De waarheid en niets dan de waarheid

Een hartchirurg die onder het mes moet voor een bypassoperatie en plots zelf hartpatiënt wordt. Het overkwam de Franse professor Alain Deloche. De ervaring deed hem inzien dat in de geneeskunde alles om de waarheid draait.

Veertig jaar praktijk op de teller en meer dan 20.000 hartoperaties op zijn palmares. Om maar te zeggen dat professor Alain Deloche van het Parijse Georges Pompidou ziekenhuis zijn vak door en door kent. Op één aspect na: patiënt zijn in zijn eigen vakgebied en op zijn eigen dienst. Het overkwam hem toen zijn confraters hem na een routinecheck-up vertelden dat hij een probleem had met de kransslagader en een drievoudige bypass nodig had. Een keerpunt in zijn leven, erkent hij. Want sindsdien bekijkt hij het ziekenhuis en de arts-patiëntrelatie door een heel andere bril. Hij is ervan overtuigd dat elke arts minstens één keer in zijn leven zelf in dat ziekenhuisbed zou moeten liggen.

Plus magazine: Vertel me de waar-heid, dokter. Het is niet alleen de titel van uw boek(*), het is ook een zin die artsen vaak horen. Toch vroeg u tijdens uw eigen hospitali-satie niet een keer om uw dossier in te kijken of de beslissingen van uw collega’s met hen door te praten. Waarom?

Alain Deloche: Ik wilde mijn confraters, die ik volkomen vertrouw, niet in verlegenheid brengen. Ik heb me afgevraagd of de ingreep echt nodig was. Maar mijn overlevingsinstinct nam de bovenhand.

Vanaf dat moment werd ik 100% patiënt. Een lappenpop zonder eigen wil. Een attitude die in de hand wordt gewerkt doordat je in een ziekenhuisbed ligt, terwijl de mensen die je verzorgen rechtstaan.

Maar ik geef grif toe: een dokter die in zijn eigen vakgebied patiënt wordt: het is bijna een belangenconflict!

Welke waarheid wilde u absoluut niet horen?

Na de operatie heb ik de chirurg enkel gevraagd of hij bijgedachten had. Anders gezegd: of hij vreesde voor verwikkelingen. Toen hij ‘nee’ zei, heb ik niet verder aangedrongen. Ik weet dus niet of hij loog of niet, maar ik wilde verder niets weten.

Ik herinner me maar al te goed de drama’s die ik zelf in de uitoefening van mijn beroep heb meegemaakt. Elk overlijden staat op mijn ‘harde schijf’ gebrand, terwijl ik de neiging heb om mijn successen te vergeten!

Toch hield u de waarheid voor uw naasten verborgen. Vreemd, niet?

Weet je, vechten tegen een ziekte doe je altijd in je eentje. Mijn redenering was eenvoudig: ik voelde me niet lekker en wilde in alle rust mijn gedachten op een rijtje zetten. Dus trok ik me terug in mijn luchtbel, sprak er met niemand over en trachtte mijn angstaanvallen te smoren met krachtige geneesmiddelen. Mijn twee dochters hebben me dat vaak genoeg onder mijn neus gewreven! Vooral mijn dochter die psychiater is en absoluut wilde achterhalen waarom ik zo zwijgzaam was.

Aan de andere kant wilde ik ook niet dat mijn familie belde naar de chirurg – al 40 jaar een collega en vriend – met de boodschap ‘Veel geluk!’ of ‘We leggen papa’s leven in jouw handen’. Mijn stilzwijgen beschermde meteen ook mijn confrater, die op die manier minder druk op zijn schouders voelde.

Ik heb mijn naaste omgeving enkel verteld dat ik een coronariografie moest ondergaan, mogelijks nog gevolgd door een aantal behandelingen. En dan ben ik vertrokken voor mijn drievoudige bypassoperatie ( n.v.d.r. een coronariografie is een radiologisch onderzoek dat problemen met de kransslagaders – die de hart-spier van bloed voorzien – aan het licht moet brengen).

Vertelt u uw patiënten altijd de volledige waarheid wanneer u de diagnose meedeelt?

Absoluut! Het is een cruciaal moment waarop de patiënt de impact van zijn aandoening op zijn leven, zijn familie, zijn werk probeert in te schatten. Zijn wereld staat in één seconde op zijn kop. Sommigen gaan overreageren en leggen meteen de datum, soms zelfs het uur van de ingreep vast. Anderen zijn compleet de kluts kwijt. Maar hoe ze ook reageren, op zo’n moment doet elk klein gebaar van steun, elk woord van troost enorm veel deugd.

