek het te belasten bedrag meestal op nul gebracht. De onroerende voorheffing betaalde u reeds via een afzonderlijk aanslagbiljet.

Beroepsinkomsten (wedden en lonen): als u zelf geen kosten aftrok, wordt een forfaitaire aftrek toegepast.

Bedrijfsvoorheffing: hier wordt het ingehouden bedrag vermeld, de concrete verrekening gebeurt in rubriek III.

Bij een koppel waarvan één van beiden werkt of één van beiden een zeer laag inkomen heeft, vindt u nog het huwelijksquotiënt (in het afgedrukte voorbeeld werken beide echtgenoten, de ene als loontrekkende en de andere als zelfstandige): hierdoor wordt een stuk van de beroepsinkomsten van de echtgenoot met de hoogste beroepsinkomsten toegekend aan de andere echtgenoot, wat voordeliger is.

3. Berekening van de belasting (rubriek III)

Hier leest u de gedetailleerde berekening van de belasting die u verschuldigd bent over de in rubriek II vermelde bedragen.

l De basisbelasting wordt berekend per echtgenoot. Hiervan worden een aantal belastingverminderingen afgetrokken.

l Een eerste vermindering is deze die wordt toegekend op de belastingvrije som, een basisbedrag waarop geen belasting wordt geheven en waarop iedere belastingplichtige recht heeft. De belastingvrije som wordt verhoogd bij personen ten laste, al dan niet met een handicap. U vindt de belastingvrije som en de berekening van het belastingvoordeel dat ze oplevert vooraan in rubriek III.

l Andere belastingverminderingen worden toegekend voor bouwsparen (dwz kapitaalaflossingen van hypotheekleningen). Ook langetermijnsparen (bv. pen- sioensparen) levert een vermindering op.

l De om te slane belasting is het resultaat van de basisbelasting per echtgenoot, min de belastingverminderingen. Daarna worden deze beide bedragen opgeteld, om tot de om te slane belasting per gezin te komen. Hiervan wordt dan de reeds ingehouden bedrijfsvoorheffing en een deel van de onroerende voorheffing op uw woonhuis afgetrokken om uiteindelijk tot het saldo te komen.

l De gemeentebelasting wordt berekend op de om te slane belasting per gezin. Het percentage verschilt van gemeente tot gemeente.

4. Totale belasting

Het uiteindelijke saldo van al dit cijferwerk vertelt u wat u moet betalen (of zult terugkrijgen). Dit is echter niet het totaalbedrag dat u aan Vadertje Staat afdraagt! Om dit bedrag te kennen, moet u ook de reeds betaalde bedrijfsvoorheffing en de voorafbetalingen toevoegen.

LET OP Ontdekt u een vergissing in uw aanslagbiljet, dan is de enige ‘officiële’ reactie die u ter beschikking hebt, een bezwaarschrift indienen, of een zogenaamd ‘verzoek om ambtshalve ontheffing’. n

A Annemie Baekelandt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content