De impact van internationale conflicten

Guy Legrand
Guy Legrand Freelance journalist

Het Midden-Oosten staat in vuur en vlam. In Oekraïne botst het westen indirect met de Russische reus. Redenen genoeg om ons zorgen te maken. Maar wat zijn de reële gevaren van deze conflicten, los van de beeldvorming in de media?

De politieke waarnemers zijn zo in de ban van Israël en het Midden-Oosten, twee historische brandhaarden, dat alles wat daar gebeurt een buitensporige mediabelangstelling krijgt. Waardoor we ons meer zorgen maken dan nodig is. Wat zijn de feiten? Europa is niet rechtstreeks afhankelijk van dat deel van de wereld. Laat je niet misleiden door het fruit, de kruiden en specerijen uit Israël in de supermarkt. Het land is op de eerste plaats een kweekvijver van hightech bedrijven: meer dan 100 zijn op de Amerikaanse Nasdacbeurs genoteerd, tegen één Belgische en drie Duitse ondernemingen. De Silicon Valley die zich van Haïfa tot Tel Aviv uitstrekt, is de tweede grootste van de planeet, met onderzoekscentra op wereldschaal van reuzen als Cisco, Microsoft en Motorola. Indrukwekkend, maar niet van die aard dat een grote crisis in de regio een ernstige weerslag heeft op ons dagelijkse leven.

Toch kunnen de gebeurtenissen in het Midden-Oosten grote gevolgen hebben voor de rest van de wereld, omdat achter de krachten die meespelen een passionele symboliek op internationale schaal verborgen gaat. Het bewijs daarvan werd geleverd in oktober 1973 met de Jom Kipoeroorlog tussen Israël en zijn buren. De olielanden verhoogden drastisch hun prijzen en de Arabische landen legden het westen zelfs een gedeeltelijk embargo op. Een jaar later was de prijs van ruwe olie verviervoudigd, met een pijnlijke recessie tot gevolg. De werkloosheid en de inflatie in België explodeerde. In acht jaar tijd verloren de aandelen de helft van hun waarde. Zelfs spaarders met obligaties en/of kasbons leden 15 tot 20% verlies, want de rente bleef een heel eind achter op de inflatie. Het vastgoed steeg dan weer enorm in waarde, tot het tij in 1981-82 keerde.

Geen herhaling van 1974

Kan dat scenario zich herhalen? Niet in die mate, en wel om twee redenen. De Arabische landen hebben vandaag, met slechts een kwart van de totale olieproductie tegenover een derde destijds, een minder grote greep op de wereld. Bovendien vertegenwoordigt olie nog maar 32% van het energieverbruik van de ontwikkelde landen, tegen 53% in 1973. Dat verklaart deels waarom de dramatische situatie in Irak, de zevende grootste olieproducent, weinig impact heeft op de beurzen. Het westen is dus minder kwetsbaar voor het Midden-Oosten dan 40 jaar geleden. Toch moeten we duimen dat er niets fout gaat in Saoedi-Arabië, dat een reus van het zwarte goud blijft.

Nooit zonder de Krim!

Voor Europa en de VS is de nieuwe kritieke regio ontegensprekelijk Oekraïne. Toen de Russische president Vladimir Poetin in maart de Krim annexeerde, reageerden de beurzen feller dan nu het Midden-Oosten in brandt staat. Europa, dat naïef was in zijn ambities voor een nog grotere Unie, is daar mee verantwoordelijk voor. De toegang tot de Zwarte Zee langs de Krim is immers al drie eeuwen een obsessie van de Russische leiders! Het was dan ook uitgesloten dat Moskou het gebied in handen zou laten van een Oekraïne dat toenadering zocht tot de EU. Nu in Oost-Oekraïne een burgeroorlog woedt, hebben we terecht reden tot bezorgdheid.

We analyseren het vraagstuk vanuit economisch oogpunt. Vormt het Russische embargo op westerse producten een bedreiging voor België en moeten we een escalatie vrezen? De Belgische producten die door het embargo worden getroffen, waren in 2013 goed voor € 81 miljoen of 0,08% van onze totale export (€353,5 miljard). Dat stelt weinig voor, ook als is het een ramp voor de perenkwekers. En zo’n embargo is ook niet waterdicht: op hun weg via de Zwarte Zee zouden onze peren bijvoorbeeld Turks of Moldavisch kunnen worden...

Jouw gas, mijn geld

België exporteert vooral chemische producten, machines enz. naar Rusland – in totaal € 5 miljard, terwijl het voor €10 miljard grondstoffen, olie en gas importeert. Daar schuilt het echte gevaar. Men zegt dat de EU zich met Russisch gas verwarmt. De realiteit is nog sterker: Europa importeert niet alleen 30% van zijn gas uit Rusland maar ook 30% van zijn olie, waarvan een deel zelfs rechtstreeks onder het merk Lukoil aan automobilisten wordt verkocht. Dergelijke hoeveelheden tik je niet van de ene dag op de andere op de kop: Moskou zou ons dus een koude winter kunnen bezorgen. Bovendien zou onze economie vertragen, met faillissementen en werkloosheid tot gevolg.

Dat er een reëel gevaar is, gelooft niemand. Rusland kan het zich niet veroorloven de kraan dicht te draaien. Het zou failliet gaan, want het heeft ons geld even erg nodig als wij zijn energie. Maar op termijn kan het land andere klanten vinden en minder aan Europa verkopen. Dat proces begon al op 21 mei. Toen ondertekenden Moskou en Beijing een contract voor de levering van gas voor 400 miljard dollar! Gelukkig voor ons exporteren ook de VS sinds enkele jaren gas en zouden zij ons dus kunnen bevoorraden. Het staat dan weer 1-1.

Veilig spaarboekje

Een ernstige en langdurige verslechtering van de betrekkingen tussen de EU en Rusland is onwaarschijnlijk. Beide partijen hebben te veel te verliezen. Maar we mogen niet vergeten dat het Russische gas ons via Oekraïne bereikt en dat de bevoorrading al enkele keren werd onderbroken. In januari 2009 liep zelfs Duitsland gevaar. Een korte chantage met gas is dus denkbaar als Moskou druk wil uitoefenen op Europa. Daarom blijven spaarders die zich zorgen maken over al die internationale conflicten best warmpjes op hun spaarboekje zitten en is het geen slecht idee om wat goud te kopen. En wie kouwelijk is, kan in een houtkachel beleggen.

Guy Legrand

Rusland heeft ons geld even hard nodig als wij zijn energie.

Partner Content