Geweldloos communiceren kan je leren

Wanneer emoties de bovenhand halen, komt het al eens tot hoge woorden. Geweldloze communicatie is gebaseerd op een handvol eenvoudige principes die inzetten op de bereidwilligheid om goede relaties te onderhouden.

Anne van Stappen is arts maar organiseert al 20 jaar lezingen en stages rond geweldloze communicatie. In ziekenhuizen, gevangenissen, scholen en voor iedereen die er oor naar heeft. Deze vorm van communicatie werd ontwikkeld door de Amerikaanse psycholoog Rosenberg en is gebaseerd op Gandhi’s principes van geweldloosheid. Maar ook op de aanpak van psycholoog Carl Rogers, die stelt dat je moet luisteren zonder te oordelen. Luisteren naar je eigen behoeften én naar die van anderen.

Plus Magazine: Vanwaar je interesse voor geweldloze communicatie?

Anne van Stappen: Een beroep kies je naar mijn gevoel altijd een beetje om een familiegeschiedenis, zelfs een transgenerationele situatie recht te trekken. Mijn familie werd getekend door emotioneel lijden. Dus ging ik geneeskunde studeren om psychoanalytica te worden. Maar na zeven jaar studeren werd ik uiteindelijk boerin! ’s Winters bestudeerde ik de psychologie, de menselijke inborst. Tot ik de geweldloze communicatie ontdekte. Ik was meteen in de ban van die benadering. Ze is gebaseerd op een heel eenvoudig proces: jezelf afvragen hoe je je voelt en wat je wilt, maar ook hoe je gesprekspartner zich voelt en wat hij/zij wilt. En je vervolgens de vraag stellen wat je kan doen om aan je eigen behoeften én aan die van je gesprekspartner tegemoet te komen. Geweldloze communicatie is spiritueel, emotioneel, maar tegelijk erg praktisch en down-to-earth. Ik heb toen de hemel geprezen dat ik boerin ben geworden en geen psychoanalytica!

Waarop stoelt geweldloze communicatie?

Anne van Stappen: Op empathisch luisteren, zonder een oordeel te vellen. En vervolgens op assertiviteit, in staat zijn om ik te zeggen in plaats van jij, want jij is aanvallend en beschuldigend. Je kan beter uiting geven aan je eigen emoties en verlangens dan de andere verwijten te maken. Het is een praktische invulling van Heb je naaste lief zoals jezelf.

Welke veranderingen kan geweldloze communicatie teweegbrengen?

Anne van Stappen: Het gaat hier niet om een techniek op zich, maar om een traject van innerlijke veranderingen waardoor je dag na dag kan groeien als mens. Neem nu een erg opvliegende vader. Op een avond komt hij thuis van zijn werk en ziet zijn kinderen op de vensterbank zitten, hun benen buiten. Hij begint tegen hen te roepen en dus denken ze dat hun vader weer boos op hen is. Wanneer hij hen nadien uitlegt wat hij voelde (Ik was bang) en waarom (Ik wil jullie niet verliezen) zal het conflict luwen, omdat hij zijn angst heeft geuit en niet zijn woede. Ze zullen samen praten en de kinderen zullen dergelijk risico niet meer nemen. Licht de vader zijn behoefte niet toe, dan kan de situatie escaleren en kan het tot een breuk komen. Het oudste kind kan dan bijvoorbeeld denken dat hij in de ogen van zijn vader niets goed kan doen, dat hij hem teleurstelt – en dat gevoel de rest van zijn leven meedragen. En zo raakt de wachtkamer van de psychiater vol.

Kan iedereen dit leren?

Anne van Stappen: De eerste stap – de observatiefase – is voor iedereen weggelegd. Elk van ons kan leren om te observeren, zonder meteen een oordeel te vellen. ‘Ik zie sportschoenen in het midden van de kamer’, ‘Ik stel vast dat je om negen uur thuiskomt hoewel je beloofd had om acht uur thuis te zijn’: dergelijke zinnen zijn een begin van geweldloze communicatie. Met stap twee – je gevoelens uiten – kunnen sommigen het moeilijker hebben. Wie zichzelf te sterk afschermt – een gevoelig hart heeft -, staat doorgaans niet graag open voor zichzelf. Maar je moet je gevoelens niet kunnen benoemen om stap drie te zetten over je behoeften. Iedereen wilt dat er met zijn behoeften rekening wordt gehouden. En om die van anderen te kennen, volstaat het om vragen te stellen als ‘Zie je dat zitten?’ of ‘Vind je dat een goed idee?’. Uiteraard gaat er achter elke behoefte een andere schuil. Je kan zeggen: ‘Ik heb er behoefte aan dat je naar mij luistert’, maar daarachter kan een behoefte aan (levens)vreugde schuilgaan.

JULIE LUONG

Partner Content