Gedaan met de misbruiken!

Een nieuwe wet regelt de minnelijke invordering van schulden van de consument. Dankzij deze wet wordt ook u beter beschermd tegen misleidende praktijken.

Een tijdje geleden kocht Peter B. uit Antwerpen een homecinema, op krediet. “De eerste acht maanden heb ik de betalingen exact op de voorziene dag gestort. Maar toen kreeg ik te kampen met wat financiële probleempjes, waardoor ik de volgende twee stortingen niet op tijd kon doen. Meteen kreeg ik een agressieve brief van een gerechtsdeurwaarder, waarin gedreigd werd met gerechtelijke vervolging. Uiteindelijk bleek de brief van een incassobedrijf te zijn.”

Zulke praktijken waren tot voor kort schering en inslag. Nu is er een nieuwe wet die de invordering van schulden regelt. De wet beschermt het privé-leven van de consument, bepaalt de kosten die de consument kunnen aangerekend worden en legt de sancties vast voor wie de wet overtreedt.

Wat doet de wet?

De nieuwe wet legt een reeks verplichtingen op voor alle vormen van minnelijke invordering van schulden van de consument, waarbij met minnelijke invordering van schulden wordt bedoeld: elke handeling of praktijk om de schuldenaar een onbetaalde schuld te doen betalen, maar niet via de rechtbank.

Voor welke schuldenaars geldt deze wet?

Het gaat hier om schulden van een particulier die niets te maken hebben met handels-, beroeps- of ambachtelijke activiteiten.

Voor welke schuldeisers?

De wet geldt zowel voor schuldeisers die voor eigen rekening optreden als voor schulden of schuldvorderingen die voor rekening van derden worden ingevorderd. Ze reglementeert echter alleen de professionele activiteit van minnelijke invordering van schulden, behalve de invordering door: – een advocaat of een ministerieel ambtenaar of gerechtelijk mandataris (schuldbemiddelaar, gerechtsdeurwaarder);

– personen die hebben bijgedragen tot het totstandkomen van de onderliggende overeenkomst, zoals verzekeringsmakelaars en kredietverzekeraars.

Voor welke schulden?

De wet geldt niet voor:

invordering op basis van een uitvoerbare titel (dat kan een vonnis zijn, een dagvaarding, een roluittreksel, een notariële akte), want deze vorm van invordering valt onder specifieke regels van het gerechtelijk wetboek;

een schulderkenning met een minnelijk afbetalingsplan (via een schuldbemiddelaar). Hier gaat het om een minnelijk plan, niet om een invordering;

de invordering van schulden die geen schulden van de consument zijn (dus alle schulden van een rechtspersoon of een feitelijke vereniging), en de handelsschulden, beroepsschulden of ambachtelijke schulden van natuurlijke personen.

Wat voortaan verboden is

Als algemeen principe wil de nieuwe wet alle gedragingen of praktijken verbieden die het privé-leven van de consument schenden of hem kunnen misleiden, of die een inbreuk maken op zijn menselijke waardigheid. Concreet worden voortaan als misleidende praktijken beschouwd:

Geschriften of gedragingen die verkeerdelijk laten uitschijnen dat ze uitgaan van een gerechtelijke overheid, een ministerieel ambtenaar of een advocaat.

Zijn bijvoorbeeld verboden:

– een weegschaal op uw briefhoofd drukken;

– een naam met de vermelding ‘justitia’ gebruiken;

– graden of functies van ministeriële ambtenaren gebruiken, zoals ‘inspecteur’.

Dit verbod geldt vanzelfsprekend niet voor brieven van echte advocaten of gerechtsdeurwaarders.

Elke mededeling die onjuiste juridische bedreigingen of onjuiste inlichtingen over de gevolgen van een wanbetaling bevat.

Elke vermelding op een omslag waaruit blijkt dat de briefwisseling over de invordering van een schuld gaat.

De inning van niet-voorziene of niet wettelijk toegestane bedragen.

Stappen die worden ondernomen bij de buren, de familie of de werkgever van de schuldenaar. Onder stappen wordt hier onder meer verstaan elke inlichting of elke vraag om inlichtingen die verband houdt met de schuldvordering of met de solvabiliteit (de financiële mogelijkheden) van de schuldenaar.

