“Eerst een show en dan... toch op brugpensioen!”

Op 23 december 2005 werd de wet op het Generatiepact goedgekeurd. De tewerkstellingscellen voor 45-plussers bij collectief ontslag worden nog altijd genoemd als een van de grote trendbreuken in dat pact. Eén jaar later is het resultaat van de eerste cellen eerder bedroevend, zo blijkt. Bij Sylvania in Tienen vonden amper vijf van de negenvijftig betrokkenen een nieuwe job...

Eind december zal het Generatiepact één jaar oud zijn, maar het aantal bruggepensioneerden is nog nooit zo hoog geweest. Bij bedrijfssluitingen blijft het het meest gebruikte middel om een sociaal bloedbad te vermijden – meestal tot tevredenheid van de werknemers zelf. De voorstanders van het pact zien het anders. Sinds vorig jaar staat België niet meer op de laatste plaats van Europa in de activiteitsgraad van 55-plussers, zeggen zij. We hebben Italië en Luxemburg achter ons gelaten. En pas in 2008 zullen we de effecten van het Generatiepact goed voelen. Dan wordt de brugpensioenleeftijd opgetrokken tot 60 jaar en krijgen werkgevers nieuwe lastenverlagingen voor oudere werknemers, jongeren en ploegenarbeid. Dezelfde voorstanders wijzen op het akkoord dat de sociale partners in september bereikt hebben voor het optrekken van uitkeringen en pensioenen. Je ziet ook volop dat 50-plussers de plannen voor hun loopbaaneinde aan het opschuiven zijn, beweren de voorstanders nog.

“Alles behalve werk”

Tussen de mooie intenties en de dagelijkse realiteit gaapt nog een reuzegrote kloof. De bijscholing voor oudere werknemers, het recht van 55-plussers op een vierdaagse werkweek en de zware beroepen: over deze onderdelen van het pact staan werkgevers en vakbonden nog met getrokken zwaarden tegenover elkaar.

Nog problematischer zijn de eerste ervaringen met de tewerkstellingscellen bij collectief ontslag. Die moeten voorkomen dat oudere werknemers vrijwel automatisch in het brugpensioen belanden. Peter Vanvelthoven, federaal minister van Werk, zegt dat de ervaring nog “te pril” is voor conclusies (zie zijn Opinie pag. 38). Maar voorlopig lijkt de realiteit op het terrein weinig hoopgevend.

Bij twee grote bedrijven (Sylvania en Inbev) zijn de cellen al meerdere maanden actief. Bij lampenfabrikant Sylvania in Tienen viel het collectief ontslag op 21 juli. 59 werknemers (48 arbeiders en 11 bedienden) kwamen terecht in de tewerkstellingscel. Begin november hadden vijf van hen (3 arbeiders en 2 bedienden) een nieuwe job gevonden. “Voor een deel heeft dat te maken met de onpersoonlijke aanpak in die cel”, hoorden we van een insider. “Op de wekelijkse bijeenkomsten hebben de betrokkenen alleen algemene tips gekregen over het opstellen van een sollicitatiebrief en een curriculum vitae en over de manier waarop ze zich het best gedragen bij een sollicitatiegesprek. Maar dat had de VDAB ook kunnen doen. De werknemers die wel een job vonden, hebben dat trouwens uitsluitend aan hun eigen inspanningen te danken. Wat de mensen verlangen is een echt persoonlijke begeleiding op maat van hun profiel en hun beroepsverleden. Dat betekent: persoonlijke gesprekken en zoeken naar vacatures die op hun maat gesneden zijn. Maar juist dat gebeurt niet. Nochtans wordt de cel omkaderd door de VDAB, een outplacementbureau en afgevaardigden van de vakbond en de directie. Het outplacementbureau in kwestie heeft zelf nog niet zo veel ervaring en ook dat speelt zeker een rol. Aan de andere kant heeft de cel ook geleerd dat de meeste werkgevers nog altijd niet geneigd zijn om 50-plussers aan te werven. De ontgoocheling bij de ontslagen oudere werknemers van Sylvania is nu aan het omslaan in cynisme. We zullen de show van de tewerkstellingscel meespelen, zeggen ze, daarna kunnen we toch met brugpensioen. Het outplacementbureau heeft zelfs woordelijk gezegd dat de werknemers die in aanmerking komen voor brugpensioen, voor hen niet prioritair waren!”

“Het hele plaatje bekijken”

De directie van Sylvania bevestigt het beperkte resultaat maar benadrukt dat we het hele plaatje moeten zien: “Het collectieve ontslag betrof 104 medewerkers”, zegt Veerle Van Velk van de personeelsdienst. “45 van hen zijn niet in de tewerkstellingscel gestapt omdat ze zelf ontslag hebben genomen na het vinden van werk of omdat ze van hun zelfstandig bijberoep een hoofdberoep hebben gemaakt. Van meet af aan hebben we ervoor gekozen de tewerkstellingscel twaalf maanden te laten duren in plaats van de wettelijke zes maanden. We investeren liever in de toekomst van onze ex-werknemers dan in het tijdelijke effect van een gouden handdruk. Ik ben ervan overtuigd dat we na twaalf maanden een beter resultaat zullen boeken dan nu. Drie mensen zijn trouwens bezig aan een langdurige opleiding.”

Zinloos vanaf 52 jaar?

De tewerkstellingscellen bij Inbev lijken beter te presteren. Zij zijn actief voor de werknemers die ontslagen zijn bij de herstructureringen in Anderlecht, Jupille, Leuven en Hoegaarden. In Leuven bijvoorbeeld telde de cel veertig werknemers. Dertig hebben al gewerkt vonden, maar dat zijn niet toevallig allemaal mensen tussen 45 en 50 jaar. Van de vijf ouderen (van 52 tot 58 jaar) heeft er één een job van bepaalde duur. De vier anderen botsen op de al te bekende muur: ze zijn te oud en te duur voor de werkgevers en hun ervaring werpt weinig gewicht in de weegschaal. Voor hen is de tewerkstellingscel tot nu toe een maat voor niets gebleken.

Het besluit lijkt onontkoombaar: er mogen nog tientallen tewerkstellingscellen bijkomen, ze blijven een doekje voor het bloeden zolang de mentaliteit van onze bedrijven niet verandert.

Ludo Hugaerts

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content