De comeback van de vetplant
Met hun vlezige blaadjes, prachtige tinten en grafische vormen fleuren vetplanten of succulenten elk interieur op.
Crassula ovata, sedum pachyphyllum, echeveria, aloë, pachyphytum... Er zijn ontelbaar veel soorten vetplanten – meer dan 12.000. Hun kleuren zijn zo verrassend, hun lijnen zo perfect dat ze ontworpen lijken door een kunstenaar. Hun vlezig uiterlijk – het ‘vet’ in hun blaadjes – danken ze aan het feit dat ze afkomstig zijn uit streken waar ze waterreserves moeten aanleggen om te overleven. Vetplanten zijn niet alleen mooi, ze vragen ook weinig onderhoud en zijn nagenoeg niet klein te krijgen. Ze vermeerderen is kinderspel, maar wil je dat ze het beste van zichzelf blijven geven, dan moet je enkele basisregels in acht nemen.
Veel zon, weinig water
Omdat vetplanten afkomstig zijn uit de halfwoestijn, zijn ze zowat de enige planten die zich lekker voelen in volle zon. Op enkele zeldzame uitzonderingen na – de aloë en de haworthia nemen ook genoegen met iets minder zonlicht – is een plekje op een zonovergoten vensterbank zelfs van levensbelang. Vetplantenspecialist Philippe Potino verwoordt het zo: wie vetplanten tevreden wil houden, moet hun natuurlijke leefomstandigheden zo goed mogelijk nabootsen. In de regio’s waar ze vandaan komen, regent het zelden, maar als dat gebeurt, valt er wel veel neerslag ineens. Vandaar dat je vetplanten hooguit één keer per maand water moet geven, maar dan wel overvloedig. Bevochtig de kluit tot hij helemaal doorweekt is. Laat tussen twee gietbeurten door geen water in de schaal staan en wacht tot de aarde kurkdroog is voor je de plant opnieuw water geeft.
Goed afwateren
De potgrond moet perfect afwateren. De ideale formule: twee derde geraniumpotgrond en een derde fijne, drainerende materie, zoals grind of aquariumzand. Als je de plant om de drie tot vier jaar verpot, is meststof niet nodig. Veel vetplanten leven lang en kunnen uitgroeien tot fraaie, weelderige struiken als je ze naar een grotere pot verkast. Laat je ze in een kleine pot staan, dan rem je hun groei. Je kiest dus zelf hoe groot ze worden. Solo, in groep met soortgenoten of een mix van variëteiten, in een terrarium of in een verticale opstelling: vetplanten lenen zich tot allerhande elegante composities. Hun enige beperking? Jouw fantasie!