Als u de patiënt naar waarheid een prognose geeft, hoeveel dringt daarvan dan echt door?

Onmogelijk te zeggen! Als ik probeer na te gaan wat de patiënt heeft begrepen, stel ik vast dat hij of zij bepaalde woorden verdringt en andere dan weer verdraait omdat de waarheid te zwaar valt. Dan leg ik alles opnieuw uit, roep ik er de familie bij.

Met kleine gebaren probeer ik de patiënt gerust te stellen, ik leg mijn hand op zijn schouder, ga op het bed zitten om te praten... Maar ik neem nooit een loopje met de waarheid. Ik zeg nooit ‘Het is niet erg’ als het wél erg is. Dan kan je dat beter gewoon toegeven. Ook het zinnetje ‘Je weet maar nooit...’ heb ik uit mijn woordenschat geschrapt, omdat het zo verschrikkelijk, zo angstaanjagend is dat de patiënt er de stuipen van op het lijf krijgt.

Het slechte nieuws brengen is écht een cruciale, om niet te zeggen de belangrijkste fase. Al het overige is een kwestie van techniek. En die hebben we inmiddels onder de knie!

En dan is er nog de waarheid over de staat van dienst van de arts.

Hoe ongeloofwaardig het ook mag klinken, ik ben in die 40 jaar dat ik dit werk doe, nog niet een keer geëvalueerd! Geen enkele instantie heeft zich ooit afgevraagd of ik nog altijd even scherp zie, of mijn bewegingen nog altijd trefzeker zijn, of ik nog mee ben met de evolutie van de wetenschap, of ik geen seniele oude man word... Maar misschien zou niemand mij dat durven vertellen.

En er is ook de psychologische kant van de job. Bij het overlijden van een kind bijvoorbeeld zou enige begeleiding door een psychiater/psycholoog meer dan welkom zijn.

Als er meer dan één waarheid bestaat, raadt u de patiënt dan aan om verschillende adviezen in te winnen?

Ik zal dat in elk geval nooit weigeren en soms stel ik het zelf voor. Sommige patiënten voelen zich zekerder als ze verschillende artsen hebben geraadpleegd. Al wil ik toch benadrukken dat cardiologen niet over één nacht ijs gaan! Op basis van de testresultaten en rekening houdend met de patiënt schuiven ze de behandeling naar voren met de minste bijwerkingen. Ze volgen daarbij richtlijnen, die hen helpen bij het kiezen van de meest geschikte behandeling en in strikte protocollen gegoten zijn.

Door het internet zijn patiën-ten beter op de hoogte en dragen ze zelfs hun eigen waarheid aan. Wat vindt u daarvan?

Tientallen jaren heb ik mijn wetenschappelijke kennis vertolkt zonder de minste tegenspraak. Nu zijn de mensen op de hoogte. Ik weet niet of die toegang tot wetenschappelijke kennis een goede zaak is of niet. Ik waardeer het wel dat mensen mij hun vragen voorleggen. Dat ik hen kan geruststellen.

Maar een overvloed aan informatie kan ook angst aanjagen. Patiënten zijn dankzij het internet veel beter op de hoogte van wat de geneeskunde vermag. Toch kan die virtuele kennis, noch het menselijke aspect, noch het vertrouwen vervangen.

En de financiële waarheid van dit alles?

Enig idee hoeveel een harttransplantatie kost? Al gauw 250.000 tot 300.000 euro. En ook al moet je dat als patiënt niet uit eigen zak betalen, het is toch goed om je daar bewust van te zijn. Al lijkt tegenwoordig niemand nog te beseffen dat de gezondheidszorg in onze westerse landen pakken geld kost.

Uiteindelijk bestaan er dus tal van waarheden?

Inderdaad! En wat gisteren waar was, is dat niet noodzakelijk vandaag en nog minder morgen... De waarheid is soms subtiel en genuanceerd. Maar je mag de waarheid nooit maskeren of verhullen.

(*) Alain Deloche, Dites-moi la vérité, Docteur – Hôpital: un grand chirurgien brise le silence – Ed. Robert Laffont – euro 19.

Michèle Rager

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content