Kan een feitelijke scheiding onbeperkt duren?

Een vriendin leeft al 15 jaar geschei-den van haar man. Zijn ze na die pe-riode niet automatisch gescheiden of kan zo'n feitelijke scheiding blijven duren, tot een van hen overlijdt?
...

Een vriendin leeft al 15 jaar geschei-den van haar man. Zijn ze na die pe-riode niet automatisch gescheiden of kan zo'n feitelijke scheiding blijven duren, tot een van hen overlijdt? Het is niet omdat men al vele jaren feitelijk gescheiden leeft, dat echtgenoten daardoor automatisch uit de echt gescheiden zijn. Om te kunnen scheiden moeten ze het eens worden over een echtscheiding door onderlinge toestemming of moet een van hen naar de rechtbank stappen om een echtscheiding op grond van een onherstelbare ontwrichting van het huwelijk te vragen. Zolang geen van beiden het initiatief neemt om te scheiden, komt er geen echtscheiding, ongeacht de duur van de feitelijke scheiding. Als de feitelijke scheiding al een tijd duurt, kunnen beide echtgenoten wel naar de rechtbank stappen om daar de echtscheiding te vragen. Als er een feitelijke scheiding is van minstens één jaar, zal de rechtbank sowieso de echtscheiding uitspreken, als een van de echtgenoten dat vraagt. Zijn beide echtgenoten akkoord om uit de echt te scheiden, dan kan de rechtbank die scheiding zelfs uitspreken na een kortere periode van feitelijke scheiding, na drie of na zes maanden. Nu de nalatenschap van mijn vader wordt verdeeld, wil mijn broer een verrekening omdat vader veel verbouwd heeft in mijn huis en omdat mijn zus een renteloze lening kreeg. Is dat verplicht? Een renteloze lening toestaan aan een kind of kosteloze arbeidsprestaties leveren - zoals gratis het huis van een kind helpen verbouwen - vallen onder de dienstengiften. Andere bekende voorbeelden van dienstengiften zijn een dure en lange opleiding bekostigen, een kind dat lang thuis blijft wonen met gratis kost en inwoon, of grootouders die de eerste jaren bij sommige van hun kleinkinderen babysitten. Het leidt geen twijfel dat het kind dat dergelijke dienstengift heeft ontvangen een economisch voordeel heeft genoten tegenover de andere kinderen. De kinderen die deze dienstengiften niet hebben gekregen, vinden het dan ook maar rechtvaardig dat dit bij het overlijden van de ouders ergens wordt gecompenseerd of verrekend. De vraag is of dit wel een schenking is in de juridische zin van het woord. En dat is niet het geval. Juridisch gezien is het een contract uit vrijgevigheid, dus moet er niet verrekend worden. De ouder die een renteloze lening gaf, kost en inwoon voorzag, voor de kleinkinderen zorgde of een huis hielp verbouwen gaf immers geen stuk weg van zijn vermogen. De ouder liep enkel een vergoeding mis. Er is dus zeker geen verplichting tot verrekening, maar het mag natuurlijk wel. Omdat ze niet als een juridische schenking worden beschouwd, moeten deze dienstengiften bij het overlijden niet worden ingebracht om de gelijkheid tussen de erfgenamen te herstellen. Wij hebben een appartement in een mede-eigendom van acht appartementen. We zijn niet tevreden over onze syndicus. Zo stuurde hij onder meer een brief door naar de andere mede-eigenaars, die wij privé wilden houden en betrok hij gedurende tien maanden maar één mede-eigenaar bij de afwikkeling van een schadegeval. Je somt een aantal zaken op die leiden tot onvrede over jullie syndicus. Wat de afwikkeling van het schadedossier na de overstromingen betreft, meld je ook dat hij de andere offertes pas aan de mede-eigenaars toonde toen de werken al waren uitgevoerd. Verder kregen jullie na aandringen nog steeds de jaarlijkse afrekening niet te zien. Jullie kunnen in eerste instantie een brief sturen naar de syndicus waarin jullie al deze zaken opsommen en waarin jullie hem vragen om in de toekomst anders te handelen. Brengt dit geen verandering, dan kunnen jullie op de volgende algemene vergadering vragen dat de syndicus wordt vervangen. Daarvoor is een absolute meerderheid nodig, dus de helft plus één. Als je een einde wilt maken aan het mandaat van de syndicus zonder een vergoeding te betalen, dan moeten jullie wel professionele fouten kunnen aantonen. De zaken die jullie opsommen lijken ons niet a priori voldoende zwaar om aangemerkt te worden als beroepsfouten. Mijn vader is nog niet lang overleden. Mijn zus en halfzus hebben zijn begrafenis geregeld, een notaris geraadpleegd en het huis leeggemaakt, zonder mij daarbij te betrekken. Ik heb mijn deel van de Waalse successierechten betaald. Nu krijg ik een brief van de gemeente dat er een leegstandsheffing wordt geheven. Wat kan ik doen? Momenteel bevinden jullie zich in een minnelijke vereffening. De notaris die jouw zus en halfzus raadpleegden, is niet aangesteld door een rechter en zijn opdracht is beperkt tot wat de personen die hem consulteerden hem hebben gevraagd. Jij kan deze notaris vragen om een bijeenkomst te organiseren met alle erfgenamen om de erfenis van jullie vader in der minne te regelen - verkoop van het huis, verdeling van de inboedel, enz. Reageert de notaris niet of raken jullie het niet eens, dan heb jij als erfgenaam het recht om de familierechter te vragen een gerechtelijke notaris voor de vereffening en de verdeling aan te stellen. Deze notaris, aangeduid door de rechtbank, moet de regels van het gerechtelijk wetboek volgen en moet volledig onpartijdig zijn. Bekijk samen met de notaris ook de leegstandsheffing. De termijn om daartegen te reageren staat vermeld in de brief die je kreeg. Elke erfgenaam moet een deel van deze belasting betalen, in overeenstemming met het deel van het huis waarop hij/zij recht heeft. Maar de fiscus kan wel bij elke erfgenaam het geheel van de som opeisen. En degene bij wie hij dat doet, moet de andere mede-eigenaars dan aanspreken om een stuk terug te krijgen.