De brachytherapie wordt nog maar sinds kort toegepast, vooral in de behandeling van prostaatkanker, naast chirurgie (prostatectomie) en externe radiotherapie (bestraling). Deze techniek is weinig invasief en dus zeer interessant voor sommige patiënten. Waarom en hoe maken we duidelijk met acht vragen.
...
De brachytherapie, een grote sprong voorwaarts
De brachytherapie (of curietherapie), de recentste sprong voorwaarts in de radiotherapie, laat een efficiëntere behandeling van goed afgebakende tumoren toe, met minder nevenwerkingen.
De brachytherapie wordt nog maar sinds kort toegepast, vooral in de behandeling van prostaatkanker, naast chirurgie (prostatectomie) en externe radiotherapie (bestraling). Deze techniek is weinig invasief en dus zeer interessant voor sommige patiënten. Waarom en hoe maken we duidelijk met acht vragen. Het is een techniek van interne radiotherapie. In plaats van blootgesteld te worden aan externe radiotherapie, krijgt de patiënt kleine radioactieve zaadjes ter grootte van een rijstkorrel ingeplant. In België wordt jodium 125 gebruikt als radioactief product. Deze kleine zaadjes hebben een zeer korte radioactieve stralingsgraad, vandaar de naam brachy wat in het Grieks zeer kort betekent. Anders gezegd, de radioactiviteit die uitgezonden wordt door deze zaadjes neemt snel in intensiteit af, ook reeds op enkele millimeters van het zaadje. De zwakke actieradius heeft twee interessante consequenties: het is mogelijk de te behandelen zones zeer precies te bestralen, en gezonde zones te sparen. En omdat de te behandelen zone zeer goed afgebakend is, mag de dosis radioactiviteit tamelijk hoog zijn, wat de efficiëntie verhoogt. De medische criteria zijn de volgende: n een gehalte PSA (prostaat specifiek antigen) dat lager is dan 10 ng/ml n een Gleasonscore lager dan 7 (dit is een methode om de evolutie van de kanker te evalueren door biopsie) n een prostaatvolume lager dan 50 g. "De brachytherapie wordt aangeraden voor weinig agressieve, vaak dus vroegtijdig opgespoorde kankers", zegt de uroloog prof. Paul Van Cangh. "Gelukkig worden kankers tegenwoordig steeds vroeger gedetecteerd." Dat varieert van patiënt tot patiënt, volgens het volume van de prostaat, de radioactieve waarde van de zaadjes, enz. Gewoonlijk worden 40 tot 80 zaadjes via een holle naald ingebracht. De implantatie gebeurt onder algemene verdoving. Een rectale sonde wordt ingebracht en blijft ter plaatse terwijl de zaadjes worden ingeplant, zo kan de prostaat voortdurend in het oog gehouden worden. Ze is verbonden met software die berekent hoeveel radioactieve zaadjes er moeten worden geplaatst en waar. Meestal kan de patiënt nog dezelfde dag, ofwel de volgende dag, naar huis. De radioactiviteit van de zaadjes verlaagt snel met de tijd. Na zes weken is ze quasi nul. Weinig. De stralen kunnen wat moeite geven om te plassen gedurende enkele dagen na de plaatsing en wat irritatie van het rectum. Maar in ieder geval verdwijnen deze neveneffecten vrij snel. Gedurende de eerste zes weken moet de patiënt vermijden om een jong kind op de knieën te nemen of in de nabijheid van een zwangere vrouw te komen. Een niet-zwangere volwassene daarentegen mag bij hem slapen, zonder zich zorgen te maken. nGwenaëlle Ansieau
Wil je dit artikel verder lezen?
Kies voor Plusmagazine