Dieren in een instelling? Graag!

Gegevens over rust- en verzorgingstehuizen die dieren aanvaarden, vindt u in het Jaarboek van de Ouderenvoorzieningen. Vlaanderen en Brussel, uitg. SQS, tel. 024149143

Heel veel ouderen hebben een huisdier dat hen gezelschap houdt en plezier schenkt. Helaas moeten zij er soms plots en totaal onvoorbereid afscheid van nemen: omdat ze in het ziekenhuis worden opgenomen, naar een rust- of verzorgingstehuis verhuizen,... En dit op een ogenblik dat ze precies extra behoefte hebben aan een onvoorwaardelijke vriend. In het Sint-Franciscustehuis in Brakel hebben ze dat probleem opgelost.

Kinesiste Helga De Pelsmaeker: “In ons tehuis hadden we vroeger al vogels, vissen en konijntjes die zorgden voor een huiselijke sfeer, maar hun aaibaarheidsfactor was praktisch nihil. Een viertal jaar geleden besloot de directie een Jack Russell-pup uit een nest van de dochter van een bewoonster te adopteren. Zo kwam Jack in het tehuis terecht. De jonge hond sloofde zich echter dag en nacht uit en daarom werd besloten hem enkel overdag zijn sociale visites te laten afleggen, maar hem ’s avonds met iemand van de directie naar huis te laten gaan. En zo verloopt dat nog steeds. Aangezien de bewoners op de eenheid waar Jack overdag verbleef zeer positief reageerden en we ondervonden dat het dier de sfeer niet alleen huiselijker, maar ook meer ontspannen maakte, werd een half jaar later Cobe, een halfzusje van Jack met open armen verwelkomd in een afdeling voor dementerenden. In een andere afdeling voor dementerenden werd de poes Molly, die hier op een dag als klein poesje voor de deur stond, opgenomen. Niet alleen de bewoners maar ook het personeel reageerde zeer positief. De dieren werden ook door hen beschouwd als troosters, als een welkome afleiding bij de soms psychisch zware situaties waar zij tijdens hun werk mee geconfronteerd worden.”

“Er is hier iemand geweest, ik ben niet alleen...”

Voor de bewoners verminderen de dieren ook het gevoel van angst en eenzaamheid. Helga De Pelsmaeker: “Ze doen regelmatig hun ronde in de kamers en dat volstaat om hen een gevoel te geven van: er is hier iemand geweest, ik ben niet alleen. We stelden ook vast dat de dieren een kalmerende invloed uitoefenden op sommige mensen. Daarom werd gestart met een proefproject om uit te maken of een hond het werk van de nachtequipe niet zou kunnen verlichten door de onrust bij sommige bewoners te verminderen. Daarvoor moesten we natuurlijk een heel lieve, rustige en sociale hond vinden. Zo kwam Jerca bij ons, een Golden Retriever, die een opleiding tot hulphond had gevolgd maar omwille van een heupprobleem die taak niet op zich kon nemen. Voor ons bleek Jerca de ideale partner. Ze verblijft fulltime in de instelling. Aanvankelijk ‘werkte’ ze afwisselend overdag en ’s nachts, maar dat bleek te zwaar. Nu begeleidt ze me in de voormiddag, tijdens de stapronde met de bewoners. Dat werkt stimulerend. Ook de ergotherapeute zet Jerca regelmatig in. Soms hebben mensen de grootste moeite om voorwerpen vast te houden, maar de hond borstelen lukt wél, en met plezier. Ook in de snoezelactiviteiten heeft Jerca haar aandeel. En het project ‘nachtelijke onrust’ wordt opnieuw opgenomen zodra we een geschikte hond gevonden hebben.”

Wat als een bewoner bij opname in het tehuis zijn eigen huisdier wil meebrengen? “Dat kan, mits er duidelijke afspraken gemaakt worden en er aan een aantal basisvoorwaarden wordt voldaan. De bewoner moet zelf voor het dier kunnen zorgen en iemand moet de zorg willen overnemen als dat op een bepaald ogenblik niet meer mogelijk zou zijn. En het dier moet gezond zijn. Dan komt het drie maanden op proef. Maar we zijn flexibel. We zullen er altijd voor proberen te zorgen dat de bewoner geen afscheid moet nemen van zijn dier.”

Leen Baekelandt

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content