Doe wel en zie soms om

Huldeconcerten voor Abba, dat is toch niks bijzonders, zegt u? Inderdaad niet, want de Abbahype is al veel langer aan de gang, met vorig jaar de Vlaamse versie van de musical Mamma Mia en een fenomeen als de Abbapersi-flage Björn Again.

Wél bijzonder aan Abba Gold is dat de uitvoerders het kopieconform willen brengen: dezelfde hits, dezelfde arrangementen, dezelfde pakjes. Pure kopie-nostalgie dus. En of daar iets mis mee is? Natuurlijk niet. De muziek van Johann Sebastian Bach wordt ook al eeuwen in hetzelfde arrangement gebracht, en op eenvoudige aanvraag wordt daar nog wel eens een pruik bij opgezet.

Maar wat is het toch dat ons doet teruggrijpen naar vroeger? Als ik het positief bekijk – en die neiging kan ik zelden onderdrukken – denk ik: respect voor het pure ambacht waarmee dingen ook vroeger gemaakt werden. Als we het slecht menen, kunnen we stellen: creatieve bloedarmoede van de componisten en uitvoerders van tegenwoordig. Liever dan risicovol nieuw repertoire te ontwikkelen, gaan ze voor de zekerheid van een quick buck met een geheide succesformule van een hitinstituut. Want dat is Abba zeker geworden. In de jaren 70 en 80 was het absolutely not done om te zeggen dat je Abba goed vond. Maar sinds die tijd hebben een boel artiesten hun nek uitgestoken en Abba gecovered. In het begin misschien wat lacherig zoals Sid Vicious met Take a chance on me, maar als zelfs REM, Elvis Costello en de eerbiedwaardige Anne-Sofie von Otter zich aan het repertoire wagen, dan is er wel iets aan de hand. We kiezen voor zekerheid.

Er wordt gecoverd en gesampled bij het leven. Op die manier wordt haast ongemerkt het muzikale erfgoed binnengesmokkeld in het muziekdecor van vandaag. De motieven voor die retrobeweging zijn niet altijd even zuiver. Maar een initiatief als de Johnny Cash Tribute heeft me geleerd dat zowel uitvoerders van vandaag als muziekliefhebbers van vandaag veel deugd kunnen beleven aan het repertoire van een man die zelf ook traditie en vernieuwing kon lijmen.

Nostalgie kan twee gezichten hebben: dat van verbittering omdat alles vroeger beter was (en wat nu gemaakt wordt niet meer). Of dat van een gloedvol haardvuur van traditie waaraan het goed is zich te warmen met het oog op morgen.

Laten we het maar bij dat laatste houden. n

Jan Hautekiet is netmanager van Radio 1

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content