DR. DIRK DERAEDT IS SPECIALIST INTENSIEVE GENEESKUNDE EN SCHRIJFT OVER GEBEURTENISSEN DIE HEM TREFFEN. © FRANK BAHNMÜLLER

Collectief ongenaakbaar

Middernacht. Ik heb wachtdienst op Intensieve Zorg. Het zijn apocalyptische tijden: in de wereld woedt de coronapandemie. Ook in het ziekenhuis waar ik werk heerst een noodtoestand. Geplande operaties werden uitgesteld, verloven van personeel werden ingetrokken en het aantal IC-bedden werd opgeschaald zoals nooit tevoren.

Tussen de drukte door rust ik even uit in mijn kamer. Ik zet de tv aan en eet iets. Mijn gedachten gaan terug naar de tijd toen ik nog specialist in opleiding was. Het was 2003, en het academisch ziekenhuis waar ik werkte verkeerde in een verhoogde staat van paraatheid omdat er vanuit Azië een nieuw gevaarlijk virus zou oprukken naar Europa: een coronavirus dat de longziekte SARS veroorzaakt. Het ziekenhuis had in allerijl een speciale isolatiekamer gebouwd. SARS zou echter nooit tot hier geraken, de kamer bleef leeg. Tijdens mijn nachtdienst maakte ik er als afgepeigerde assistent dankbaar gebruik van om er, tussen twee operaties in, een powernap te maken.

Met het wegebben van de SARS-dreiging leek het wel of er zich sindsdien in het onderbewustzijn van de samenleving een gevoel van onaantastbaarheid had genesteld. Dit werd nog versterkt door het feit dat het gevaarlijke EBOLA-virus niet in staat bleek om de sprong vanuit Afrika naar onze veilige westerse wereld te maken. Zoals een mens er in zijn diepste binnenste van overtuigd is dat hij nooit kanker of een andere ernstige ziekte zal krijgen, zo lijkt het wel of onze maatschappij zich immuun waant tegen invasies van exotische virussen. ‘Dit zal mij niet overkomen’, tot het plotseling dan toch gebeurt. Ongenaakbaarheid, maar dan op collectief niveau. Inmiddels raast een import-virus met ongeziene kracht doorheen onze samenleving.

Sinds sars niet tot in europa geraakte, heeft zich een gevoel van onaantastbaarheid in de samenleving genesteld.

Als ik aanstalten maak om weer aan het werk te gaan, zie ik met verbijstering op tv hoe er nog steeds mensen zijn die samenhokken omdat de cafés gesloten zijn. Is dit hetzelfde misplaatste gevoel van ongenaakbaarheid, of is het gewoon dom je-m’en-foutisme? Beseffen ze dan niet dat ze hun naasten kunnen infecteren? Hun ouders, hun grootouders? Wie weet komen ze binnenkort zelf in kritieke toestand in het ziekenhuis te liggen. Ik wens het niemand toe, zo’n dubbelzijdige longontsteking, en alles wat erbij komt: het happen naar lucht, geïntubeerd en beademd worden, dagenlang in een kunstmatige slaap worden gehouden. Misschien nooit meer wakker worden.

Ik word gebeld. Er is een nieuwe opname. Deze keer een patiënt zonder ademhalingsklachten en zonder koorts: geen coronaslachtoffer dus, maar iemand met een ‘gewoon’ probleem. Die patiënten zijn er ook nog, en niet minder dan voorheen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content