De invordering of poging tot invordering bij een persoon die niet de schuldenaar is.

Iedere poging tot inning in aanwezigheid van een derde, behalve wanneer dit gebeurt met instemming van de schuldenaar.

Alle stappen om de schuldenaar een wisselbrief te doen ondertekenen of om een overdracht van vordering of een schuldbekentenis te eisen.

Het belagen van de schuldenaar, die uitdrukkelijk heeft te kennen gegeven de schuld te betwisten.

Telefonische oproepen en huisbezoeken tussen tweeëntwintig en acht uur.

Verplichtingen voor wie beroepshalve schulden van de consument invordert

Incassobureaus moeten voortaan aan een aantal verplichtingen voldoen.

Let op: deze verplichtingen gelden niet voor advocaten, ministeriële ambtenaren en gerechtelijke mandatarissen in de uitoefening van hun beroep!

1. Inschrijving: elke natuurlijke of rechtspersoon die de activiteit van minnelijke invordering van schulden wil uitoefenen, moet zich vooraf laten inschrijven bij het ministerie van Economische Zaken.

2. Financiële garanties: personen die een activiteit van minnelijke invordering van schulden van de consument uitoefenen, moeten bewijzen dat zij verzekerd zijn tegen de geldelijke gevolgen van hun beroepsaansprakelijkheid.

3. Vergoeding op basis van het contract: als het contract niet nageleefd wordt, mag het incassobedrijf enkel de vergoedingen vragen die in het contract vermeld staan zoals nalatigheidsintresten of boetes, maar geen andere vergoedingen.

4. Schriftelijke ingebrekestelling: de incassobureaus moeten de consument altijd eerst schriftelijk op de hoogte brengen van zijn schuld (= ingebrekestelling). De inhoud van de ingebrekestelling is door de wet bepaald. Er kan maar tot andere invorderingstechnieken worden overgegaan na afloop van de termijn (minimaal 15 dagen) die in de ingebrekestelling is vermeld. De bedoeling is hier dubbel: enerzijds de schuldenaar op de hoogte brengen van de schuldvordering, anderzijds hem de kans geven om binnen de termijn te reageren.

5. Huisbezoek: iedere persoon die een huisbezoek verricht bij een consument in het kader van een activiteit van minnelijke invordering van schulden, moet een schriftelijk document voorleggen dat, behalve de gegevens van de ingebrekestelling, de volgende vermeldingen bevat:

– de naam van de persoon die zich ter plaatse aanmeldt;

– in vetgedrukte letters en in een kader los van de tekst: de vermelding dat de consument niet verplicht is het huisbezoek te ondergaan, en er op elk ogenblik een einde kan aan stellen. Als u een schuld volledig of gedeeltelijk betaalt tijdens het huisbezoek, moet uw bezoeker u een ontvangstbewijs geven.

Dit alles geldt uitsluitend voor het huisbezoek in het kader van de minnelijke inning van schulden.

Sancties

Als de voorschriften niet worden nageleefd, kunt u aan de voorzitter van de rechtbank van koophandel de staking van de inbreuk op de wet vragen. Dan zijn er zowel strafrechtelijke sancties mogelijk (voornamelijk boetes van 26 tot

50.000 euro) als administratieve sancties (intrekking of opschorting van de inschrijving). De twee belangrijkste burgerlijke sancties zijn:

het incassobedrijf moet het bedrag dat de consument betaalde, terugbetalen als het verkregen werd in strijd met de verplichtingen van de wet, tenzij het duidelijk om een vergissing gaat. Voor de consument wordt de betaling als geldig beschouwd en houdt de schuld op te bestaan.

als het incassobedrijf een bedrag opeist dat niet of maar gedeeltelijk verschuldigd was, moet de consument het bedrag terugbetaald krijgen, plus nalatigheids- intresten vanaf de dag van de betaling. n

Claudine Lambermont

Wie beroepshalve schulden van de consument invordert, moet de schuldenaar eerst schriftelijk op de hoogte brengen. Pas 15 dagen later mogen andere stappen volgen!

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content