© WIM KEMPENAERS

Eindelijk gehoord

Ik had eigenlijk veel schrik om bij u te komen vandaag, dokter, bekent Lucine. Door haar gevoelsreflectie weet ik al wat het doel van deze consultatie is. Deze 70-jarige dame komt benzodiazepines vragen, de welbekende kalmeer- en slaapmiddelen.

Tijdens een vorige consultatie vroeg ze al een voorschrift voor haar vast slaappilletje, dat haar vorige huisarts had opgestart. Nadat ze verhuisde naar een serviceflat buiten zijn regio, kon hij haar niet blijven opvolgen. Op zoek naar een nieuwe huisarts, kwam ze bij mij terecht. Soms lijkt ze daar niet tevreden mee: ‘Die andere dokter maakte geen problemen van die pilletjes, waarom u wel?’

Ik heb verschillende redenen. Om te beginnen is het duidelijk hoe afhankelijk ze van deze medicatie is. Alleen al het idee zonder te vallen, zorgt voor een haast blinde paniek, die zich uit in een bijna agressieve houding naar onze secretariaatsmedewerkers. Ten tweede merkte ik dat ze steeds meer pilletjes per avond innam ‘want ze werken niet meer zo goed’. De toenemende dosisverhoging lag wellicht aan de basis van de verschillende valincidenten die ik kon terugvinden in haar dossier. Met haar osteoporose zorgt dat op haar leeftijd voor een hoog botbreuk- en bloedingsrisico. Deze gevolgen bespraken we grondig tijdens de vorige consultatie. Omdat Lucine haar levenskwaliteit zoveel mogelijk wil beschermen, stemde ze in met een afbouwschema. Nu blijkt ze daar nog niet aan begonnen. Integendeel: ik zie in een recent verslag van de wachtpost dat ze daar nog extra voorschriftjes heeft gevraagd.

Die andere dokter maakte geen problemen van die slaappilletjes, waarom u wel?

Haar slaapmedicatie werd door de jaren heen een verslaving. En ondanks de dagelijkse inname, slaapt Lucine nog steeds niet goed. Ook dat is niet verwonderlijk: de pilletjes zorgen immers voor een versneld inslapen, maar brengen je niet in een diepe slaap. Hierdoor word je ’s nachts gemakkelijker opnieuw wakker. ‘En piekeren dat ik dan doe!’

Dat piekeren is duidelijk de essentie van haar probleem. Wanneer ik pols of ze zich wel goed voelt, rollen er tranen. Lucine is eenzaam. Haar familie bezorgt haar kopzorgen en komt niet zo vaak op bezoek als ze zou willen. Hierdoor mist ze een klankbord. Zeker nu ze gebroken heeft met de nieuwe liefde van haar leven. Ze maakte deze hartverscheurende beslissing omdat haar kinderen niet achter de relatie stonden. Zo rouwt ze ’s nachts om haar overleden echtgenoot én om de gemiste nieuwe liefdeskans. De slaappil gebruikt ze om haar verdriet te verdoven, maar dat is niet de gezondste oplossing.

Ik suggereer haar een therapeut of psycholoog: iemand waar ze op vaste tijdstippen haar zware gedachten mee kan delen. En hoewel ons kwartiertje er al lang opzit, exploreren we nog sociale activiteiten in de buurt. Ze benadrukt nogmaals dat ze me (te) streng vindt, maar wil toch opnieuw proberen mijn advies ter harte te nemen. ‘Want ik voelde me zonet eindelijk nog eens gehoord!’ Zou hiermee het afbouwschema in gang gezet kunnen worden? Ik ben benieuwd.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content