Een stoere burger

Nu de Captiva naar Europa komt, maakt Chevrolet een mooie entree op de markt van de recreatieve 4×4’s. Een goede zaak voor het merkimago van het vroegere Daiwoo, dat zijn stoere nieuwkomer zelfs met een dieselmotor uitbrengt. Een primeur!

De Captiva is een mijlpaal in de ontwikkeling van Daewoo (pardon, Chevrolet) op de Europese markt. Ten eerste omdat dit de eerste auto is die de Koreaanse fabrikant (maar eigendom van GM) speciaal voor Europa heeft ontworpen en ontwikkeld. Ten tweede omdat hij een dieselmotor van de jongste generatie onder de kap heeft. En ten derde omdat hij het segment van de recreatieve terreinauto’s aanpakt, een markt die de wind in de zeilen heeft.

Drie generaties én de hond

Op het esthetische vlak heeft de Captiva een gespierd en avontuurlijk silhouet, helemaal in de trend van de RAV, de Sorento, de Santa Fe of de XZ. De look is dan wel in Korea ontwikkeld maar komt toch Europees over, heel elegant en verleidelijk. De binnenkant ontgoochelt evenmin, met een homogeen en geslaagd design, een meer dan behoorlijke afwerking, een uitstekende rijhouding en een erg volledige basisuitrusting. Muggenzifters kunnen weliswaar enkele schoonheidsfoutjes ontdekken hier en daar, maar dat zijn echt details.

De binnenruimte is een van de grote troeven van deze auto, net als de modulariteit. Hij heeft zelfs plaats genoeg voor geen vijf maar zeven mensen. De derde rij is vanzelfsprekend vooral voor kinderen bedoeld maar blijkt op korte ritten – een etentje, een uitstapje met vrienden- toch ruim genoeg voor twee volwassenen. Bovendien zijn de plaatsen achterin voor groot en klein uiterst gemakkelijk toegankelijk dankzij de makkelijk en automatisch kantelende stoelen van de middelste rij.

En de kofferruimte? In de configuratie voor grote gezinnen is hij aan de krappe kant: 85 liter, tegenover 456 l met 5 zitplaatsen. Maar verhuizers zullen zeker in hun nopjes zijn met de vlakke laadvloer.

Diesel versus benzine: 1-0

Onder de motorkap zit een gloednieuwe, hypermoderne dieselmotor uit Korea, een samenwerking tussen Detroit Diesel en VM Motori. Het is een viercilinder met directe injectie en moduleerbare turbo, die op 2000 t/m 150 pk en 320 Nm levert. Hij heeft een roetfilter en kan worden gecombineerd met een manuele versnellingsbak of een automaat met 5 verhoudingen. In de praktijk staat de motor in alle omstandigheden zijn mannetje en komt hij alleen onder de 2000 t/m wat vinnigheid te kort.

Rijdt u liever loodvrij? Dan hebt u de keuze tussen een viercilinder van 136 pk en een V6 3.2l van 203 pk. In termen van rijplezier kunnen die twee motoren van Holden de vergelijking met de diesel echter niet doorstaan. LPG-rijders kunnen hun Captiva met een installatie laten uitrusten.

Deze stoere bink heeft geen gebrek aan dynamiek en toont dankzij de voorwielaandrijving een rijcomfort en een rijgedrag die iedereen zullen aanspreken. Hij is verkrijgbaar met aandrijving op twee maar ook op vier wielen, om de platgetreden paden te verlaten. In dat laatste geval krijgt hij een elektromagnetisch gestuurde koppeling die op glad terrein tot 50% van het motorkoppel naar de achterwielen stuurt. Eenvoudig en efficiënt, maar met een manuele differentieelblokkering had deze auto echt elk terrein aangekund.

Met de commercialisering van de Captiva heeft Chevrolet een auto die een succes verdient te worden. Wij hebben niets dan lof voor zijn chique trekjes, zijn bekoorlijke silhouet en zijn royale ruimte (hij is 4,63 m lang). De Bow Tie op de radiator is mooi meegenomen. Deze auto zal de kampioenen van zijn categorie niet van hun troon stoten, maar kan wel een deel van hun publiek wegsnoepen. Jammer dat ESP alleen bij de versie met zeven plaatsen verkrijgbaar is en dat de twee versnellingsbakken geen zesde verhouding hebben. En de prijs? Daar hangt alles af van de afwerking: LS, LT, LT+. Om u een idee te geven, u hebt al een 4WD diesel voor euro28.999 (2WD: prijs nog niet bekend). De benzineversie gaat van euro23.999 voor de 2.4 l tot euro36.999 voor de 3.2 l (versie LT+ automaat). n

Arnaud Dellicour